Hoofdstuk 3 Flashcards

(10 cards)

1
Q

Natuur domineerde culturen

A

men overleeft door de omgeving te veranderen naar wat ze nodig hebben. Dit lossen hun problemen systematisch op.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

met Natuur in balans culturen

A

men overleeft door een paar kleine aanpassingen en aantal problemen te overleven en daaraan aan te passen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

verleden georiënteerde culturen

A

men beoordeelt plannen aan de hand van hoe goed ze bij de tradities passen. ze worden geïnspireerd door het verleden.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

hedendaags georiënteerde culturen

A

planning voor korte termijn, het verleden is relevant maar niet te belangrijk, leven in het moment staat centraal in dit cultuur.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

toekomst georiënteerde culturen

A

doel georiënteerd, het doel kan in de nabije, verre of lange toekomst zijn.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

collectieve samenleving

A

een gevoel van er bij horen en verantwoording naar de groep. je identificeer je als onderdeel van een groep in plaats van je achternaam.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

individueel georiënteerde culturen

A

Je beschrijft jezelf door persoonlijke prestaties.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

persoonlijke ruimte

A

hoe veel privacy wil je.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

theorie X (McGregor)

A

managers denken dat werknemers hun werk niet leuk vinden, dus moeten ze gecontroleerd, geobserveerd en gestraft worden om te presteren.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

theorie Y (McGregor)

A

werknemers zijn verantwoordelijk voor hun werk en zijn innovatief, managers delen verantwoording en keuzes met werknemers.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly