Hoofdstuk 5 - Mechanismes voor motivatie en emotie Flashcards
(95 cards)
Wat betekent motivatie? Welke term wordt vaker gebruikt? Wat betekent dat?
Motivatie zijn alle factoren, sommige intern sommige extern, die ervoor zorgen dat een individu zich op een bepaalde manier op een bepaald moment gaat gedragen.
Vaker gebruiken de term motiverende staat of drijfveer. Hiermee bedoelen we de interne conditie die een individu naar een bepaald doel toedrijft en die kan veranderen over de tijd en die kan afnemen en toenemen.
Hoe vullen drijfveren en beloningen elkaar aan? En hoe be�nvloeden ze elkaar?
Drijfveren en beloningen vullen elkaar in het motiveren van doelgericht gedrag. Als een drijfveer zwak is, moet er grote beloning tegenover staan om gedrag te motiveren en vice versa.
Drijfveren en beloningen vullen elkaar niet alleen aan maar be�nvloeden elkaar ook. Een sterke drijfveer kan de aantrekkelijkheid van een bepaalde beloning vergroten. En omgekeerd kan een grote beloning een drijfveer versterken.
Wat zijn drijfveren of staten?
Drijfveren zijn hypothetische constructen omdat ze niet direct geobserveerd kunnen worden. Denk hierbij bijvoorbeeld aan honger, dorst, seks. In het algemeen motiveren drijfveren ons in de richting van doelen die onze overlevings- en reproductie kansen vergroten.
hoe is het concept van homeostase gerelateerd aan dat van drijfveren? Geef een voorbeeld
drijfveren zoals honger en dorst of behoefte aan zout zijn een directe consequentie van homeostase omdat ze bedoeld zijn om het lichaam te voorzien van energie, vocht en zout. Dit heeft het lichaam nodig om te overleven.
Een voorbeeld is dat van een klein jongetje dat zijn ouders zover krijgen om een continu zoute dingen te eten te geven en die vervolgens in het ziekenhuis overleed doordat ze hem daar geen zout meer wilde geven. Achteraf bleek dat zijn bijnieren niet goed werkten.
wat betekent homeostase?
Homeostase is een fysiologisch proces, waarbij organismen het inwendig milieu van biochemische en biofysische processen in evenwicht houden
Hoe noem je drijfveren die gerelateerd zijn aan homeostase? En hoe noem je drijfveren die niet gerelateerd zijn aan homeostase? Geef voorbeelden.
Drijfveren die gerelateerd zijn aan homeostase noem je regulerende drijfveren. Voorbeelden zijn honger, dorst, behoefte aan zout, zuurstof en de juiste lichaamstemperatuur.
Drijfveren die niet gerelateerd zijn aan homeostase noem je niet-regulerende drijfveren. Een voorbeeld hiervan is seks.
Welke vijf categorieen van drijfveren worden genoemd voor zoogdieren?
- Regulerende drijfveren
- Veiligheidsdrijfveren
- Voortplantingsdrijfveren
- Sociale drijfveren
- Educatieve drijfveren
Wat zijn veiligheidsdrijfveren?
Drijfveren die een dier motiveren om gevaren te vermijden, ontsnappen of verslaan. Hieronder vallen onder andere angst, boosheid en slaap.
Wat zijn voortplantingsdrijfveren?
Drijfveren om nageslacht te produceren en te laten overleven. Hieronder vallen seksdrive, en de drijfveer om voor jongen te zorgen. Zeer sterk aanwezig bij zoogdieren (waaronder mensen).
Wat zijn sociale drijfveren?
Veel zoogdieren waaronder mensen hebben anderen nodig om te overleven. Hieronder vallen drijfveren voor vriendschap, acceptatie en goedkeuring door de eigen sociale groep. Zeer sterk aanwezig bij mensen.
Wat zijn educatieve drijfveren?
Hieronder vallen drijfveren om te spelen en te onderzoeken. Bijna alle jongen van zoogdieren gebruiken spel om vaardigheden te leren die ze helpt te overleven. Onderzoeken van nieuwe objecten en territoria geeft belangrijke informatie over de omgeving.
Welke drijfveren lijken geen link te hebben met overleven dan wel reproduceren? Wat zijn twee mogelijke verklaringen hiervoor?
Drijfveren die te maken hebben met kunst, muziek, verhalen, dansen…
Twee mogelijke verklaringen zijn:
1. Kunst is een extensie van onze drijfveer om te spelen en te onderzoeken
2. Kunst spreekt mensen aan omdat het allerlei andere drijfveren aanspreekt , bijv. bij het lezen van een boek kun je je helemaal inleven in de personages en worden op die manier bepaalde drijfveren vervuld.
Wat stelt de central state theory of drives?
- Verschillende drijfveren corresponderen met neurale activiteit in verschillende sets van neuronen in het brein
- Een set van neuronen waarvan de activteit de drijfveer veroorzaakt wordt een centraal drijfveer systeem genoemd of een central drive system
- Central drive systems voor verschillende drijfveren kunnen niet precies hetzelfde zijn maar kunnen wel overlappende systemen hebben
Welke karakteristieken moeten neuronensets hebben om als een central drive system te fungeren?
- Deze neuronensets moeten signalen ontvangen en integreren die wat zeggen over de staat van de drijfveer. Bijv. voor honger moeten de neuronensets informatie ontvangen over de hoeveelheid voedsel in de maag, aanwezigheid van eten in de omgeving, etc.
- Deze neuronensets moeten connecties hebben met alle neurale processen die nodig zijn om het gemotiveerde gedrag te bereiken. Ze moeten perceptuele mechanismen sturen in de richting van stimuli gerelateerd aan het doel, cognitieve mechanismen sturen om strategieen te bedenken om het doel te bereiken en motorische mechanismen sturen om de juiste bewegingen uit te voeren.
Wat denken onderzoekers mbt de hypothalamus en drijfveren? Waarom denken ze dat?
Ze denken dat de hypothalamus de hub is van vele central drive systems. Ze denken dit vanwege:
1. De locatie in het midden van het brein
2. Sterke connecties met hogere delen van het brein
3. Directe connecties met zenuwen die informatie van en naar de interne organen sturen
4. Veel haarvaten en een grote gevoeligheid voor hormonen
5. Connectie met de hypofyse waarmee het de afgifte van vele hormonen controleert
in de psychologie heeft de term beloning drie gerelateerde maar ook gescheiden, betekenissen. Wat zijn deze? Leg uit.
- Leuk vinden (like) - verwijst naar subjectieve gevoelens van genot of tevredenheid die plaatsvinden wanneer we een beloning krijgen.
- Willen (want) - verwijst naar de wens om een beloning te krijgen. Deze component van beloning is het sterkst gelinkt aan motivatie. Willen gebeurt voordat iemand een beloning heeft gekregen. Willen wordt vaak gemeten door te kijken naar de hoeveelheid energie die iemand wil gebruiken om een bepaalde beloning te verkrijgen.
- Versterking (reinforcement) - verwijst naar de effecten die beloningen hebben op het bevorderen van leren. Door de effecten op de hersenen, helpt een beloning om de herinnering aan stimuli en acties, die plaatsvonden juist voordat een beloning ontvangen werd, te versterken.
Wanneer je kijkt naar de verschillende componenten van beloning (liking, wanting en reinforcement), wat zijn dan de verschillen en overeenkomsten in de werking van de betrokken hersenstructuren?
Bij de verschillende componenten van beloning zijn telkens dezelfde hersenstructuren betrokken (medial forebrain bundle en nucleus accumbens). Uit onderzoek is echter wel gebleken dat wanting en reinforcement samenhangen met de afscheiding van dopamine in de nucleus accumbens, terwijl liking samenhangt met de afscheiding van endorfine in de nucleus accumbens.
Hoe hebben Olds en Milner belonings paden in het brein geidentificeerd?
Olds en Milner hebben onderzoek bij ratten gedaan waaruit naar voren is gekomen, eerst per ongeluk, dat bij stimulatie van bepaalde delen van de hersenen, ratten zich gedragen alsof ze meer van die stimulatie willen. Ze hebben ratten getest in een apparaat waarbij zijn hun eigen hersenen konden stimuleren. Ratten leerde snel dat ze dit zelf konden doen en bleven dit uur volhouden.
Wat is de mediale voorbrein bundel en de nucleus accumbens?
Dit is een bundel van neuronen die cruciaal zijn voor het beloningseffect. Deze neuronen hebben hun cellichamen in nuclei in het middenbrein, en hun synaptische uiteinden in een grote nucleus in de basale ganglia, die de nucleus accumbens heet. De nucleus accumbens heeft connecties met grote delen van het limbische systeem en de hersenschors en wordt nu gezien als een cruciaal centrum voor gedragsmatige effecten van beloningen in mensen maar ook in andere zoogdieren.
Welk bewijs is er dat de mediale voorbrein bundel en de nucleus accumbens essentiele paden zijn voor de effecten van een grote diversiteit aan beloningen?
- Onderzoek bij ratten door Olds en Milner waarbij ze electrodes in de mediale voorbrein bundel stopten en ratten deze zelf lieten bedienen. Hieruit bleek dat ratten dit uren deden.
- Onderzoek waarbij uit meten van de hersenactiviteit blijkt dat deze paden actief worden in allerlei situaties waarbij een individu een beloning krijgt
- Schade aan deze delen van het brein vernietigd alle vormen van gemotiveerd gedrag. Dieren gaan dood als ze geen water of voedsel via een buisje toegediend krijgen.
Welk bewijs is er dat de neurtransmitter dopamine gepaard gaat met de ‘willen’ component van beloningen?
Uit onderzoek blijkt dat veel neuronen van de mediale voorbrein bundel dopamine afgeven als neurotransmitter. Er is bewijs dat dopamine te maken heeft met de ‘willen’ component en niet met de ‘leuk vinden’ component. Onderzoek laat zien dat:
- Afgifte van dopamine gebeurt vlak voor het gedrag dat de beloning op gaat leveren maar niet erna bij dieren die getraind zijn in gedrag wat een beloning oplevert
- Ratten die geinjecteerd zijn met drugs die dopamine afgifte blokkeren geen moeite meer doen om beloningen te krijgen. Ze eten nog wel, hebben seks en onderzoeken nieuwe stimuli die in de directe omgeving zijn en laten ook zien dat ze het fijn vinden als ze suiker eten. Drugs die het omgekeerde doen, zorgen voor een verhoogde inzet om om eten te kijrgen maar laten niet meer genot zien bij het eten.
Welk bewijs is er dat de neurtransmitter endorfine gepaard gaat met de ‘leuk vinden’ component van beloningen?
Uit onderzoek blijkt dat sommige neuronen van de mediale voorbrein bundel endorfine afgeven als neurotransmitter. Er is bewijs dat endorfine te maken heeft met de ‘leuk vinden’ component en niet met de ‘willen component. Bewijs hiervoor is dat:
- als drugs worden geinjecteerd die endorfine receptoren activeren, dan vergroot de ‘genots’ gezichtsuitdrukking en de hoeveelheid direct aanwezig eten dat een dier eet
- Bij mensen zorgen drugs die de effectiviteit van endorfines nadeling beinvloeden voor een verminderd genot bij het eten van eten en andere beloningen
Wat zijn endorfines?
Endogene-morfine achtige stof (Endogeen betekent - in het lichaam gemaakt) die dezelfde effecten hebben als morfine en andere opiaten zoals heroine en opium. Ze zijn het best bekend om hun rol in het verminderen van pijn. Ze worden ook geassocieerd met genotservaringen.
Hoe werkt dopamine bij het versterkende component van beloningen en dus bij het aanleren van gedrag?
Dopamine wordt afgegeven op het moment dat een onverwachte beloning wordt verkregen. Dit lijkt de associatie tussen de stimulus of reactie die voorafgaand ging aan de beloning en de beloning te versterken, mogelijk door een versterking van langetermijnpotentierings(LTP). Als deze aangeleerd zijn dan vindt de dopamine afgifte plaats in reactie op de stimulus of reactie die voorafgaat aan de beloning en niet meer na de beloning. Dit is ws zo omdat het dier dan gemotiveerd is om uit te zoeken hoe het zelf de stimulus of reactie kan veroorzaken.