Kleding Flashcards

(17 cards)

1
Q

Dat heeft hem de das* omgedaan

A

Dat is de aanleiding tot zijn straf, zijn dood enz.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

De handdoek in de ring werpen (doek)

A

Opgeven

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Iets uit de doeken* doen

A

Iets uitleggen, ermee voor de dag komen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Iemand de handschoen* toewerpen

A

Iemand uitdagen om iets te doen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

De handschoen* opnemen

A

De strijd aannemen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Met de hoed* in de hand, komt men door het hele land

A

Wie beleefd is, zal het ver brengen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Over dezelfde kam* scheren

A

Allen gelijk behandelen, geen
onderscheid maken (meestal met de gedachte dat dat ten onrechte gebeurt)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Knopen* doorhakken

A

Beslissen, door beslissend op te treden een moeilijkheid uit de weg ruimen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

De kroon* op het werk zetten

A

Het werk op schitterende wijze voltooien (vaak ironisch)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Iemand /iets naar de kroon* steken

A

met iemand of iets wedijveren, iemand of iets dreigen te overtreffen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Iets aan zijn laars* lappen

A

Zich ergens niets van aantrekken

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Iemand de mantel* uitvegen

A

Iemand scherp vermanen (= waarschuwen/ aansporen)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Ergens een mouw* aan passen

A

Iets weten te verhelpen, er iets aan weten te doen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Iemand iets in de schoenen* schuiven

A

Iemand beschuldigen van iets dat hij niet gedaan heeft

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

De hakken* in het zand zetten (-schoen)

A

Zich als felle tegenstander opstellen, niet bereid zijn om naar positieve aspecten of naar compromissen te zoeken

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Nog in de kinderschoenen* staan

A

Nog echt onontwikkeld zijn (van
wetenschappen enz.)

17
Q

Schoenmaker, blijf bij je leest (schoen)

A

Bemoei je met je eigen zaken en oordeel niet over dingen waar je geen verstand van hebt