KWALITEIT Flashcards

(15 cards)

1
Q

Schets kort de geschiedenis van evolutie van kwaliteit? (LEES) wat is TQM?

A

TOTAL QUALITY MANAGMENT of IKZ integrale kwaliteitszorg

Rond 1950: kwaliteitsdenkers maakten organisaties duidelijk dat kwaliteitsproduct maken niet voldoende is maar ook efficiëntie en kwaliteit van de organisatie.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Schets de stijgende aandacht voor kwaliteit in Vlaamse GZ organisaties?

A
  • GGZ complexer (door multidisciplainere aanpak bij zorgtraject aka meerdere professionales betrokken)
  • media zorgt voor verwachtingen van P ( meer scholing en beschikbare info)
    • betrokkenheid van de overheid die bekommert rond kost en effectiviteit -> beschreven in wet op ZH, kwaliteitsdecreten/ wet p rechten
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Geef een definitie van kwaliteit en kwaliteitszorg

A

Volgens kwaliteitsdecreet = geheel van eigenschappen en kenmerken van de hulp of diesntverlening die van belang zijn om aan behoefte te doen.

Waar bij tevreden heid P belangrijk is maar ook dat het zorgproces goed verloopt en P geholpen worden op basis van recente wetenschappelijke bevindingen (product ( resultaten) en proces)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Schets de dimensies van kwaliteitszorg

A

p veiligheid : maatregelen voorkomen schade/ complicaties
Tijdigheid: op elk moment en juist moment kwaliteitszorg
Effectiviteit: evidence bases
Gelijkheid: toegankelijke voor iedereen
Efficiëntie: max resultaat door middelen als geld en personeel in te zetten
P gerichtheid: P centraal

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Wat zijn de succesfactoren om kwaliteitsvol te werken

A

1) betrokkenheid directie
2) organisatiecultuur ( waarden en normen van de organisatie)
3) opleiding medewerkers ( informeren over kwaliteitsontwikkeling en ruimte voor weerstand en twijfel te bespreken)
4) kenmerken van zorgprofessional ( werken aan bevordering kwaliteit met eisen stellen eigen houding en vaardigheden en kritisch naar eigen handelingen kijken en bijscholing)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Wat is beleid, missie en visie

A

B = ontwikkeling kwaliteit opgenomen in beleid organisatie

V = geeft aan waar organisatie voor gaat (droom)

M = geeft aan waarvoor mensen uit organisatie staan ( identiteit en waarden)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Geef 2 technieken om ideeen te ontwikkelen

A
  • Brainstorming ( in korte tijd veel ideeen verzamelen)
  • Benchmarking ( vergelijk eigen prestaties en processen vergelijkt met andere organisaties (in vorm van kwaliteitsindicatoren)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Geef 2 technieken voor oorzaak-gevolg analyse

A
  • Paretoanalyse / paretooprincipe / 80-20 regel
    = problemen waarvan oplossing belangrijkste verbetering oplevert wordt geselecteerd ( 20% van alle oorzaken zorgt voor 80% alle gevolgen)
  • visgraatdiagram/Ishikawadiagram
    = brainstorming levert info die systematisch wordt geordend ( 6Ms: Man/ Machine/Methode/Material/Milieu/Meting)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Geef 4 technieken voor evaluatie en besluitvorming

A
  • SWOT
  • Interne audit, Tracers, Kwaliteitscontrole = kwaliteitsmetingen met doel inzicht in huidige werkproces te krijgen ( 4 methodes: open P dossier (controle P dossiers na ontslag), gesloten PD, patiententracers ( opvolging van voor opname tot na ontslag), Systeemtracers ( vb brandveilig, HH))
  • P tevredenheidsmetingen ( vb: Vlaamse Patientenpeiling) (KANTTEKENING AFHANKELIJKHEIDSPOSITIE)
  • P participatie ( verschillende niveaus afgebeeld op ladder of wiel)

°zelfbeheer
° informeren
° meebelissen
° raadplegen
° adviseren
°coproduceren

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Wat is een kwaliteitsindicator? En geef een voorbeeld? Op welke website?

A

Algemene ZH kiezen zelf wat ze willen meten ( ze kunnen info intern gebruiken of met elkaar vergelijken)

Www.Zorgkwaliteit.be ( gestimuleerd door VIP2 = Vlaams Indicatoren Project voor Patiënten en Professionals)

Vb: p veiligheid (domein) - P identificatie ( indicator)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Wat is PVI? Welk onderscheid wordt gemaakt in incidenten?

A

Patientveiligheidincidenten = onbedoelde gebeurtenis die zicht voordoet tijdens (niet)verlenen van zorg die tot schade (kan) leid(en)

Adverse event/calamiteit = wanneer PVI resulteert in schade

Sentinel event = bij permanente schade

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Welke soorten victims zijn er tgv PVI?

A

First victims : P en familie

Second : weerslag op ZV

Third: organisatie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Wat is het belang van het incidentenmeldingsysteem?

A

ZV voelen zich veilig en incidenten analyseren en verbetermaatregelen kunnen doorgevoerd worden.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Wat is PDCA methode? Geef synoniem

A

De Demingcirkel/PDCA cirkel = procestool om kwaliteit te realiseren en verbeteren

Plannen (plan) ( oorzaak probleem? Mogelijke oplossing? Nieuw beleid?

Uitvoeren (do) ( voer ui? Implementeer beleid?)

Evalueren(check) ( meten en analyseren)

Bijsturen (act) ( pas beleid aan)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q
A
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly