Lecture 02 Theoretische fundamenten van informatievisualisatie

Question 1

Het geneste model van Tamara Munzner

Answer 1

Domain situation - Wat zijn het domein, het doelpubliek en de domeinspecifieke vragen?
Data/task abstraction - Wat wordt getoond? (=data), Waarom is een vis nodig? (=taken, bv. analyseren, zoeken, bevragen)
Visual encoding/interaction idiom - Hoe encoderen we de data visueel en welke interacties ondersteunen we?
Algorithm - Hoe maken we de encodering en interacties computationeel efficiënt?

Question 2

Masks

Answer 2

Stellen items of verbanden voor, punten, lijnen, oppervlaktes etc…

Question 3

Channels

Answer 3

Veranderen hoe marks er uitzien op basis van attributen, positie, kleur, vorm etc…

Question 4

Overbodige encodering

Answer 4

Dezelfde data met meerdere channels encoderen. Goed idee?
Voordeel: kan om extra nadruk te leggen
Nadeel: je verliest beschikbare channels

Question 5

Expressiviteit

Answer 5

Het channeltype moet aansluiten bij het datatype

Question 6

Effectiviteit

Answer 6

Sommige channels zijn beter dan anderen

Question 7

Flannery’s compensatie

Answer 7

Schaal aangepast aan de menselijke
perceptie

Question 8

Popout

Answer 8

Sommige channels kunnen gebruikt worden om dingen te laten uitspringen
Ook gekend als pre-attentive processing

Question 9

Kleurgebruik aandachtspunten

Answer 9

1. Kleurenblindheid -> oplossingen: veilige paletten, symbolen, vormen, patronen, directe labels
2. Kleuren hebben betekenis -> Hue = Categorische data, Saturatie = Ordinale en kwantitatieve data, Helderheid = Ordinale en kwantitatieve data
3. Kleuren interageren -> (bijv. relatieve kleurverschillen)