lipiden Flashcards
(59 cards)
lipiden zijn…
= groep verbindingen met zeer uiteenlopende structuurformules maar vetoplosbaar
functies lipiden in lichaam
- vetreserve
- structuur in celmembraan & rond zenuen
- specifieke functies (steroïdhormonen, vetoplosbare vitaminen)
lipoproteinen
= transportvorm lipiden in serum
klinische relevantie meerdere lipiden
= lipidenprofiel > inschatting CVD
- klasieke testen = lipidenprofiel
-> tot cholesterol (TC), low-density lipoprot cholesterol (LDL-C), HDL-C, triglyceriden (TG)
BIJKOMEND
- VLDL-C, Lp(a), sdLDL-C, apoA1 & apoB, risicomerkers & cardiale merkers
indeling klinische belangrijke lipiden
1) sterolderivaten
-> cholesterol & -ester
-> steroïdhormonen
-> galzuren & zouten
-> vitamind D
2) vrije vetzuren
3) glycerolesters of glyceriden
4) terpenen
cholesterol(esters)
-20-40% vrij chol
- 60-8% cholesterolesters (poly-onverzadigd VZ)
AFKOMST
-> exogeen: voeding, via chilomicronen geabsorbeerd
-> endogeen: aangemaakt in o.a. lever
EXCRETIE
- excretie cholesterol door lever
-> deel gemetaboliseerd tot galzuren
-> cholesterol moleculair complex met galzouten > galblaas > duodenum
TRANSPORT
- LP = complexe afgifte & opname cholesterol & CE door LP
TOTAAL CHOLESTEROL
- nuchterserum =vrij cholesterol & CE in verschillende LP
- VLDL-C + LDL-C + HDL-C (geen chilomicronen in nuchter & geen IDL want heel laag in serum)
pathologie & klinische relevantie cholesterol (esters)
LAAG
- onvoldoende precursoren belangrijke biosyntheses
- chol = precursor galzuren & zouten, steroïdhormonen, vit D
HOOG
- risico cardiovasculaire ziekte (CVD)
- cholesterol subendotheliaal ophopen (atherosclerotische plaque)
LDL & HDL
LDL= low denisty lipoproteinen = atherogeen LP
HDL= high density lipoproteinen = niet atherogeen LPg
galzuren/zouten
voedsel in duodenum > galblaas samen > gal in duodenum > galzouten=micellen met vette voedselbestandelen
vitamine D & metabolieten
- vetoplosbaar vitamine
- vit D via voeding & aangemaakt in huid (UV licht)
-> lever
-> 25-hydroxy vit D
-> nier
-> 1,25-dihydrovitamine D = vitamine D-hormoon
25-OH-D
- specifieke functies
- laag -> kans op kanker, autoimmuunziekten & infecties hoog
- veel schijnbaar gezonde mensen blijken tekort
- aangeraden oraal suplement nemen van vit D
1,25(OH)2D
= vitamine D-hormoon
- belangrijke functie homeostase calcium & fosfaat
- beendervorming
- nierpatiënt tekort: supplement
vrije vetzuren klinische relevantie
VLCFA: vrije vetzuren mat > 20C = belangrijk voor myelinisering
-> aangevraagd door neuroloog vermoeden demyelinisering axonen
-> bepaald via GC
glyceriden
= glycerolesters
- mono-acyl-glycerol= monoglycerid
- di-acyl-glycerol = diglyceride
- tri-acyl- glycerol = triglyceride -
di-acyl-fosfo-glycerol = fosfolipiden (gekoppeld aan hydrofiele structuur)
=> FL nodig voor structuur & metabolisatie LP
=> FL nodig voor structuur celmembranen & CZS
exogene TG
- in darmmucosacellen hydrolyseren op positie 1&3 tot glycerol & vetzuren
reactie triglyceriden tot glycerol
triglyceride
->(lipasen)
-> alfa, beta-diglyceride
-> (lipasen)
-> beta-monoglyceride
-> (isomerisatie)
-> alfa-monoglyceride
-> (lipase)
-> glycerol
bronnen TG
- voeding
- endogeen uit linchaam (wisselwerking glucosemetabolisme)
pathologie & klinische relevantie TG
- triglyceriden te hoog > risico atherosclerose verhoogd
terpenen
- polymeren van isopreeneenheid
- tot terpenen behoren vit A, E & K
LP
= associatiecomplex lipiden & proteïnen
- lipidegedeelte: TG, FL, chol & CE
- prot gedeelte: apo(lipo)proteïnen
- transport wateronoplosbare lipidecomponenten mogelijk in bloed
verdeling LP
- chilomicronen
- VLDL
- IDL (intermediate density LP)
- LDL
- HDL
- LP(a)
=> chilo, IDL & LP(a) bij elektroforese te zien bij hoge waarden
vorming chylomicronen
1) bloed in darmen voedingstoffen > poortader > lever > hepatocyten
2) uitzondering chylomicronen
3) chylomicronen opgenomen uit lymfevaten > bloedcirculatie > lever
tekening LP vorming & afbraak
dia 24
LP vorming & afbraak
DENSITEIT G/ML
- hoger naarmate meer EW in LP
ELEKTROFORESE
- plaats (bep door apo’s)waar LP na elektroforese terechtkomt
DIAMETER
- klein want chylomicronen groter dan VLDL
VERHOUDING VET/EW
- laag want HDL meer EW dan chylo
VOORNAAMSTE VETTEN
- welke % sterkst?
VOORNAAMSTE EW
- welke apo’s % sterkst vertegenwoordigd (A, B, C, D , E & subgroepen)