Metamorfe gesteenten Flashcards
(113 cards)
Wat is metamorfose?
Magmatische of sedimentaire gesteenten die zich op zeker diepte bevinden ondergaan mineralogische en texturele veranderingen.
Wat is een protoliet?
Het oorspronkelijk uitgangsgesteente dat aan metamorfose onderhevig is.
Wat betekent isochemisch?
Geen verandering in chemische samenstelling van het gesteente.
Wat betekent allochemisch?
Aan –en afvoer van chemische bestanddelen die zorgen voor een aanzienlijke verandering in samenstelling.
(-> Metasomatose)
Wat zijn andalusiet, kyaniet en sillimaniet?
Mineralen met respectievelijk matige P en T, hoge P en matige T, en hoge P en T.
Wat is pyralspiet?
Y-site ingevuld door Al.
Wat is ugrandiet?
X-site ingevuld door Ca.
Noem enkele andere nesosilicaten.
Stauroliet, Cordiëriet, Chloritoïd, Ottreliet.
Wat zijn sorosilicaten?
Epidoot, Zoïsiet, Clino-Zoïsiet, Lawsoniet, Pumpellyiet.
Wat zijn cyclosilicaten?
Toermalijn.
Wat zijn inosilicaten?
Diopsied, Jadeïet, Wollastoniet, Omfaciet, Tremoliet, Actinoliet, Glaucofaan.
Wat zijn fylosilicaten?
Muscoviet, Biotiet, Clinichloor, Penniniet, Ripidoliet, Stilpnomelaan, Talk, Serpentijn, Prehniet.
Wat zijn tectosilicaten?
Kwarts, Veldspaat, Zeolieten (natroliet, chabaziet, laumontiet).
Wat is regionale metamorfose?
Metamorfose in uitgestrekte gebieden.
Wat is orogene metamorfose?
Regionale metamorfose bij gebergteketens.
Wat is foliatie?
Planaire structurele en texturele kenmerken in gesteenten door samendrukking.
Wat is begravingsmetamorfose?
Regionale metamorfose door een dik sedimentair gesteentepakket dat wordt afgezet in een subsiderend bekken.
Wat is thermische-/contactmetamorfose?
Lokale metamorfose door magmatische intrusies in relatief koude nevengesteente.
Wat is een contactaureool?
Zone van metamorfe gesteenten aan de rand van een intrusie, dat onderverdeeld kan worden in een aantal concentrische zones met verschillende mineraalparagnesen.
Wat zijn mineraalparagnesen?
Mineraalassociaties.
Wat is hoornsteen?
Hard gesteente door afwezigheid van vervorming, waardoor mineralen goed in mekaar grijpen (granoblastisch-polygonaal).
Wat is de overkoepelende term voor alle thermisch-metamorfe steensoorten?
Hoornsteen.
Wat is dynamische/kataklastische metamorfose?
Lokale metamorfose ter hoogte van breuken, ontstaan door gerichte druk langs het breukoppervlak.
Wat is hydrothermale metamorfose?
Metasomatose door circulatie van hete waters doorheen het dieptegesteente.