Numbers Flashcards
1
Q
één
A
one (1)
2
Q
twee
A
two (2)
3
Q
drie
A
three (3)
4
Q
vier
A
four (4)
5
Q
vijf
A
five (5)
6
Q
zes
A
six (6)
7
Q
zeven
A
seven (7)
8
Q
acht
A
eight (8)
9
Q
negen
A
nine (9)
10
Q
tien
A
ten (10)
11
Q
elf
A
eleven (11)
12
Q
twaalf
A
twelve (12)
13
Q
dertien
A
thirteen (13)
14
Q
veertien
A
fourteen (14)
15
Q
vijftien
A
fifteen (15)
16
Q
zestien
A
sixteen (16)
17
Q
zeventien
A
seventeen (17)
18
Q
achttien
A
eighteen (18)
19
Q
negentien
A
nineteen (19)
20
Q
twintig
A
twenty (20)
21
Q
eenentwintig
A
twenty-one (21)
22
Q
tweeëntwintig
A
twenty-two (22)
23
Q
zesentwintig
A
twenty-six (26)
24
Q
zevenentwintig
A
twenty-seven (27)
25
dertig
thirty (30)
26
veertig
forty (40)
27
vijftig
fifty (50)
28
zestig
sixty (60)
29
zeventig
seventy (70)
30
tachtig
eighty (80)
31
negentig
ninety (90)
32
honderd
hundred (100)
33
duizend
thousand (1,000)
34
miljoen
million (1,000,000)
35
eerst
first
36
derde
third
37
vierde
fourth
38
laatst
last
39
meer
more
40
dan
then
41
minder
less
42
zoveel
so much
43
te
too
44
het nummer
number
45
de hoeveelheid
amount
46
de som
sum
47
gemiddeld
average (adj.)
48
totaal
total (adj.)
49
de meerderheid
majority
50
de meter
meter
51
de helft
half
52
het gemiddelde
average (n.)
53
het totaal
total (n.)
54
one (1)
één
55
two (2)
twee
56
three (3)
drie
57
four (4)
vier
58
five (5)
vijf
59
six (6)
zes
60
seven (7)
zeven
61
eight (8)
acht
62
nine (9)
negen
63
ten (10)
tien
64
eleven (11)
elf
65
twelve (12)
twaalf
66
thirteen (13)
dertien
67
fourteen (14)
veertien
68
fifteen (15)
vijftien
69
sixteen (16)
zestien
70
seventeen (17)
zeventien
71
eighteen (18)
achttien
72
nineteen (19)
negentien
73
twenty (20)
twintig
74
twenty-one (21)
eenentwintig
75
twenty-two (22)
tweeëntwintig
76
twenty-six (26)
zesentwintig
77
twenty-seven (27)
zevenentwintig
78
thirty (30)
dertig
79
forty (40)
veertig
80
fifty (50)
vijftig
81
sixty (60)
zestig
82
seventy (70)
zeventig
83
eighty (80)
tachtig
84
ninety (90)
negentig
85
hundred (100)
honderd
86
thousand (1,000)
duizend
87
million (1,000,000)
miljoen
88
first
eerst
89
third
derde
90
fourth
vierde
91
last
laatst
92
more
meer
93
then
dan
94
less
minder
95
so much
zoveel
96
too
te
97
number
het nummer
98
amount
de hoeveelheid
99
sum
de som
100
average (adj.)
gemiddeld
101
total (adj.)
totaal
102
majority
de meerderheid
103
meter
de meter
104
half
de helft
105
average (n.)
het gemiddelde
106
total (n.)
het totaal
