Oefenvragen week 4 uit handleiding Flashcards

(7 cards)

1
Q

1) “Hoe jij denkt dat een persoon of organisatie zal handelen op basis van eerdere ervaringen” – op welk aspect heeft dit betrekking?
A) Justice
B) Fairness
C) Trust

A

C) trust

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q
2)	Welke van de volgende vormen van justice heeft betrekking op hoe beloningen worden verdeeld?
A) Distributive: 
B) Procedural
C) Interactional
D) Deontic
A

A) distributive en B) interactional

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

3) Welk soort norm wordt het meeste gebruikt om te bepalen of iets fair is?
A) Equity norm
B) Need norm
C) Equality norm

A

A) equity norm

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

4) “Iedereen zou dezelfde beloning moeten krijgen, ongeacht hun prestatie” – op welk aspect heeft dit betrekking?
A) Equity norm
B) Need norm
C) Equality norm

A

C) equality norm

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

5) In welk land is de equity norm het sterkst?
A) Zweden; scandinavië is equility norm
B) Verenigde Staten
C) Japan; oosten is collectivistisch

A

B) verenigde staten

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

6) “De mate waarin medewerkers met respect, beleefdheid en waardigheid worden behandeld” – welke vorm van justice wordt hier beschreven?
A) Informational justice
B) Interpersonal justice

A

B) interpersonal justice

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

7) Welke van onderstaande stellingen over de relatie tussen self-esteem en justice is juist?
A) Wanneer de procedure fair is en de uitkomst is negatief dan wordt iemands self-esteem niet aangetast.
B) Bij negatieve uitkomsten brengen procedures die unfair zijn meer schade toe aan iemands self-esteem dan procedures die fair zijn.
C) Mensen met een hoge self-esteem zien eerder schendingen van distributive justice en mensen met een lage self-esteem zien eerder schendingen van procedurele justice.

A

C) Mensen met een hoge self-esteem zien eerder schendingen van distributive justice en mensen met een lage self-esteem zien eerder schendingen van procedurele justice.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly