probleem 1: bronnen en factoren van stress Flashcards

1
Q

persoonlijke factoren voor stressvolle beoordelingen

A

Persoonlijke factoren: stress door persoonlijke factoren.
- Bevatten intellectuele, motiverende en persoonlijkheidskenmerken.
o Iemand met een hoog zelfvertrouwen zal stress bijvoorbeeld meer als uitdaging zien dan als bedreiging.
o Iemand met perfectionisme ziet kleine problemen vaker als grote problemen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

situationele factoren voor stressvolle beoordeling

A

Situationele factoren: stress door een bepaalde situatie.
- Gebeurtenissen die sterke eisen hebben en direct zijn, worden gezien als stressvol.
- Grote levensverandering
- Onhandige timing (opeens tienermoeder worden)
- Onduidelijke informatie: je weet niet wat je moet doen, hoelang je nog ziek blijft.
- Lage wenselijkheid: sommige situaties wil je niet meemaken -> huis in brand of boete krijgen.
- Situaties waarover je geen controle hebt
-> De hoeveelheid stress die iemand ervaart, stijgt met stressor frequentie, intensiteit en duur. Sterkere stressors zorgen voor grotere strain. Men kan chronische stress ervaren.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

psychosociale aspecten van stress -> cognitie en stress

A
  • Hoge levels van stress beïnvloeden het geheugen en de aandacht. Chronische geluiden (naast een snelweg wonen, etc.) kan cognitieve prestatie beïnvloeden omdat men het geluid probeert weg te filteren en daardoor moeite krijgen met welke geluiden weg gefilterd moeten en welke juist aandacht vereisen. Zorgen maken over toekomstige bedreigingen en piekeren over het verleden kan zorgen voor verhoogde stress responses.
  • Executieve functionering: de tweewegconnectie tussen cognitie en stress. Het is een set van cognitieve vermogens die betrokken zijn bij de regeling van ons gedrag. Een slechte executieve functionering kan zorgen voor meer stress en er kan een vicieuze cirkel ontstaan.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

psychosociale aspecten van stress -> geslacht en culturele verschillen

A
  • Vrouwen hebben meer grote en kleine stressors dan mannen, omdat vrouwen meer open zijn over het ervaren van stress en meer in het huishouden/voor het gezin doen. Mannen laten meer reactiviteit zien als ze gestrest zijn en het duurt langer tot ze weer ‘normaal’ zijn na een stressor. Mannen maken meer gebruik van fight-or-flight en vrouwen meer van tend-and-befriend waarbij sociale connecties worden behouden.
  • Minderheids- en armere groepen hebben ook meer stressors en gezondheidsproblemen.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

psychosociale aspecten van stress -> emotie en stress

A
  • Emoties gaan gepaard met stress en men gebruikt emotie om stress te evalueren. Cognitieve beoordelingsprocessen kunnen zowel stress als emotionele ervaring beïnvloeden.
    o Bv: je loopt in een bos en ziet een giftige slang; je ervaart angst omdat je de slang als bedreigend beoordeelt. Freek Vonk ervaart altijd blijheid, omdat hij de slang als uitdaging ziet.
  • Angst (fear): is een veelvoorkomende emotionele reactie met ongemak en fysieke arousal als we ons bedreigd voelen. Er zijn 2 categorieën:
    o 1. Fobieën zijn intens en irrationele angsten die direct geassocieerd zijn met specifieke situaties en omgevingen.
    o 2. Anxiety is een vaag gevoel van ongemak of vrees dat vaak een relatief onzeker of onspecifieke bedreiging bevat.
  • Stress kan ook leiden tot verdriet of depressie. Een andere emotionele reactie op stress is woede (anger), vooral als de situatie als schadelijk of frustrerend wordt ervaren.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

bronnen van stress in de persoon

A
  • Ziekte (illness) kan zorgen voor stress. De leeftijd speelt ook een rol; het vermogen van het lichaam om ziekten te bestrijden verbetert in de kindertijd en daalt weer als men ouder wordt.
    Ook de betekenis van een ziekte verandert met de leeftijd.
  • Conflict kan ook zorgen voor stress. Het duwen en trekken in verschillende richtingen van conflict zorgt voor tegengestelde neigingen: approach en avoidance.
    o Approach/approach: als de keuze 2 aantrekkelijke doelen bevat die onverenigbaar zijn. Dit conflict kan makkelijk opgelost worden. Hoe belangrijker de keuze is voor de persoon, hoe meer stress erbij komt kijken.
    o Avoidance/avoidance: de keuze tussen 2 onaantrekkelijke situaties. Dit conflict is moeilijk op te lossen en erg stressvol.
    o Approach/avoidance: als een enkel doel of situatie aantrekkelijke en onaantrekkelijke kenmerken heeft. Het kan stressvol en moeilijk op te lossen zijn.
  • De meeste stressors komen van motieven of doelen, vooral over sociale interacties en relaties met anderen. Gevoel van afwijzing, isolatie, competitie, etc. zijn centrale stressbronnen.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

bronnen van stress binnen de familie

A

-> Er zijn 3 hoofdstressoren:
- Een nieuw familielid: een baby krijgen of hebben kan stressvol zijn. Baby’s hebben temperamenten, sommige baby’s zijn ‘makkelijk’ en sommige zijn ‘moeilijk’ (veel huilen, etc.). Zwangere vrouwen met veel stress kunnen te vroeg bevallen en de baby heeft dan meer kan op ondergewicht.
- Strain en scheiding: aanhoudende meningsverschillen en strain tussen partners kan leiden tot een scheiding. Dat kan weer leiden tot stress op sociaal (kinderen, etc.) en financieel gebied.
- Ziekten, beperkingen en dood: als kinderen of ouders dit hebben kan dat leiden tot chronische stress. Leeftijd speelt hier een belangrijke rol bij.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

bronnen van stress in de samenleving

A
  • Werk en stress: stress kan komen door een te hoge werklading, stressvol werk, hoge verantwoordelijkheden, fysieke werkomgeving, onvoldoende controle, slechte interpersoonlijke relaties, inadequate erkenning, ontslag en onzekerheid.
  • Omgevingsstress: stress kan komen door drukke, gevaarlijke, luidruchtige plaatsen, armoede (laag inkomen en geen educatie), discriminatie en racisme.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

stress meten -> fysiologische arousal

A
  • Arousal van stress kan worden gemeten met een polygraaf die het ademhalingsritme (respiration rate), de huidgeleiding/zweet (GSR), bloeddruk en hartritme in kaart brengt. Hoe hoger en/of sneller de 4 dingen, hoe meer arousal van stress wordt ervaren.
  • Arousal van stress kan ook gemeten worden met bloed, urine of speeksel om te kijken naar het hormoonlevel. Er kan getest worden op 2 klasse hormonen: corticosteroïden met cortisol als belangrijkste, en catecholamines met epinefrine en norepinefrine.
  • Zulke metingen zijn direct en objectief, best betrouwbaar en makkelijk te kwantificeren.
  • Zulke metingen kunnen duur zijn, stressvol zijn voor mensen en afhangen van andere factoren zoals geslacht, leeftijd, etc.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

stress meten -> levensgebeurtenissen

A
  • Social Readjustement Rating Scale (SRRS) is een schaal van levensgebeurtenissen (life events) gemaakt door Holmes en Rahe (1967). De schaal varieert van 100 punten voor ‘Dood van echtgenoot’ tot 11 punten voor ‘Kleine wetsovertreding’. Om stress te meten moeten mensen alle gebeurtenissen aanvinken die zij in de laatste 2 jaar (maximaal) hebben meegemaakt. Die punten worden bij elkaar opgesteld om een totale stressscore te krijgen.
    o De SRRS bevat een brede range van gebeurtenissen die men vaak stressvol vindt. -> is erg subjectief
    o De SRRS kan snel en makkelijk ingevuld worden. ✅
    o De items van de SRRS kunnen vaag en dubbelzinnig zijn, het houdt geen rekening met de betekenis of impact van een gebeurtenis voor het individu en het benadrukt acute, tijdelijke stressors en geen chronische stress
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

stress meten -> daily hassles

A
  • Daily hassles: stressbronnen die ervaren worden in een typische week of maand, zoals je sleutels kwijtraken terwijl je haast hebt, etc.
  • Richard Lazarus en collega’s hebben een schaal gemaakt om de ervaringen met daily hassles van mensen te meten. Deze Hassles Schaal bevat 117 items die variëren van kleine tot grote daily hassles. Mensen moeten de hassles beoordelen als ‘een beetje’, ‘gemiddeld’ of ‘extreem’ heftig. Ze hebben ook een Uplifts Scale gemaakt met 135 gebeurtenissen van vrede, tevredenheid of genot.
    -> Dit is bijgevoegt omdat wenselijke ervaringen de daily hassles dragelijker kunnen maken + impact gezondheid kunnen verminderen.
  • Hassles zijn sterker geassocieerd met gezondheid dan levensgebeurtenissen dan de uplifts scale.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly