Q2 Flashcards
(75 cards)
le noble
de edelman
devenir
uitgroeien totets, worden
fondateur
de grondlegger
naissance
geboorte
principauté
het prinsdom
éduquer
opvoeden
jouir de
genod
rang/ condition
destand
acquérir
verwierg, verwierren, verworren
commandant en chef
de opperbevelhebber
ordre
het bevel
mémoire
het lid
chevalier
de ridder
stradhouder
stradhouder
toison d’or
het gulden Vlies
de relatives
de verhouding
devenir + mauvais
verlechteren,
s’amélioré
verbeteren
vieillir
verouderen
cependant
echter, nochtans, evenwel
porte parole
woordvoerder
défendre
verdedigen
perdre
verliezen
hérétique
de ketter