Rechtsmiddelen ten gronde Flashcards

(177 cards)

1
Q

Wat is de betekenis van opschorting in het strafrecht?

A

Het is een beslissing van de raadkamer waarbij de inverdenkinggestelde wordt vrijgesteld van straf, maar erkent schuldig te zijn aan de feiten.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Welke partijen kunnen hoger beroep aantekenen tegen de beslissing tot opschorting?

A

Zowel het OM als de inverdenkinggestelde zelf.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Wat voorziet artikel 4, §2 probatiewet met betrekking tot de strafvordering?

A

Het voorziet in een verzet, dat wil zeggen een hoger beroep dat binnen 24 uur moet worden ingesteld.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Wat is de termijn voor het aantekenen van verzet tegen een beslissing op strafgebied?

A

24 uur.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Wat kan er gedaan worden met het verzet volgens artikel 4, §2 probatiewet?

A

Er kan gebruik worden gemaakt van dit verzet om de zaak aanhangig te maken bij het KI.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Wat is de standaardtermijn voor het aantekenen van hoger beroep op burgerlijk gebied?

A

30 dagen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Wat is de relevante wet die verwijst naar de termijn en vormvoorwaarden voor burgerlijke vorderingen?

A

Artikel 6, lid 4 probatiewet.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Wat zijn de vereisten voor het aantekenen van hoger beroep in civiele zaken?

A

Men moet rekening houden met de vormvereisten, waaronder het gebruik van een grievenformulier.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Waar verwijst artikel 6, lid 4 probatiewet naar met betrekking tot burgerlijke vorderingen?

A

Naar de termijnen en vormvoorwaarden die van toepassing zijn in correctionele zaken.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Is het mogelijk voor de inverdenkinggestelde om hoger beroep aan te tekenen tegen de beslissing tot opschorting?

A

Ja, het is niet ondenkbaar dat hij dat wenselijk acht, bijvoorbeeld over kosten of verbeurdverklaring.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Wat is de standaard beroepstermijn voor zowel OM als inverdenkinggestelde bij internering?

A

30 dagen

Deze termijn is vastgesteld in de interneringswet.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Welke artikelen van het wetboek van strafvordering zijn relevant voor de beroepstermijnen in de correctionele procedure?

A

Artikel 205 en artikel 203 ev. Sv.

Artikel 205 biedt extra mogelijkheden voor het OM bij appel.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Wat is de beroepstermijn voor het OM bij het appelgerecht volgens de interneringswet?

A

40 dagen

Deze termijn kan gebruikt worden bij beroep op basis van artikel 205.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Wat moet er altijd in acht worden genomen bij de uitspraak van de raadkamer over internering?

A

Vormvoorschriften van de correctionele procedure

Deze voorschriften zijn van toepassing ongeacht de beslissing van de raadkamer.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Wat gebeurde er in de zaak die leidde tot het arrest van het Hof van Cassatie op 8 oktober 2019?

A

Het hoger beroep van het OM werd onontvankelijk verklaard vanwege het ontbreken van een grievenformulier

Dit illustreert het belang van het indienen van een grievenformulier in beroepzaken.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Vul de lege plaats in: De interneringswet verwijst naar de _______ en termijnen van de correctionele procedure.

A

vormvoorschriften

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
17
Q

True or False: De raadkamer kan besluiten tot buitenvervolgingstelling, zelfs als het OM internering vordert.

A

True

Dit toont de onafhankelijkheid van de raadkamer in haar beslissingen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
18
Q

Welke procedure wordt gevolgd wanneer de raadkamer wordt gevraagd om uitspraak te doen over internering?

A

Correctionele procedure

Dit is van toepassing ongeacht de uitkomst van de beslissing.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
19
Q

Wat is de rol van de raadkamer bij de buitenvervolgingstelling?

A

De raadkamer doet geen uitspraak over de schuldvraag, maar over de vraag of er voldoende bezwaren zijn voor verwijzing naar de vonnisrechter.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
20
Q

Wat is de termijn voor hoger beroep tegen de beschikkingen van de raadkamer tot buitenvervolgingstelling?

A

15 dagen of 24 uur wanneer één of meerdere inverdenkinggestelde zich in voorlopige hechtenis bevinden.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
21
Q

Kan de inverdenkinggestelde hoger beroep aantekenen tegen de beslissing over voldoende bezwaren?

A

Nee, dat kan alleen als er een procedurele discussie is, zoals een oorzaak van verval van strafvordering.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
22
Q

Welke artikelen van het wetboek van strafvordering zijn relevant voor hoger beroep door de inverdenkinggestelde?

A

Art. 131 en 135.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
23
Q

Wanneer kan de inverdenkinggestelde hoger beroep aantekenen tegen de beschikking van de raadkamer?

A

Bij onregelmatigheden of onwettigheden in de beschikking van de raadkamer.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
24
Q

Wat gebeurt er als de raadkamer besluit tot verwijzing naar de vonnisrechter?

A

Er kan een aparte beschikking worden genomen inzake voorlopige hechtenis.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
25
Wat zijn de twee mogelijkheden voor de beslissing over voorlopige hechtenis?
* Vrijlating * Handhaving van de voorlopige hechtenis
26
Wat kan het OM doen als de raadkamer beslist tot vrijlating van de inverdenkinggestelde?
Hoger beroep aantekenen binnen 24 uur op basis van de wet op de voorlopige hechtenis.
27
Kan de aangehouden inverdenkinggestelde hoger beroep aantekenen tegen de beslissing tot handhaving van de voorlopige hechtenis?
Nee, dat is niet nodig.
28
Wat is de alternatieve mogelijkheid voor de inverdenkinggestelde als de voorlopige hechtenis wordt gehandhaafd?
Een verzoekschrift neerleggen overeenkomstig art. 27 van de wet op de voorlopige hechtenis.
29
Heeft een beklaagde het recht om persoonlijk te verschijnen?
Ja, er zijn richtlijnen en arresten die dit recht bevestigen ## Footnote Verwezen wordt naar een RL van 9 maart 2016 en het arrest van Cass. 30 mei 2017.
30
Wat is het uitgangspunt met betrekking tot de aanwezigheid van de beklaagde tijdens de rechtszaak?
De beklaagde moet zijn proces kunnen volgen, eraan moeten deelnemen en instructies kunnen geven aan de raadsman ## Footnote Dit doet denken aan het concept fitness to stand trial uit het Angelsaksisch recht.
31
Zijn de rechten van de beklaagde om persoonlijk aanwezig te zijn absoluut?
Nee, deze rechten zijn niet absoluut ## Footnote Een beklaagde kan bijvoorbeeld ziek zijn of in coma verkeren.
32
Wat moet de rechter doen als de beklaagde niet aanwezig kan zijn?
De rechter moet uitleggen op basis van welke feiten het recht op een eerlijk proces gewaarborgd is ## Footnote Dit blijkt uit het arrest van het Hof van Cassatie.
33
Wat was de beslissing van het Hof van Cassatie op 30 mei 2017?
De vernietiging van het bestreden arrest omdat appelrechters niet hadden uitgelegd waarom het proces toch eerlijk was ## Footnote Dit was ondanks de afwezigheid van de beklaagde.
34
Wat gebeurde er in het arrest van 20 september 2016?
De beslissing van de appelrechters om de zaak te laten doorgaan werd in stand gehouden ## Footnote Dit was omdat er feitelijke elementen waren aangeduid.
35
Wat zijn enkele feitelijke elementen die werden genoemd in het arrest van 20 september 2016?
* Beklaagde was niet aanwezig door hersenbloedingen * Contact met advocaat was nog mogelijk * Beklaagde herinnerde zich gebeurtenissen * Beklaagde verrichtte nog werkzaamheden met zijn zoon
36
Wat is het uitgangspunt bij procedures die louter betrekking hebben op rechtsvragen?
Er is meer inperking mogelijk voor deze procedures ## Footnote Dit blijkt uit het arrest van 2 maart 1987 - Monnell en Morris.
37
Wat is de uitspraak in het arrest van 21 januari 1999 (Van Gyseghem t. België)?
De persoonlijke aanwezigheid is belangrijk voor de betrouwbaarheid van de verklaring van de beklaagde.
38
Wat zegt het EHRM over ziekte en persoonlijke aanwezigheid?
Bij uitzonderlijke omstandigheden kan worden afgeweken van de vereiste persoonlijke aanwezigheid ## Footnote Dit moet echter goed worden gewaarborgd.
39
Hoe uitzonderlijk is het om afbreuk te doen aan het recht om persoonlijk aanwezig te zijn?
Het is zeer uitzonderlijk ## Footnote Dit blijkt uit arresten van het Europees Hof, zoals Proschkin tegen Rusland.
40
Wat is het uitgangspunt met betrekking tot verstekbeslissingen?
Alle verstekbeslissingen zijn vatbaar voor verzet, zowel in eerste aanleg als in graad van beroep.
41
Hoe kan men bepalen of een beslissing een verstekbeslissing is?
Door te kijken naar de beslissing zelf en de feitelijke context, met name de aanwezigheid van de betrokkenen tijdens de debatten.
42
Wat is een criterium voor het vaststellen van een verstekbeslissing?
De vraag of de betrokkene aanwezig was op het ogenblik van de debatten.
43
Wat gebeurt er als een beklaagde niet aanwezig is bij de vordering van het OM?
Het gaat altijd om een verstekbeslissing.
44
Wanneer is er sprake van een verstekbeslissing bij een burgerlijke partij?
Wanneer men niet aanwezig is op het ogenblik dat een burgerlijke partij een vordering heeft toegelicht tegen die welbepaalde versteklatende partij.
45
Wat is niet relevant bij het bepalen van een verstekbeslissing?
De aan- of afwezigheid van de betrokkene bij de uitspraak.
46
Wat staat er in art. 187, § 8 van het Wetboek van strafvordering?
Men kan geen tweede maal verzet aantekenen tegen eenzelfde verstekbeslissing.
47
Wat betekent het Franse adagium 'opposition sur opposition ne vaut'?
Het verwijst naar de regel dat men geen tweede verzet kan aantekenen tegen eenzelfde verstekbeslissing.
48
Onder welke voorwaarde kan men een tweede verzet aantekenen volgens het Hof van Cassatie?
Wanneer men eerst afstand doet van het verzet zonder berusting.
49
In welke situaties kan geen verzet worden aangetekend?
Bij een bevel tot persoonlijke verschijning of een bevel tot medebrenging.
50
Wat zijn de gevolgen van het negeren van een bevel tot persoonlijke verschijning?
Men kan geen verzet meer aan tekenen, de behandeling wordt geacht op tegenspraak te zijn geschied.
51
Wat is de rol van het bevel tot medebrenging?
Het leidt ertoe dat de beklaagde of beschuldigde aanwezig is, waardoor er een procedure op tegenspraak plaatsvindt.
52
Wat is vereist voordat een rechter gebruik kan maken van een bevel tot medebrenging?
De beklaagde of beschuldigde moet aanwezig zijn geweest bij de inleidingszitting.
53
Wat is de rechtsleer met betrekking tot het bevel tot medebrenging?
Men kan alleen gebruik maken van een bevel tot medebrenging als men eerst het bevel tot persoonlijke verschijning heeft geprobeerd.
54
Hoe moet verzet worden aangetekend?
Bij gerechtsdeurwaardersexploot en houdt dagvaarding in tegen de eerstkomende zitting na een termijn van 15 of 3 dagen.
55
Wat is de algemene termijn voor het aantekenen van verzet?
15 dagen.
56
In welke situatie is de termijn voor verzet 3 dagen?
Wanneer één van de partijen zich in hechtenis bevindt.
57
Leidt het niet respecteren van termijnen tot niet-ontvankelijkheid van het verzet?
Nee.
58
Aan wie moet verzet worden betekend als men het wil beperken tot strafgebied?
Aan het OM.
59
Wat moet er gebeuren als men verzet wil aantekenen tegen alle beschikkingen?
Betekenen aan het OM en aan de burgerlijke partij.
60
Welke andere actoren moeten soms worden betekend?
* Administratie der Douane en Accijnzen * Arbeidsauditeur
61
Kan een gedetineerde verzet aantekenen?
Ja, via een verklaring in de strafinrichting.
62
In welke taal moet de betekening gebeuren?
In de taal van de verstek uitspraak.
63
Wanneer begint de termijn om verzet aan te tekenen te lopen?
Op het moment dat de verstekbeslissing wordt betekend.
64
Wat is vereist voor een regelmatige betekening van de verstekbeslissing?
Vermelding van de mogelijkheid om verzet aan te tekenen en de termijn.
65
Wat gebeurt er als de betekening niet aan de beklaagde zelf is?
Er is een buitengewone termijn van 15 dagen vanaf daadwerkelijke kennisname.
66
Wat moet het OM bewijzen bij betwisting van de kennisname van de betekening?
Wanneer de beklaagde kennis heeft genomen van de betekening.
67
Wat is de uiterlijke limiet om verzet aan te tekenen op strafgebied?
Het moment waarop de straf verjaart.
68
Waarom zou een beklaagde verzet willen aantekenen, zelfs als de straf is verjaard?
Om nadelen van de verstekbeslissing te vermijden.
69
Wat heeft het Grondwettelijk Hof beslist over verzet na verjaring van de straf?
Geen schending van de Grondwet.
70
Kan de rechter rekening houden met overmacht bij verzet na verjaring?
Ja.
71
Wat zijn de juridische vragen rond het ontvankelijk verklaren van verzet na verjaring?
Of de oorspronkelijke verstekbeslissing vervalt en of een nieuwe veroordeling mogelijk is.
72
Wat moet een rechter eerst nagaan bij verzet?
Of het verzet ontvankelijk is ## Footnote Dit is de eerste stap voordat de rechter bepaalt of het verzet ongedaan moet worden verklaard.
73
Welke artikelen beschrijven de oorzaken van onontvankelijkheid van verzet?
Art. 187 § 5 van het Wetboek van Strafvordering ## Footnote Dit artikel bevat een opsomming van oorzaken, maar is niet volledig.
74
Noem een reden waardoor verzet onontvankelijk kan zijn.
Geen belang om verzet aan te tekenen ## Footnote Dit leidt ook tot de niet-ontvankelijkheid van het verzet.
75
Wat gebeurt er als de verzetdoende partij afwezig is?
Het verzet wordt ongedaan verklaard ## Footnote Dit betekent dat de verstekbeslissing herleeft.
76
Wat bepaalt de wet over de afwezigheid van de verzetdoende partij?
De rechter moet het verzet ongedaan verklaren, ongeacht de reden van afwezigheid ## Footnote Dit geldt ook voor latere zittingen.
77
Wat verduidelijkte het Grondwettelijk Hof in het arrest van 21 december 2017?
Bij overmacht mag de rechter het verzet niet ongedaan verklaren ## Footnote De rechter moet dan uitspraak doen over de grond van de zaak.
78
Wat zijn de voorwaarden om verzet ongedaan te verklaren wanneer de partij kennis had van de dagvaarding?
* Kennis van de dagvaarding * Geen gewag van overmacht of wettige reden van verschoning ## Footnote Dit is vereist voor de rechter om het verzet ongedaan te verklaren.
79
Wat is een wettige reden van verschoning?
Een reden waardoor afwezigheid niet ingegeven was door de wens om afstand te doen van het recht om te verschijnen ## Footnote Dit werd ingevoerd met de potpourri II-wet.
80
Wat moet de rechter nagaan bij het vaststellen van een wettige reden van verschoning?
Of de afwezigheid niet was ingegeven door de wens om zich te onttrekken aan het gerecht ## Footnote Dit is cruciaal voor de beoordeling van het verzet.
81
Wat was het probleem in het arrest van 3 april 2019?
De advocaat vroeg uitstel en verliet de zittingszaal ## Footnote Het verzet werd ongedaan verklaard, maar het Hof van Cassatie vernietigde deze beslissing.
82
Wat gebeurde er in het arrest van 17 september 2019?
Een advocaat was te laat, waardoor het verzet ongedaan werd verklaard ## Footnote Dit werd bevestigd door het Hof van Cassatie.
83
Is een strafverzwaring mogelijk op verzet?
Nee, een strafverzwaring is niet mogelijk op louter verzet van de verzetdoende partij.
84
Wat is een mogelijk gevolg van verzet volgens Cassatie 16 januari 2018?
De kosten kunnen zwaarder zijn.
85
Wat moet men onderscheiden bij verzet?
Wat juridisch niet kan en wat feitelijk het gevolg is van het aantekenen van verzet.
86
Waar kijkt men naar om te bepalen of een straf zwaarder is?
Men kijkt naar de hoofdstraf.
87
Volgens welk artikel kan een zwaardere straf in graad van beroep enkel worden opgelegd?
Artikel 211bis Sv.
88
Wat is vereist voor een zwaardere straf in graad van beroep?
Eenparigheid van stemmen van appelrechters.
89
Wat blijkt uit de RP over het verlagen van de hoofdstraf?
Als de hoofdstraf is verlaagd en bijkomende straffen zijn verhoogd, heeft dit niets te maken met strafverzwaring.
90
Geef een voorbeeld van hoe een rechter op verzet kan oordelen?
Een hoofdstraf van 1 jaar kan verlaagd worden naar 6 maanden, terwijl de verbeurdverklaring kan stijgen van 10.000 naar 100.000 euro.
91
Wat is de juridische status van een verhoging van bijkomende straffen bij verzet?
Het is geen strafverzwaring.
92
Wat is de conclusie over verzet als rechtsmiddel?
Verzet is een veilig rechtsmiddel, maar men kan geconfronteerd worden met een straf die zwaarder aanvoelt.
93
Wat is het recht op hoger beroep?
Het recht op hoger beroep is niet onbeperkt en staat in enkele internationale bepalingen zoals artikel 14.5 IVBPR en artikel 2.1, zevende protocol EVRM. ## Footnote Beide bepalingen geven aan dat het recht op hoger beroep geen absoluut recht is.
94
Welke voorbehouden heeft België gemaakt in de IVBPR?
België heeft een voorbehoud gemaakt voor een aantal rechten. ## Footnote Dit betreft specifieke rechten binnen het kader van de IVBPR.
95
Wat is voldoende volgens het EVRM voor hoger beroep?
Het is voldoende dat er een cassatieberoep kan worden ingesteld, wat in België bij strafzaken altijd mogelijk is.
96
Noem een situatie waarin geen hoger beroep mogelijk is in België.
Er kan geen hoger beroep worden aangetekend tegen beslissingen van het Hof van Assisen. ## Footnote Ook in situaties waar het HvB in eerste en laatste aanleg beslissingen neemt, zoals bij procedure van voorrecht van rechtsmacht.
97
Is hoger beroep mogelijk tegen beslissingen op verstek?
Ja, hoger beroep is mogelijk tegen beslissingen op verstek, voor zover deze in eerste aanleg zijn uitgesproken.
98
Wat is een voorbeeld van een beslissing waartegen geen hoger beroep kan worden aangetekend?
Tegen een bevel tot persoonlijke verschijning kan geen hoger beroep worden aangetekend. ## Footnote Dit is vastgelegd in artikel 185 §2 Sv.
99
Wat kan het OM doen tegen beslissingen die de strafvordering in gedrang brengen?
Het OM kan beroep aantekenen tegen beslissingen die de strafvordering in gedrang brengen.
100
Wat gebeurt er als de correctionele rechtbank beslist dat de strafvordering ontvankelijk is en de beklaagde beroep instelt?
Het Hof van Beroep beslist over dat hoger beroep en kan bevestigen of wijzigen. ## Footnote Als het Hof bevestigt, gaat de zaak terug naar de correctionele rechtbank.
101
Wat is het evocatierecht?
Het evocatierecht is het recht van het Hof van Beroep om een zaak over te nemen, zoals vastgelegd in artikel 215 Sv.
102
Vul de lege plek in: Hoger beroep is ook mogelijk tegen beslissingen _______ recht te doen.
[alvorens] ## Footnote Dit betreft beslissingen zoals het stellen van onderzoekshandelingen of ontvankelijkheid strafvordering.
103
Waartegen kan geen beroep worden ingesteld met betrekking tot prejudiciële vragen?
Tegen beslissingen van rechters om al dan niet prejudiciële vragen te stellen kan geen beroep worden ingesteld.
104
Wat is de belangrijkste wijziging in de procedure voor hoger beroep sinds de potpourri II wet?
De introductie van een grievenformulier dat moet worden ingevuld naast de verklaring ter griffie.
105
Wat is het doel van het grievenstelsel dat door de wetgever is geïntroduceerd?
Zodat de appelrechter weet waarover het debat gaat in graad van beroep.
106
Wat moet er naast de verklaring ter griffie worden neergelegd bij het hoger beroep?
Een grievenformulier of een verzoekschrift waarin de grieven zijn ontwikkeld.
107
Wat kan men gebruiken om de grieven te formuleren?
Een eigen verzoekschrift of een model grievenformulier dat ter beschikking is op de griffies.
108
Wanneer kan het grievenformulier worden neergelegd?
Bij het indienen van de verklaring of later binnen de beroepstermijn.
109
Wat is een belangrijke voorwaarde voor het grievenformulier?
Het grievenformulier moet ondertekend zijn.
110
Wat heeft het Hof van Cassatie bevestigd over de ondertekening van het grievenformulier?
In sommige gevallen kan het hoger beroep ontvankelijk verklaard worden, ook als het grievenformulier niet is ondertekend.
111
Wat is de consequentie van het niet ondertekenen van het grievenformulier?
Meestal leidt dit tot de niet ontvankelijkheid van het hoger beroep.
112
Is het mogelijk om het grievenformulier per fax in te dienen?
Ja, het Hof van Cassatie heeft dit aanvaard.
113
In welke situatie is een grievenformulier niet nodig bij hoger beroep?
Wanneer hoger beroep wordt aangetekend tegen een beslissing waarbij het verzet ongedaan wordt verklaard.
114
Hoe moet het hoger beroep worden aangetekend door het OM bij het appelgerecht?
Via een betekening en niet door het afleggen van een verklaring ter griffie.
115
Wat moet het OM doen om de grieven te formuleren?
De grieven formuleren in het exploot van betekening dat ter griffie wordt neergelegd.
116
Wat is de beroepstermijn die van toepassing is voor het OM bij het indienen van hoger beroep?
40 dagen.
117
Wat gebeurt er als het exploot van betekening na de beroepstermijn wordt neergelegd?
Het hoger beroep van het OM is dan niet ontvankelijk.
118
Wat is een grief?
Een grief is een specifiek aspect waartegen men in hoger beroep komt.
119
Wat vereist de wet met betrekking tot grieven?
De wet vereist dat grieven nauwkeurig moeten worden bepaald.
120
Is het verplicht om redenen te vermelden in grieven?
Nee, het vermelden van redenen is niet verplicht.
121
Wat moet duidelijk blijken uit de grieven?
Het moet duidelijk zijn tegen welke beslissingen men opkomt.
122
Wat is de rol van de appelrechter met betrekking tot grieven?
De appelrechter oordeelt of de grieven voldoende nauwkeurig zijn bepaald.
123
Hoe interpreteert het HvC de wet over grieven?
Het HvC interpreteert de wet eerder soepel.
124
Wat kan er gebeuren bij onnauwkeurigheid in het grievenformulier?
Er zijn risico's; grieven kunnen als onvoldoende geformuleerd worden beschouwd.
125
Wat zijn de twee belangrijkste wijzigingen door de potpourri II wet?
* Termijnen zijn aangepast en verlengd * Vormvoorwaarden zijn aangepast met een grievenstelsel
126
Wat is de standaardtermijn voor hoger beroep?
De standaardtermijn bedraagt 30 dagen.
127
Wanneer begint de standaardtermijn te lopen?
De termijn begint te lopen vanaf de uitspraak.
128
Wanneer begint de termijn te lopen bij een verstekbeslissing?
De termijn begint te lopen vanaf de betekening.
129
Voor welke partijen is de standaardtermijn van 30 dagen van toepassing?
* Beklaagde * OM * Burgerlijke partij * Burgerlijk aansprakelijke partij
130
Wat is de aanvullende termijn voor het OM bij een volgberoep?
10 dagen.
131
Wat is de aanvullende termijn voor de beklaagde of BAP?
10 dagen.
132
Wat zijn de totale termijnmogelijkheden voor het OM?
40 dagen met aanvullende 10 dagen voor beklaagde/BAP.
133
Wat kan er afgeleid worden uit het aanvinken van alle vakjes op het grievenformulier?
Het kan afgeleid worden dat de grieven onvoldoende zijn geformuleerd.
134
Wat is artikel 203 Sv?
De wet voorziet in een extra termijn voor het OM bij wijzen van volgberoep van 10 dagen.
135
Waarom heeft het OM een extra termijn van 10 dagen?
Om ervoor te zorgen dat alles in het debat voor de appelrechter blijft.
136
Wanneer kan het volgberoep door het OM worden gebruikt?
Wanneer er hoger beroep is aangetekend door een welbepaalde beklaagde.
137
Wat moet er zijn voordat het OM de extra 10 dagen kan gebruiken?
Er moet een hoofdberoep van een beklaagde zijn.
138
Wat gebeurt er als niet alle beklaagden hoger beroep instellen?
Het OM moet tegen die beklaagden die geen beroep instellen binnen de standaardtermijn van 30 dagen hoger beroep instellen.
139
Wanneer begint de extra termijn van 10 dagen voor het OM?
Wanneer de beklaagde hoger beroep aantekent.
140
Wat gebeurt er als de beklaagde binnen de eerste 20 dagen beroep aantekent?
De extra 10 dagen voor het OM veranderen niets aan de standaardtermijn van 30 dagen.
141
Wat is de impact van de PPII-wet op de termijnen?
De PPII-wet heeft niet alleen verandering gebracht in de termijnen, maar zorgde ook voor de invoering van een grievenstelsel.
142
Wat is het gevolg van het grievenstelsel voor de appelrechter?
De appelrechter kan enkel uitspraak doen over de grieven geformuleerd door de appellanten.
143
Wat gebeurt er als het OM pas op de 29ste of 30ste dag beroep aantekent?
De beklaagde kan geen grievenformulier meer neerleggen omdat zijn termijn van 30 dagen verstreken is.
144
Waarom kan een beklaagde zich verschalkt voelen in een hoger beroep?
Omdat hij geen grievenformulier meer kan aantekenen en de appelrechter enkel uitspraak kan doen over de grieven van het OM.
145
Wat heeft het GwH bepaald over het volgberoep voor de beklaagde?
De beklaagde moet ook kunnen beschikken over een volgberoep wanneer het OM laat hoger beroep instelt.
146
Hoe lang heeft de beklaagde om hoger beroep aan te tekenen na het OM?
De beklaagde heeft een extra termijn van 10 dagen om HB aan te tekenen.
147
Wat geldt niet voor burgerrechtelijk vlak volgens het arrest?
De verlenging van de termijn geldt niet op burgerrechtelijk vlak.
148
Wat is een voorbeeld van een situatie waarin de beklaagde zich verschalkt voelt?
Een beklaagde die niet hoger beroep aantekent omdat hij een milde straf heeft gekregen, maar het OM hoger beroep instelt.
149
Wat moet men nog steeds beraden over na een hoger beroep op strafgebied?
Civiel beroep binnen 30 dagen.
150
Wat is de extra termijn die de burgerlijke partij heeft op basis van artikel 203 Sv?
10 dagen ## Footnote Deze termijn is alleen van toepassing als de burgerlijke partij een bepaalde partij in de zaak wenst te houden.
151
In welke situatie beschikt de burgerlijke partij niet altijd over de extra termijn van 10 dagen?
Als er geen bepaalde partij in de zaak is die de burgerlijke partij wenst te houden ## Footnote Dit betreft situaties zonder hoofdberoep.
152
Wanneer ontstaat er een probleem voor de burgerlijke partij in het voorbeeld met beklaagde A en B?
Wanneer de appelrechter beslist dat beklaagde A niet kan worden verweten ## Footnote Dit omdat beklaagde B de werkelijke dader was.
153
Wat moet de burgerlijke partij doen zodra er hoofdberoep op burgerrechtelijk vlak wordt ingesteld door beklaagde A?
Een hoofdberoep instellen tegen beklaagde B ## Footnote Dit is nodig zodat de appelrechter beklaagde B mogelijk kan veroordelen om schadevergoeding te betalen.
154
Hoeveel dagen heeft de burgerlijke partij in totaal om hoofdberoep in te stellen tegen beklaagde B?
40 dagen ## Footnote Dit is inclusief de extra termijn van 10 dagen.
155
Wat is de termijn voor hoger beroep ingesteld door het OM bij het appelgerecht volgens artikel 205 Sv?
40 dagen ## Footnote Deze termijn is niet afhankelijk van een hoofdberoep van beklaagde.
156
Wat zijn de vormvoorwaarden voor het instellen van hoger beroep door het OM?
Bij betekening ## Footnote Dit is anders dan bij verklaring ter griffie.
157
Wat oordeelde het GwH op 6 juni 2009 over de extra 10 dagen voor het OM?
De extra 10 dagen moeten ook van toepassing worden geacht voor de beklaagde en burgerlijk aansprakelijke partij ## Footnote Dit om te voorkomen dat de beklaagde anders kan worden verschalkt.
158
Wat gebeurt er als het OM beroep aantekent tussen de 20ste en de 40ste dag?
Er is een extra termijn van 10 dagen voor beklaagde of BAP om hoger beroep aan te tekenen ## Footnote Dit geldt voor het strafgebied.
159
Wat omvat artikel 204 Sv. met betrekking tot het grievenstelsel?
Appellant moet weergeven waartegen hij zich gegriefd voelt en de appelrechter kan enkel daarover oordelen. ## Footnote Dit artikel vormt de basis voor het grievenstelsel in het strafproces.
160
Wat voegt artikel 210 Sv. toe aan artikel 204 Sv.?
De mogelijkheid voor appelrechter om ambtshalve bepaalde grieven van OO op te werpen. ## Footnote Dit biedt de appelrechter meer ruimte om relevante kwesties te adresseren.
161
Wat was de uitkomst van het arrest van Cass. op 13 maart 2018?
De appelrechter mocht niet beslissen over veiligheidsmaatregelen omdat de grief beperkt was tot straftoemeting. ## Footnote Het HvC vernietigde de beslissing omdat veiligheidsmaatregelen wel tot de saisine van de appelrechter behoren.
162
In het arrest van Cass. op 27 februari 2018, wat mocht de appellant niet meer doen?
De discussie over de onrechtmatigheid van het verkregen bewijs. ## Footnote Het HvC vernietigde de beslissing omdat van de appellant niet verwacht kon worden dat hij dit expliciet aangaf.
163
Wat stelde het OM in het arrest van Cass. op 30 januari 2019?
De straf kon verlaagd worden op louter HB van het OM met als grief in het algemeen straftoemeting. ## Footnote Dit bevestigt de mogelijkheid om zowel de straf omhoog als omlaag te laten gaan.
164
Wat was de conclusie van het arrest van Cass. op 11 september 2018 over toerekeningsvatbaarheid?
Volgens het HvB kon er geen debat gevoerd worden over ontoerekeningsvatbaarheid omdat het vakje schuld niet was aangevinkt. ## Footnote Dit leidt tot een beperking voor de appelrechter in de beoordeling van de zaak.
165
Wat bevestigde het HvC in het arrest van Cass. op 30 november 2018?
De appelrechter mocht de kwalificatie van het ten laste gelegde feit herkwalificeren wanneer er een grief over schuld is. ## Footnote Dit geeft de appelrechter de bevoegdheid om de zaak verder te onderzoeken.
166
Wat was het resultaat van het arrest van Cass. op 24 oktober 2018 met betrekking tot vrijspraak?
Een vrijspraak kan niet uitsluitend gestoeld zijn op de vereiste van opzet als er geen grief over schuld is geformuleerd. ## Footnote Dit benadrukt de noodzaak van grieven in het proces.
167
Wat zei Cass. op 5 maart 2019 over de saisine van de appelrechters?
De saisine van de appelrechters blijkt uit de grieven geformuleerd door de appellant en de grieven van het OM. ## Footnote Dit betekent dat als HB van de beklaagde onontvankelijk wordt verklaard, de grieven van het OM blijven bestaan.
168
Wat geeft Artikel 210 Sv. de appelrechter de mogelijkheid om te doen?
Ambtshalve grieven op te werpen ## Footnote Dit stelt de rechter in graad van beroep in staat om zaken van openbare orde aan te kaarten.
169
Wat was de bedoeling van de wetgever met Artikel 210 Sv.?
Dat de rechter ambtshalve zaken kan opwerpen die niet in het grievenformulier zijn opgenomen ## Footnote Dit betreft onder andere zaken van openbare orde zoals de verjaring van de strafvordering.
170
Hoe heeft de Cass bepaald dat de mogelijkheid voor appelrechter beperkt is?
De toepassing van artikel 210 Sv. is beperkt tot de saisine die al is beperkt door de grieven van de appellanten ## Footnote Dit betekent dat de appelrechter niet kan ingrijpen als de schuldvraag niet aan de orde is.
171
Wat betekent het als de schuldvraag niet aan de orde is voor de appelrechter?
De appelrechter kan geen beroep doen op een ambtshalve grief om een uitspraak over de schuld mogelijk te maken ## Footnote Dit is vastgelegd in de rechtspraak.
172
Wat is het eerste voorbeeld van een beslissing van het GwH?
GwH 16 mei 2019 ## Footnote Hieruit blijkt dat de beperking niet geldt bij nieuwe elementen die na het indienen van het grievenformulier opduiken.
173
Wat moet mogelijk zijn volgens het GwH als er nieuwe elementen zijn opgedoken?
Om de schuldvraag in het debat te brengen ## Footnote Dit kan ook als deze nog niet aan de orde was op basis van de grieven.
174
Wat blijkt uit de arresten van het GwH op 20 november 2019?
De appelrechter moet altijd artikel 210 Sv. kunnen toepassen om ambtshalve grieven van openbare orde te ontwikkelen ## Footnote Dit geldt ook voor de schuldvraag, zelfs als deze niet in het grievenformulier staat.
175
Wat betekent het dat de appelrechter buiten de saisine kan treden?
De rechter kan uitspraak doen over de schuld van een beklaagde, zelfs als deze niet aan de orde is in het grievenformulier ## Footnote Dit is mogelijk op basis van artikel 210 Sv.
176
Hoe kan de beklaagde indirect de appelrechter overtuigen om gebruik te maken van artikel 210 Sv.?
Door te proberen de appelrechter te overtuigen om ambtshalve gebruik te maken van artikel 210 Sv. ## Footnote Dit is mogelijk ondanks dat de beklaagde zelf niet kan concluderen over de schuld.
177
Wat is de rol van de rechter volgens de beslissingen van het GwH?
Om uitspraak te doen over de schuld van een beklaagde ## Footnote Dit is een taak die de rechter moet kunnen uitvoeren, ook als de schuldvraag niet meer aan de orde is.