T2.3 Betrouwbaarheid Flashcards
(40 cards)
Wat is meetfout en hoe beïnvloedt het de betrouwbaarheid van een meetinstrument?
Meetfout is het deel van een meetscore dat puur door toeval komt. Het verlaagt de betrouwbaarheid van een meetinstrument doordat het de nauwkeurigheid van de meting aantast.
Hoe wordt betrouwbaarheid gedefinieerd in de klassieke testtheorie?
Betrouwbaarheid wordt gedefinieerd als de proportie van de variantie in de geobserveerde testscores die wordt veroorzaakt door de ware scores. Dit wordt uitgedrukt als de correlatie tussen de ware scores en de geobserveerde scores in het kwadraat.
Wat is de relatie tussen betrouwbaarheid en meetfout?
Betrouwbaarheid en meetfout zijn omgekeerd gerelateerd: een hogere betrouwbaarheid betekent minder meetfout en vice versa.
Hoe kan betrouwbaarheid worden geschat volgens de klassieke testtheorie?
Betrouwbaarheid kan worden geschat door de correlatie te berekenen tussen de geobserveerde scores van twee parallelle testen die hetzelfde meten en evenveel meetfout hebben.
Hoe kan het effect van meetfout worden verminderd?
Het effect van meetfout kan worden verminderd door meer metingen te verrichten en deze te middelen, waardoor de meetfout rondom het gemiddelde steeds kleiner wordt.
Wat is test-hertestbetrouwbaarheid?
Test-hertestbetrouwbaarheid is de mate waarin herhaalde metingen met hetzelfde meetinstrument vergelijkbare resultaten opleveren.
Welke uitdagingen zijn er bij het bepalen van test-hertestbetrouwbaarheid?
Uitdagingen zijn onder meer veranderingen in de psychologie van individuen, geheugeninvloeden, transient error en het inschatten van de termijn tussen metingen.
Wat is transient error en hoe beïnvloedt het test-hertestbetrouwbaarheid?
Transient error is een meetfout veroorzaakt door tijdsafhankelijke factoren. Bij te korte intervallen tussen metingen kan de meetfout twee keer dezelfde richting hebben en daardoor versterkt worden.
Welke maatstaven worden gebruikt voor het meten van test-hertestbetrouwbaarheid?
Test-hertest alpha en de coefficient of equivalence and stability zijn twee maatstaven die worden gebruikt om test-hertestbetrouwbaarheid te beoordelen.
Wat is een nadeel van test-hertestbetrouwbaarheid met betrekking tot deelnemersuitval?
Uitval van deelnemers kan optreden tussen de eerste en tweede meting, wat de betrouwbaarheidsschatting kan vertekenen en de representativiteit van de steekproef kan aantasten.
Wat is interne consistentie?
Interne consistentie verwijst naar de mate waarin verschillende items van een meetinstrument hetzelfde meten.
Hoe kan interne consistentie worden gebruikt als schatting voor betrouwbaarheid?
Interne consistentie kan worden gebruikt als een schatting voor betrouwbaarheid onder bepaalde aannames, waardoor het wordt gebruikt als een enkele meting van een meetinstrument.
Wat is een kritiekpunt op de interne consistentie-benadering?
Een kritiekpunt is dat deze benadering geen rekening houdt met transient error, wat onrealistisch is in psychologisch onderzoek.
Waar kunnen meer details over betrouwbaarheidsschatters gebaseerd op interne consistentie worden gevonden?
Voor een uitgebreide bespreking van deze betrouwbaarheidsschatters wordt verwezen naar McNeish (2017).
Wat is split-half-betrouwbaarheid?
Split-half-betrouwbaarheid is een maat voor interne consistentie waarbij een meetinstrument in twee helften wordt verdeeld en de correlatie tussen deze helften wordt berekend als schatting van betrouwbaarheid.
Hoe wordt split-half-betrouwbaarheid berekend?
Een meetinstrument wordt verdeeld in twee helften, de gemiddelde scores van elke helft worden berekend voor elke deelnemer, en vervolgens wordt de correlatie tussen deze twee helften berekend.
Welk probleem kan optreden bij de split-half-betrouwbaarheidsbenadering?
Het probleem is dat er verschillende manieren zijn om een meetinstrument in twee helften te verdelen, wat kan leiden tot variabele correlaties tussen deze helften.
Hoe kan het probleem van variabele correlaties bij split-half-betrouwbaarheid worden opgelost?
Door alle mogelijke split-half-betrouwbaarheden te berekenen en het gemiddelde te nemen, wat resulteert in de coëfficiënt alpha.
Wat is de coëfficiënt alpha?
De coëfficiënt alpha, ook bekend als Cronbach’s alpha, is het gemiddelde van alle mogelijke split-half-betrouwbaarheden en wordt gebruikt als maat voor de interne consistentie van een meetinstrument.
Wat is de formule voor het berekenen van coëfficiënt alpha?
α = k / (k - 1) * (1 - ∑(σ²i) / σ²X), waarbij k het aantal items in het meetinstrument is, σ²i de variantie van een gegeven item en σ²X de variantie van het meetinstrument.
Waarom is de coëfficiënt alpha zo belangrijk?
De coëfficiënt alpha is eenvoudig te berekenen, zelfs zonder computers, en is beschikbaar in populaire statistische software zoals SPSS, waardoor het een veelgebruikte maat is voor interne consistentie.
Welke problemen kunnen optreden bij het gebruik van coëfficiënt alpha?
Coëfficiënt alpha vereist een tau-equivalent meetmodel, wat betekent dat alle items even sterk op een factor moeten laden, wat vaak niet het geval is in de praktijk. Daarnaast kan het ontbreken van de transient error een beperking zijn.
Wat is coëfficiënt H en hoe wordt het berekend?
Coëfficiënt H is een maat voor interne consistentie die rekening houdt met verschillende factorladingen. Het wordt berekend met de formule H = √(1 + ∑(l²i) / (1 - ∑(l²i))), waarbij l²i de factorladingen zijn.
Wat is de Greatest Lower Bound (glb)?
De Greatest Lower Bound (glb) is een maat voor interne consistentie die niet eenvoudig met de hand te berekenen is, maar beschikbaar is in software. Het geeft een betere schatting van de betrouwbaarheid van een meetinstrument.