toets 3 Flashcards
1
Q
choisir
A
kiezen
2
Q
chercher
A
zoeken
3
Q
proposer
A
voorstellen
4
Q
réfléchir
A
nadenken
5
Q
tu veux dire
A
je bedoelt
6
Q
plein de
A
volop, veel
7
Q
au travail
A
aan het werk
8
Q
toet a fait
A
helemaal
9
Q
computer sur
A
rekenen op
10
Q
apprendre
A
leren
11
Q
l´émission
A
de uitzending
12
Q
drole
A
grappig
13
Q
rigoler
A
lol maken
14
Q
toet le monde
A
iedereen
15
Q
demander
A
vragen aan
16
Q
organiser
A
organiseren
17
Q
habiter
A
wonen
18
Q
se promener
A
wandelen
19
Q
entre
A
tussen
20
Q
meme
A
zelfs, zelfde
21
Q
zoeken
A
chercher
22
Q
nadenken
A
réfléchir
23
Q
kiezen
A
choisir
24
Q
voorstellen
A
proposer
25
leren
apprendre
26
vragen (aan)
demander
27
wonen
habiter
28
de uitzending
l'émission
29
iedereen
toet le monde
30
tussen
entre
31
zelfs, zelfde
meme
32
helemaal
tout a fait
33
wandelen
se promener
34
lol maken
rigoler
35
aujourd´hui
vandaag
36
ouvrir
openen
37
la journée
de dag
38
l´ouverture
de opening
39
rencontrer
ontmoeten
40
la magazine
het tijdschrift
41
le reporter
de reporter
42
interviewer
interviewen
43
le joueur
de speler
44
l´equipe
het team, de ploeg
45
le/la jeune
de jongeren
46
expliquer
uitleggen
47
la visite
het bezoek
48
nouveau, nouvelle
nieuw
49
le chanteur/ la chanteuse
de zanger/ de zangeres
50
l'acteur, l'actrice
de acteur, de actrice
51
parler
praten, spreken
52
depuis longtemps
sinds heel lang
53
tiens
alsjeblieft, hier is
54
bonne chance
succes
55
vandaag
aujourd'hui
56
de dag
la journée
57
ontmoeten
recontrer
58
het team, de ploeg
l'equipe
59
de speler
le joueur
60
de zanger, de zangeres
le chanteur, la chanteuse
61
de acteur, de actrice
l'acteur, l'actrice
62
het tijdschrift
le magazine
63
de jongere
le/la jeune
64
het bezoek
la visite
65
nieuw
nouveau, nouvelle
66
praten
parler
67
openen
ouvrir
68
uileggen
expliquer
69
le concours
de wedstrijd
70
participer
meedoen
71
découvrir
ontdekken
72
acheter
kopen
73
essayer
proberen, passen
74
le billet
het ticket
75
la vie
het leven
76
tu lis
jij leest
77
la star
de ster
78
télécharger
downloaden
79
marcher
lopen
80
tout
alle
81
la limite
de grens
82
s'inscrire
zich inschrijven
83
compter
tellen
84
le message
het bericht
85
bref
kortom
86
incroyable
ongelooflijk
87
devant
voor
88
immédiatement
meteen
89
zich inschrijven
s'inscrire
90
tellen
compter
91
kopen
acheter
92
ontdekken
découvrir
93
proberen, passen
essayer
94
meedoen
participer
95
lopen
marcher
96
kortom
bref
97
ongelooflijk
incroyable
98
voor
devant
99
meteen
immédiatement
100
downloaden
télécharger
101
de grens
la limite
102
het leven
la vie
103
wie is jou idool?
c'est qui ton idole?
104
dat is Alexy bosettie
c'est alexy bosettie
105
waarom vind je hem goed?
pourquoi tu l'aimes bien?
106
omdat hij een goede voetballer is
parce que c'est un bon joueur de foot
107
ik vind neal maupay goed, jij ook?
moi, j'aime bien neal maupay, toi aussie?
108
ja hij is super maar ik ben geen fan
oui, il est super mais je ne suis pas fan.
109
ik ben het niet met je eens
je ne suis pas d'accord avec toi.
110
weet je alles over jouw idool?
est-ce que tu sais tout sur ton idole?
111
ja ik lees al zijn/haar berichten op facebook
oui, je lis tous ses messages sur facebook
112
hoelang ben je al fan
tu es fan depuis combien de temps?
113
sinds vier jaar
depuis quatre ans
114
heb je zijn handtekening al
tu as déja son autographe?
115
nee helaas nog niet
non, malheureusement pas encore.