Trajet 4 persoonlijkheden Flashcards
(36 cards)
1
Q
Vriendelijk
A
Aimable
2
Q
Aandachtig
A
Attentif(ive)
3
Q
Zelfstandig
A
Autonome
4
Q
Bazig
A
Autoritaite
5
Q
Kalm
A
Calme
6
Q
Creatif
A
Creatif(ive)
7
Q
Vastneraden
A
Déterminé(e)
8
Q
Diplomatisch
A
Diplomate
9
Q
Dynamisch
A
Dynamique
10
Q
Empathisch
A
Empathiqe
11
Q
In goede conditie
A
En bonne conditon
12
Q
Ondernemend
A
Entreprenant(e)
13
Q
Voorbeelding
A
Exemplaire
14
Q
Flexibel
A
Flexible
15
Q
Impulsief
A
Impulsif(ive)
16
Q
Geinteresseerd in
A
Intéressé(e) par
17
Q
Joviaal
A
Jovial(e)
18
Q
Zorgvuldig
A
Méticuleux(euse)
19
Q
Gemotiveerd
A
Motivé(e)
20
Q
Georganiseerd
A
Organisé(e)
21
Q
Geduldig
A
Patient(e)
22
Q
Beleefd
A
Poli(e)
23
Q
Stipt
A
Ponctuel(le)
24
Q
Positief
A
Positif(ive)
25
Precies
Précis(e)
26
Proactief
Proactif(ive)
27
Voorzichtig
Prudent(e)
28
Gereserveerd
Réservé(e)
29
Stressbestandig
Résistant(e) au stress
30
Verantwoordelijk
Responsable
31
Stipt/nauwkeurig
Rigoureux(euse)
32
Gedienstig
Serviable
33
Sportief
Sportif(ive)
34
Sympathiek
Sympathique
35
Koppig
Têtu(e)
36
ijverig
Travailleur(euse)