unit 5: vocab Flashcards
(170 cards)
1
Q
bursary
A
studiebeurs
2
Q
deposit
A
waarborg
3
Q
disposition
A
karakter
4
Q
dormitory
A
studentenhuis
5
Q
expense
A
kost, uitgave
6
Q
facility
A
faciliteit, voorziening
7
Q
fresher
A
eerstejaar aan een Britse universiteit
8
Q
grant
A
toelage, beurs
9
Q
insulation
A
isolatie
10
Q
landlord
A
kotbaas
11
Q
maintenance
A
onderhoud
12
Q
paraphernalia
A
benodigdheden
13
Q
student hall
A
studentenresidentie
14
Q
suitability
A
geschiktheid
15
Q
tenancy
A
huurtermijn
16
Q
tenant
A
huurder
17
Q
tuition fee
A
inschrijvingsgeld
18
Q
studiebeurs
A
bursary
19
Q
waarborg
A
deposit
20
Q
karakter
A
disposition
21
Q
studentenhuis
A
dormitory
22
Q
kost, uitgave
A
expense
23
Q
faciliteit, voorziening
A
facility
24
Q
eerstejaar aan een Britse universiteit
A
fresher
25
toelage, beurs
grant
26
isolatie
insulation
27
kotbaas
landlord
28
onderhoud
maintenance
29
benodigdheden
paraphernalia
30
studentenresidentie
student hall
31
geschiktheid
suitability
32
huurtermijn
tenancy
33
huurder
tenant
34
inschrijvingsgeld
tuition fee
35
undergraduate
bachelor
36
to bestow something on somebody
iemand iets bezorgen (als eer of geschenk)
37
to bid somebody goodbye
afscheid nemen
38
to commute
pendelen
39
to dishearten
ontmoedigen
40
to eject
eruit gooien
41
to get ripped off
afgezet, opgelicht worden
42
to mesmerise
verbijsteren, betoveren, met verstomming slaan
43
to slope
hellen
44
to stay put
ter plaatse blijven
45
to tot something up
optellen
46
damp
vochtig
47
eligible
geschikt, in aanmerking komend
48
mouldy
beschimmeld
49
prospective
toekomstig
50
savvy
slim, clever
51
unscruptulous
zonder scrupules, zonder medeleven
52
bachelor
undergraduate
53
iemand iets bezorgen (als eer of geschenk)
to bestow something on somebody
54
afscheid nemen
to bid somebody goodbye
55
pendelen
to commute
56
ontmoedigen
to dishearten
57
eruit gooien
to eject
58
afgezet, opgelicht worden
to get ripped off
59
verbijsteren, betoveren, met verstomming slaan
to mesmerise
60
hellen
to slope
61
ter plaatse blijven
to stay put
62
optellen
to tot something up
63
vochtig
damp
64
geschikt, in aanmerking komend
eligible
65
beschimmeld
mouldy
66
toekomstig
prospective
67
slim, clever
savvy
68
zonder scrupules, zonder medeleven
unscrupulous
69
to go into the red
in het rood gaan
70
lump sum
forfaitair bedrag
71
to pave the way
het pad effenen
72
up to scratch
aanvaardbaar, aan een bepaalde norm voldoen
73
of one's own volition
uit vrije wil
74
amenities
voorzieningen
75
appliance
toestel
76
beam
balk
77
chimney
schouw
78
drain
goot, afwatering, riool
79
foundation
fundering
80
HVAC (heating, ventilation and airconditioning)
verwarming, verluchting en airconditioning
81
porch
portaal, veranda
82
utilities
nutsbedrijven
83
curvy
gebogen, krom
84
far-fetched
vergezocht
85
in het rood gaan
to go into the red
86
forfaitair bedrag
lump sum
87
het pad effenen
to pave the way
88
aanvaardbaar, aan een bepaalde norm voldoen
up to scratch
89
uit vrije wil
of one's own volition
90
voorzieningen
amenities
91
toestel
appliance
92
balk
beam
93
schouw
chimney
94
goot, afwatering, riool
drain
95
fundering
foundation
96
verwarming, verluchting en airconditioning
HVAC
97
portaal, veranda
porch
98
nutsbedrijven
utilities
99
gebogen, krom
curvy
100
vergezocht
far-fetched
101
flashy
blits
102
floor-to-ceiling
van de vloer tot het plafond
103
futuristic
futuristisch
104
low-tech
met weinig technologie
105
minimalistic
minimalistisch
106
multi-purpose
met meerdere functie
107
pre-fabricated
voorgemonteerd
108
shiny
glanzend
109
smooth
glad
110
static
vast, onbeweeglijk
111
sustainable
duurzaam
112
blits
flashy
113
van de vloer tot het plafond
floor-to-ceiling
114
futuristisch
futuristic
115
met weinig technologie
low-tech
116
minimalistisch
minimalistic
117
met meerdere functies
multi-purpose
118
voorgemonteerd
pre-fabricated
119
glanzend
shiny
120
glad
smooth
121
vast, onbeweeglijk
static
122
duurzaam
sustainable
123
a blizzard
(hevige) sneeuwstorm
124
a contributor
bijdrager
125
a cub
welp, jong
126
a degree
graad
127
a deluge
overstroming, watervloed, wolkbreuk, stortbui
128
a drought
droogte, droge periode
129
a flood
overstroming
130
a forecast
voorspelling, verwachting
131
a gust
windvlaag, windstoot
132
a heat wave
hittegolf
133
a sanctuary
vogel-/wildreservaat
134
a species
soort
135
(hevige) sneeuwstorm
a blizzard
136
bijdrager
a contributor
137
welp, jong
a cub
138
graad
a degree
139
overstroming, watervloed, wolkbreuk, stortbui
a deluge
140
droogte, droge periode
a drought
141
overstroming
a flood
142
voorspelling, verwachting
a forecast
143
windvlaag, windstoot
a gust
144
hittegolf
a heat wave
145
vogel-/wildreservaat
a sanctuary
146
soort
a species
147
to decimate
decimeren, uitdunnen, afslachten
148
to drench
doordrenken, doorweken, kletsnat maken
149
to endorse
bevestigen, bekrachtigen, beamen
150
to hibernate
een winterslaap houden
151
to ponder
nadenken over, piekeren over
152
to shallow
ondiep(er) worden
153
cubic
kubiek
154
freezing
ijzig, ijskoud, kil
155
picturesque
schilderachtig, pittoresk
156
raging
razend, tierend, fel
157
soggy
doorweekt, drassig
158
waterborne
een door water overgebrachte
159
decimeren, uitdunnen, afslachten
to decimate
160
doordrenken, doorweken, kletsnat maken
to drench
161
bevestigen, bekrachtigen, beamen
to endorse
162
een winterslaap houden
to hibernate
163
nadenken over, piekeren over
to ponder
164
ondiep(er) worden
to shallow
165
kubiek
cubic
166
ijzig, ijskoud, kil
freezing
167
schilderachtig, pittoresk
picturesque
168
razend, tierend, fel
raging
169
doorweekt, drassig
soggy
170
een door water overgebrachte
waterborne
