Vennootschapsrecht Flashcards

1
Q

Wat zijn de constitutieve elementen van de vennootschap?

A
  • Zie art. 1 W. Venn:
  1. Een vennootschap is gebaseerd op een contract tussen 2 of meer personen:
    • Moet dus ook voldaan zijn aan art. 1108 BW.
    • Uitzondering: EenpersoonsBVBV: ar. 211 BW
  2. Inbreng in de gemeenschap
    • Vennoten hebben elk afzonderlijk een contract van inbreng: geld, goed, genotsrecht of arbeid.
    • Elke vennootschap dus het resultaat van een dubbele rechtsvorming: deelnemingscontract en contract an oprichting.
    • Inbreng moet onderworpen zijn aan risico: art. 32. W. Venn.
  3. Doel van de vennootschap
    • Statutaire specialiteit
    • Dit is het voorwerp van de overeenkomst
  4. Winstoogmerk
    • Dit is de oorzaak van de overeenkomst.
    • Ook het onderscheid tussen vennootschappen en verenigingen.
    • Uitzondering: vennootschap met sociaal oogmerk.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Wat houdt het doel van de vennootschap in?

A
  • Statutaire specialiteit of het voorwerp van de vennootschap.
  • Dit mag niet strijdig zijn met openbare orde en de goede zeden, anders geen geldig vennootschapscontract.
    • Nietigheid wegens ongeoorloofd doel: bv. mensenhandel.
  • Doel moet nauwkeurig omschereve zijn in de statuten: dit kan leiden tot nietigheid bij volkomen rechtspersoen.
    • Voor de vennootschap zonder rechtspersoonlijkheid: kunnen niet daarom nietig worden verklaard, statuten worden ook niet publiek gemaakt.
  • We kijken naar het statutair doel, niet naar het feitelijke doel of werkelijke activiteiten voor de nietigheid!
    • Sancties voor werkelijke activiteiten: enkel bestuurlijke sancties.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Wat houdt een handelsvennootschap in?

A
  • Handelsvennootschap stelt daden van koophandel: we kijken opnieuw naar statutair doel.
    • Dus: staat in de statuten daden van koophandel stellen: handelsvennootschap.
    • Hieruit volgt een vermoeden dat elke handeling een daad van koophandel is. Dit vermoeden is onweerlegbaar.
  • Statutair doel dat meerdere activiteiten omvat, waaronder daden van koophandel:
    • Kijken naar belangrijkste activiteit: Enkel indien dit volledig ondergeschikt is, burgerlijke vennootschap.
  • Als werkelijke activiteit verschilt van statutair doel?
    • Enkel bij veinzing mag je langs het statutair doel stappen en kijken naar werkelijke activiteit (HvC).
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Wat is een burgerlijke vennootschap?

A
  • Als je geen daden van koophandel stelt in statuten.
  • Handelsrecht is niet van toepassing.
    • Je kan dus niet failliet worden verklaard.
  • Belangrijkste groep: vrije beroepers.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Wat zijn burgerlijke vennootschappen met handelsvorm?

A
  • Eerst ontwikkeld voor de mijnbouwvennootschap: bleef wel burgerlijk en kon dus iet failliet worden verklaard.
  • Dit werd uitgebreid in 1926 tot alle burgerlijke vennootschappen.
  • Dit is dus een burgerlijke vennootschap in de vorm van de handelsvormen die in het wetboek van koophandel staat.
  • Maar: Een burgerlijk vennootschap die gebruikt maakt van een handelsvorm krijgt enkel de rechtspersoonlijkheid en de beperkte rechtsaansprakelijkheid en wordt dus geen handelsvenootschap. Dit blijft een burgerlijk vennootschap
    • De keuze van de vorm, handelsvorm, verandert de aard niet naar een handelsaard: art. 52 W. Venn.
  • Dus: Wanneer een burgerlijke vennootschap met alleen maar burgerlijke daden in haar statutair doel, dan kan die vennootschap niet worden onderworpen aan het handelsrecht.
    • Uitzondering: veinzing.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Maakt het louter vennoot zijn van een handelsvennootschap ook van deze vennoot een handelaar?

A
  1. Volkomen rechtspersoon:
    • Nee!
    • Het feit dat ik deelnaam aan die handelsvennootschap maakt van mij geen handelaar.
    • Ik ben dus niet automatisch in staat van faillissement louter en alleen omdat de vennootschap in staat van faillissement is.
  2. Onvolkomen rechtspersoon/ Zonder rechtspersoonlijkheid:
    • Ja!
    • Uit het feit dat je onbeperkt aansprakelijk bent in een vennootschap die een handelskarakter heeft, maakt van u ook een handelaar.
    • Het faillissement van uw handelsvennootschap leidt automatisch tot het faillissement van de vennoot in die vennootschap.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Wat is het oogmerk van de vennootschap?

A
  • Het oogmerk van de vennootschap om rechtstreeks of onrechtstreeks een vermogensvoordeel te bezorgen aan de vennoten = winstoogmerk.
  • Dit uit schrik voor 2 dingen: Tijd van Napoleon
    • Dode hand
    • Groeperingen
  • Je was verplicht om winst te maken en die winst te verdelen. Reactie daarop:
    • Coöperatieven: die geven onrechtstreekse wist door voordelen.
    • Vennootschap met sociaal oogmerk: art. 663 W. Venn.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Wat zijn de eigenschappen van de vereniging?

A
  1. Geen stoffelijk voordeel opleveren voor leden
    • Een vereniging mag de winst die ze maakt niet uitkeren aan haar leden. Ze mag winst maken, maar geen winstoogmerk en nooit rechtstreeks of onrechtstreeks winst uitkeren.
    • Onkostenvergoeding wel mogelijk.
    • Als een VZW ontbonden wordt, ook een vereffening. Als de schuldeisers betaald worden mag ook het overschot niet naar de vennoten gaan. Het moet naar een andere vennootschap met gelijkaardig doel gaan: meestal in de statuten besloten.
  2. Vereniging mag geen nijverheids of handelszaken drijven = van openbare orde:
    • Vereniging mag geen handelsactiviteiten en kan dus nooit een handelaar zijn.
    • Doet die dat toch? Dan is die verenging ongeldig opgericht. Toch wordt dit wel toegelaten in de rechtspraak: voorwaarden:
      1. De VZW mag nooit de winst verdelen onder haar leden = Absolute nietigheid
      2. De opbrengst van de handelsactiviteit moet ondergeschikt zijn aan de hoofdactiviteit. De opbrengst moet besteed worden aan het doel waarvoor het is opgericht.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Wat als een vereniging in strijd handelt met haar winstoogmerk?

A
  • Voorbeelden hiervan: schenkingen, om niet,…
  • Strikte interpretatie winstoogmerk: enkel handelingen ten bezwarende titel.
  • Maar: als je kan aantonen dat er een indirect vermogensvoordeel is dan gaan we die handeling om niet door de vingers zien en als verenigbaar met winstoogmerk.
    • Dit is van openbare orde: kan leiden tot absolute nietigheid.
  • Wat bij schijnvertegenwoordiging bij een schenking?
    • Uit de absolute nietigheid volgt dat die tegenwerpelijk is aan derden.
    • De schenking zal terug moeten worden gegeven.
    • Wordt niet al te strikt in de rechtsleer geïnterpreteerd.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Wat houdt de rechtspersoonlijkheid in en wat zijn de gevolgen?

A
  1. Ze hebben een eigen vermogen en zijn dus zelfstandig drager van rechten en plichten:
    • Als je een huurovereenkomst sluit met een rechtspersoon, dan is die zelfstandig drager.
  2. Rechtspersoon is volledig rechtsbekwaam en handelingsbekwaam.
    • Tenzij uitzonderingen wet of uit zijn aard.
  3. Rechtspersoon kan nu ook strafrechtelijk worden veroordeeld.
  4. Rechtspersoon is juridisch eigenaar van de goederen die in haar vermogen vallen.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Hoe onstaat een rechtspersoonlijkheid?

A
  • Rechtspersoonlijkheid krijg je maar vanaf neerlegging oprichtingsakte. Vanaf dan is het bestaan ook tegenwerpelijk.
  • Om de inhoud van de statuten tegenwerpelijk te maken, moet je die publiceren in de bijlagen van BS.
  • Voor de neerlegging nog geen rechtspersoonlijkheid. Wat als je wel al actief bent geweest? Als maatschap in het rechtsverkeer!
    • Uitzondering: art. 60 W. Venn: Voorwaarden:
      1. Termijn van 2 jaar waarbinnen je die akte moet hebben neergelegd.
      2. Voordat je neerlegt: maatschap of zeggen dat je nog geen oprichtingsakte maar dat je dat wel gaat doen. Toch wel al een vennootschap dan
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Wat zijn de vormvereisten van oprichtingsakte?

A
  • Zonder rechtspersoonlijkheid moet je niets neerlegen en dus ook geen vormvereisten. Mondelinge overeenkomst kan volstaan.
  • Geschrift neerleggen op straffe van nietigheid bij notaris.
    • Bij VOF geen authentieke akte nodig, maar als je eerst authentieke akte hebt, bij volgende wijziging ook authentiek.
  • Verplichte vermeldingen:
    • Art. 76 W. Venn: de wetgever bepaalt ook limitatieve nietigheidsgronden.
  • Zijn pas tegenwerpelijk als het aan derden bekend gemaakt is.
    • Ook bij handeling binnen 16 dagen na die publicatie is niet tegewerpelijk als het onmogelijk was voor inzage.
    • Wel een wettelijk vermoeden van kennis vanaf de bekendmaking.
  • Plaats van de zetel in de statuten:
    • Is er tegenstrijdigheid? Derde heeft keuzerecht tenzij hij kennis heeft.
    • Dit telt ook voor de namen van de bestuurders. Men kan ervan uitgaan dat edie persoon bestuurder is totdat het tegendeel gepubliceerd is.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Wat houdt artikel 77 W. Venn. in?

A
  • Indien je handelt met een lid van het bestuursorgaan van die vennootschap, dan mag je ervan uitgaan dat die persoon geldig is benoemd op voorwaarde dat die benoeming geldig gepubliceerd geweest is.
    • Uitzondering: tenzij de derde ten kwader trouw was.
  • De derde heeft echter geen keuzerecht! Hij kan zich niet beroepen op de ongeldigheid om onder het geldig gesloten contract uit te komen.
  • Deze derde is altijd de wederpartij bij een contract (ook bij art. 76 W. Venn. )
    • Bijvoorbeeld: de fiscus stelt een aansprakelijkheidsvordering in tegen het orgaan en het orgaan zegt dat het niet geldig benoemd is, dit is dan geen contractuele rechtshandeling. De vennootschap heeft geen contract met fiscus.
      • Dit is dus buitencontractueel!
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Wat houdt het vennootschapsbelang in?

A
  • Art. 19 W. Venn: belangrijke regel, van dwingend recht en kan je dus niet van afwijken.
  • Vennootschapsbelang valt niet per se samen met belang van de vennoten.
    • Ook belang van de schuldeisers van belang.
  • Elke handeling moet zowel voldoen aan:
    1. Statutair doel: doel van de vennootschap
    2. Winstoogmerk = wettelijke specialiteit
    3. Vennootschapsbelang

Een handeling kan perfect conform de eerste twee zijn, maar toch in strijd met vennootschapsbelang. Dan kan de rechter dit toch bepalen dat je uw bevoegdheid hebt overtreden.

Hoe vult de rechter dit in?

  • Gelinkt aan de goede trouw in het verbintenissenrecht, maar geen consensus over de criteria.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Is het stemrecht van een aandeelhouder puur subjectief of doelgebonden?

A
  • Gemengd: Ik stem in mijn eigen belang, dus je moet niet helemaal het vennootschapsbelang nastreven: dit is voor de bestuurders.
  • Stemrecht is een subjectief recht maar er is een grens aan dit subjectief recht en dit is het misbruik van stemrecht:
    • Als je het belang van de meerderheidsaandeelhouders voorop stelt op het vennootschapsbelang.
  • Als het de meerderheid is = misbruik van meerderheid.
  • Misbruik = een stem tegen het vennootschapsbelang
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Wat is de Generale zaak?

A
  • Een rechtszaak waarbij men zeer ver gaat bij de invulling van het vennootschapsrecht.
  • Een zaak van 1988: Italiaan (Benedetti) had veel aandelen gekocht om zo macht te krijgen over een onderneming en beslissingen te kunnen nemen.
  • Generale bank ging over tot kapitaalverhoging, waardoor dit niet ging. Italiaan vocht dit aan, omdat het in strijd was met het vennootschapsbelang.
    • Hij krijgt gelijk in eerste aanleg.
  • Beroep: hij krijgt ongelijk:
    • Vennootschapsbelang niet langer de som van de belangen van de aandeelhouders, ook voor de rechten de werknemer en de algemene Belgische economie.
  • Een zeer breed en rekbaar begrip dus het vennootschapsbelang.
    • Ook het belang van de schuldeisers kan in rekening worden gehouden! De rechter heeft een grote marge.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
17
Q

Is er cassatierechtspraak over vennootschapsbelang?

A
  • 1 cassatiearrest van 2013:
  • Zegt letterlijk dat vennotschapsbelang het collectief winstbelang is van de aandeelhouders.
    • Dit is de enge opvatting.
  • Maar: dit was enkel voor overdracht aandelen en de beperkingen!
  • Een beperking op overdracht aandelen moet dus steeds beantwoorden aan het vennootschapsbelang, maar dus geen veralgemening!
18
Q

Wat houdt de zetel van de vennootschap in?

A
  1. Statutaire zetel:
    • Dit is de zetel die in de statuten staat
  2. Werkelijke zetel:
    • De plaats waar de vennootschap zijn werkelijke activiteiten uitvoert, waar haar essentiële belangen zijn.

Zetelverplaatsing:

  • Is een statutaire wijziging dus bijzondere meerderheid nodig.
  • Beslissing kan genomen worden door Algemene Vergadering.
    • Uitzondering: als het binnen hetzelfde taalgebied is kan de Raad van Bestuur dat doen. Dit is dan geldig en moet door de griffie worden overgeschreven.

Zetel bepaalt welk recht van toepassing is:

  • Art. 110 IPR: kijkt naar de werkelijke zetel, niet de statutaire.

Belangrijkste !!! In België wordt de werkelijke zetelleer toegepast! Ongeacht of de vennootschap haar statutaire zetel in België heeft. De centrale belangen moeten in België zijn.

19
Q

Wat houdt het Lamot-arrest in?

A
  • Engels bedrijf dat naar België kwam:
  • Statutaire en werkelijke zetel verplaatst: ook de rechtspersoonlijkheid erkennen waardoor die rechtspersoon overeenkomsten kan sluiten en kan dagvaarden.
  • Dit is dus voor immigratie naar België.
20
Q

Wat is het arrest Vanneste?

A
  • Arrest Raad van State ( niet Hof van Cassatie): 1987: omdat het een administratief rechterlijke procedure.
  • Rechtspersoonlijkheid blijven erkennen van vennootschappen die uit België vertrekken, op voorwaarde dat het buitenlands recht waar de vennootschap haar zetel naar verplaatst dat ook erkent.
  • Dit is dus voor emigratie.
21
Q

Hoe zit het met de naam van de vennootschap?

A

Vennootschapsnaam:

  • Naam dat in uw statuten staat: Art. 65 W. Venn. beschermt de vennootschapsnaam = openbare orde, dus elke belanghebbende.
    1. Volstrekt identieke naam (rechtsvorm maakt niet uit): dan moet je de verwarring niet aantonen, die wordt vermoed door de wet.
      Verplichting om naam te wijzigen.
    2. Niet-identieke naam: daar kan de rechter alleen maar een vennootschap verplichten om te wijzigen als hij vindt en ook is aangetond dat het verwarringsstichtend is.
      Deze toets is in abstracto: onafhankelijk van sector of gebied, genoeg dat verwarring mogelijk is in abstracto.

Handelsnaam:

  • Naam waarmee dat je in het handelsverkeer optreedt.

Wet oneerlijke handelspraktijken:

  • Beschermt zowel de handelsnaam als de vennootchapsnaam.
  • Maar er moet in concreto verwarring zijn!
    • Men gaat wel kijken in welke sector is die actief, naar het territorium.
    • Er moet echte verwarring zijn.
  • Dit kan leiden tot de stakingsvordering: in kortgeding, zeer snelle vordering tot stopzetting bepaalde activiteiten.
  • Dubbele bescherming voor vennootschapsnaam.
22
Q

Wat is een personenvennootschap?

A
  • Een personenvennootschap is een vennootschap die geacht wordt te zijn aangegaan uit overweging van een persoon. De identiteit van de personen die deelnemen aan die vennootschap is belangrijker dan de vennootschap zelf.
  • Dit is dus intuitu personae.
  • Staat tegenover een kapitaalvennootschap: intuitu pecuniae.
  • Nietigheid deelnemig van een vennoot heeft ook de nietigheid van de vennootschap tot gevolg, vanaf dat er 1 deelneming wegvalt = ondeelbaarheid van het contract.
  • Aandelen zijn niet overdraagbaar, of toch zeer beperkt: kan wel unaniem zijn als iedereen daarmee instemt.
  • *
23
Q

Wat is een kapitaalvennootschap?

A
  • De identiteit maakt niets uit, het geld, de kapitaalinvestering is van belang.
  • Dit is dus intuitu pecuniae.
  • Tegenover een personenvenootschap.
  • Nietigheid deelneming van een vennoot heeft niet de nietigheid van het contract tot gevolg. Het contract is dus deelbaar.
  • De aandelen zijn vrij overdraagbaar, zonder problemen.
  • Meerderheidsregel wordt toegepast voor beslissigen.
24
Q

Wat zijn de hoofdkenmerken van een vennootschap zonder rechtspersoonlijkheid?

A
  1. Zuiver contractueel:
    • Er zijn dus geen specifieke vormvereisten
  2. Afgescheiden vermogen = een onverdeeldheid
    • Het vermogen dat afgescheiden onttroken is aan het verhaalsrecht, aan de rechten van de schuldeisers van de persoon die deelneemt aan dat vermogen. Geen beslag meer mogelijk van mijn persoonlijke schuldeisers.
    • Dit is geen rechtspersoonlijkheid, maar een onverdeeldheid. Bij een rechtspersoon heb je geen onverdeeldheid maar slechts 1 eigenaar, de rechtspersoon.
    • Meerdere eigenaars op een gemeenschap van goederen = hier de vennoten van de vennootschap.
    • Afgescheiden vermogen = exclusieve onderpand van de vennootschapsschuldeisers.
    • Persoonlijke schuldeisers enkel op het aandeel maar ze kunnen niet uitwinnen.
    • Een vennoot kan niet voor eigen rekening beschikken over vermogen vennootschap: in functie van vennootschapsbelang.
  3. Rechtsverhoudingen mogelijk tusse de venoot en de vennootschap
    • Als iemand iets neemt uit de onverdeeldheid, kan er namens de vennootschap worden gedagvaard:
    • Rechtsverhouding tussen de vennootschap in onverdeeldheid en de vennoot.
  4. Onbeperkte aansprakelijkheid want geen rechtspersoonlijkheid.
    • Uitzondering: de stille vennoot is beperkt aansprakelijk zolang hij enkel financieert. De werkende vennoot wel onbeperkt aansprakelijk.
    • Hiervoor heb je een schuldeiser op het vennootschapsvermogen nodig! Als de schuld niet toerekenbaar is aan de vennootschap, ook geen onbeperkte aansprakelijkheid.
25
Q

Welke soorten vennootschappen zonder rechtspersoonlijkheid zijn er?

A
  1. De maatschap
    • Vennotschap die duurzaam is, voor een zekere duur, die onbeperkt is, onbepaald, een bepaalde activiteit doet voor het voorwerp en dit op een openbare wijze.
    • Dit etiket wordt door de rechter erop geplakt!
    • Daarnaast nog 2 submodaliteiten
  2. De tijdelijke vennootschap
    • Het is openbaar, maar niet duurzaam, het is slechts tijdelijk!
    • Dit kan impliciet (bv. bouwproject) zijn of ook expliciet.
  3. De stille vennootschap
    • Niet openbaar en dus stil.
    • Dit is een interne afspraak met aan de ene kant een stille vennoot met beperkte aansprakelijkheid en aan de andere kant de luide vennoot, de werkende vennoot.
  4. De stille en tijdelijke vennootschap:
    • Combinatie van beide.
26
Q

Wat is de invloed op het feit dat mijn deelneming ongeldig is in de maatschap?

A
  1. Als de deelneming nietig is, dan is de maatschap ook nietig.
    • Volgt uit de ondeelbaarheid van de vennootschap.
  2. De nietige deelneming kan contractueel worden opgevangen:
    • In de statuten kan worden opgevangen dat een deelneming die nietig is, dat men verder gaat met de andere vennoten.
    • Men kan dit dus statutair opvangen.
27
Q

Wie is de zaakvoerder in een maatschap?

A
  • Art. 36 W. Venn: als er geen bijzondere bepalingen in je statuten zijn: suppletieve regime.
  • Elke vennoot wordt dan geacht zaakvoerder te zijn.
  • Dit mag wel iet de stille vennoot zijn.
  • Er kan wel afgeweken worden en een zaakvoerder worden aangesteld, want art. 36 is maar suppletief.
28
Q

Wat kan de zaakvoerder doen in de maatschap?

A
  • De vennoot kan alles doen wat dat vennootschapsvermogen inhoudt en hij moet geen toestemming vragen: hij kan dus alleen besturen.
    • Maar: andere vennoten kunnen wel anticipatief verzet doen: waarschuwen en als de vennoot dat wel doet: dan is de zaakvoerder contractueel aansprakelijk. Moeilijk in de praktijk.
  • Maar: de zaakvoerder moet besturen en vertegenwoordigen en besturen in functie van de bestemming van het vermogen en ook conform het belang van de vennootschap.
  • Voor een verrichting van een onroerend goed heb je wel toestemming nodig, anders aansprakelijk.
  • Elke vennoot de mede-vennoten kan dwingen om de noodzakelijke uitgave te doen e de noodzakelijke kosten te maken die behoren tot het behoud: op voet van gelijkheid.
  • Dit is allemaal suppletief, kan je van afwijken tenzij: je mag niet bepalen dat de zaakvoerder het belang van de vennootschap niet moet respecteren.
29
Q

Wanneer is de zaakvoerder aansprakelijk in de maatschap?

A
  1. Aansprakelijkheid tegenover collega-vennoten?
    • Als je je niet houdt aan art. 36 of als je andere regeling hebt getroffen.
    • Dit is contractueel omdat wordt vermoedt dat de zaakvoerder wordt vermoed een contract van lastgeving te hebben met elk van de collega-vennoten.
    • Elk van die vennoten kan de zaakvoerder dan ook dagvaarden i aansprakelijkheid: ze moeten dus neit akkord zijn om die aansprakelijkheidsvordering in te stellen = actio pro socio.
  2. Zaakvoerder aansprakelijk ten aanzien van derden?
    • Buitencontractuele aansprakelijkheid: art. 1382 BW voor vergoeding.

In de praktijk ga je al die vennoten aanspreken, want ze zijn onbeperkt aansprakelijk voor een schuld van de maatschap. Ze zijn allemaal onbeperkt aansprakelijk.

30
Q

Wat zijn de aandelen in de maatschap?

A
  • Als je deelneemt aan een maatschap krijg je aandeel in de onverdeeldheid.
  • Overdracht van deze aandelen?
    • Toestemming nodig van alle college-vennoten want art. 1134 BW en overdracht van schuld en schuldvordering.
    • Maatschap = geheel van schuld en schuldvorderingen ten opzichte van elkaar.
  • Wat als je aandeel overdraagt zonder toestemming?
    • Art. 38 W. Venn: die overdracht is geldig gebeurd: die wordt geen vennoot maar croupier.
    • Dit is een ondervennoot, die wordt stille vennoot van de andere vennoot. Hij wordt niet opgenomen in de venootschap, enkel gevolgen tussen mij en die derde. Die heeft geen stemrecht, maar wel aanspraak op de winstrechten die ik opstrijk.
31
Q

Wat zijn de rechtspersonen met onvolkomen rechtspersoonlijkheid?

A
  • V.O.F. = vennootschap onder firma
    • Dit is zoals een maatschap met rechtspersoonlijkheid.
    • Openbaar en duurzaam, met rechtspersoonlijkheid, dus gepubliceerd, neergelegd en de spelregels zijn gepubliceerd.
  • Commanditaire vennootschap
    • Hetzelfde als de stille vennootschap met rechtspersoonlijkheid met een of meerdere stille vennoten.
    • Stille vennoot is beperkt aansprakelijk.
32
Q

Wat zijn de hoofdkenmerken van een onvolkomen rechtspersoon?

A
  1. Rechtspersoonlijkheid
    • Deze werkt niet volledig door: gaan niet het contractueel verband tussen de vennoten opheffen.
    • Dit is dus een gemengde contractuele situatie: er is nog steeds een contractuele relatie t.a.v. elk van mijn collega vennoten.
    • De vennootschap is een rechtspersoon naar buiten toe, maarintern nog wel een contract tussen alle vennoten.
  2. Afgeschermd vermogen
    • Exact hetzelfde als bij maatschap: het vennootschapsvermogen is het exclusief executieobject van de vennootschapsschuldeisers.
    • Persoonlijke schuldeisers enkel beslag op aandeel vennoot.
    • Maar: dit is geen onverdeeldheid: de rechtspersoon is eigenaar.
  3. Vennootschapsbelang
  4. Rechtsverhoudingen mogelijk tussen de vennoot en de vennootschap.
  5. Onbeperkte aansprakelijkheid
    • Enkel voor schulden die toerekenbaar zijn t.a.v. de rechtspersoon.
33
Q

Wat zijn de hoofdkenmerken van een vennootschap met volkomen rechtspersoonlijkheid?

A
  • Ze verlenen beperkte aansprakelijkheid aan alle vennoten.
  • Het vermogen is volledig afgesloten van persoonlijk vermogen van vennoten.
    • Maar wel: inbreng nodig: hiertoe zijn ze gehouden. Dit leidt tussen belangentegenstelling schuldeisers en aandeelhouders.
  • Derde handelt met rechtspersoon, niet met aandeelhouders die erachter zitten: ook in de interne verhouding is er geen contractuele verhouding met elkaar, enkel met de rechtspersoon.
  • Kapitaal.
  • Strenge formaliteiten voor de oprichting.
34
Q

Wanneer moeten de vennoten meer doen dan hun inbreng?

A
  1. Wettelijke doorbraak
    • als deelneming van een van de andere vennoten ongeldig is, in de kapitaalvennootschap leidt dit niet tot de nietigheid, maar wel tot oprichtingsaansprakelijkheid, andere deelgenoten moeten het tekort dat ontstat opvullen
  2. Contractuele doorbraak
    • Vennoten kunnen vrijwillig daarna hoofdelijk borg staan voor een vennootschap.
  3. Gerechtelijke doorbraak:
    • Bij faillissement kan curator de sluier opheffen tussen beide vermogens.
    • Piercing the corporate veil.
35
Q

Wat is het kapitaal bij een volkomen rechtspersoon?

A
  • Dit is niet het vermogen van vennootschappen: geheel van goederen die de vennootschap bezit, want dit zal fluctueren.
  • Kapitaal:
    • Vast, onveranderlijk begrip. Het is de som van de toegezegde inbrengen. Het is een boekhoudkundig begrip.
  • Wetgever heeft aantal regels uitgevaardigd:
    • Intern: maatstaf voor de rechten en plichten van de vennoten. Omvang van zijn participatie in het kapitaal, hoe meer zeggenschap in de vennootschap.
    • Extern: Schuldeisers moeten er werkelijk op kunnen vertrouwen dat er zoveel kapitaal in vennootschap zit (kapitaal waarheid). Vennoten kunnen pas winst uitkeren als er effectief winst is
  • Kapitaal moet ten allen tijde onaangetast blijven. Het netto-actieg mag nooit dalen onder het bedrag van het kapitaal.
  • Kan wel eit beletten dat het kapitaal door verliezen wordt aangetast.
    • Meer dan de helft: AV moet samenkomen en beraadslagen over ontbindinng vennootschap. Dit is bij een bepaald bedrag.
  • Inbrengen moeten economisch waardeerbaar zijn: geen inrbeng van arbeid, maar wel van goederen, waarbij oprichters vrij zijn om hieraan een waarde te geven die wordt gecontroleerd door bedrijfsrevisor.
36
Q

Hoe zit het met de oprichting van een vennootschap met rechtspersoonlijkheid?

A
  • Geldigheidsvereisten: Onderscheid tussen geldigheid van de deelneming en geldigheid venootschap:
    • Objectieve aansprakelijkheid voor andere vennoten: staan in voor tekort door nietige inbreng.
  • Nietigheidsgronden zijn limitatief opgesomd. Nietigheid werkt enkel voor toekomst: ex tunc.
  • Nietigheid door de rechter uitgesproken, hetzelfde als een ontbinding.
  • Mogelijkheid tot oprichtersaansprakelijkheid als het kapitaal niet voldoende is.
    • Contract met terugwerkende kracht vernietigen bij andere vennootschappen.
  • Wettelijk minimum voor het aantal vennoten.
    • Sanctie: vennnotschap toch nietig (vroeger vaak stroman)
    • Uitzondering: coöperatieve: kan er een nieuwe worden gezocht en regularisatie.
  • BVBA: enige vennoot is een rechtspersoon: hoofdelijk en onbeperkt voor de schulden.
  • BVBA: enige vennoot is een natuurlijke persoon: wel beperkt aansprakelijk
    • Tenzij hij daara een tweede BVBA opricht of enige vennoot wordt = verlies voordeel beperkte aansprakelijkheid.
  • NV: Eenhoofdigheid: binnen een jaar een nieuwe vennoot, anders hoofdleijk aansprakelijkheid.
  • Inbreng in geld waardeerbaar:
    • In geld: storting geblokkeerde rekening
    • in natura: bedrijfsrevisor.
  • Verplicht bij notaris.
  • Van zodra iemand een belang heeft: nietigheid, maar men kan nog regulariseren bij de notaris.
37
Q

Wat is een statutenwijziging bij vennootschap met volkomen rechtspersoon?

A
  • In dezelfde vorm dus authentiek. Inhoud:
    1. Oprichtingbepalingen: welke personen verschijnen in vennootschap en welke inbreng + welk aandeel krijgen ze hiervoor.
    2. Statuten: verplichte vermeldingen op straffe van nietigheid: aantal bepalingen moeten in een uittreksel worden opgenomen en gepubliceerd in het BS.
    3. Slotbepalingen: bestuurders benoemen:
      • Kan vertegenwoordigd worden om naar notaris te gaan, via onderhandse volmacht, wel met aantal minimale vermeldingen.
      • Als volmacht ongeldig was: dan is de persoon zelf als oprichter! Sterkmaking enkel bij NV.
  • Onderscheid oprichters: minstens 1/3de van eht kapitaal uitmaken en inschrijvers = moeten inbreng in geld doen.
  • Als inschrijver heb je niet het risico van oprichtersaansprakelijkheid.
38
Q

Hoe zit het met de oprichting van een NV?

A
  • Oprichting in 2 tijden:
    • Echte oprichters laten een ontwerp opstellen.
    • Vervolgens zullen zij dit bekend maken en de kans geven aan publiek een inbreng te doen: gelschieters zoeken.
    • Daarna samenkomen en oprichting.
  • Risico: je vindt niet genoeg inschrijvers.
39
Q

Wat houdt het financieel plan in bij oprichting?

A
  • Het belang van het financieel plan is dat het kapitaal toereikend is om de voorgenomen activiteit te kunnen uitoefenen.
  • Als de vennootschap teniet gaat binnen 3 jaar a opriching, dan kan dat leiden tot oprichtersaansprakelijkheid indien dat plan niet goed was opgesteld.
  • Na die 3 jaar enkel nog buitencontractueel.
  • Dit geldt voor alle vennootschapsvormen!
  • Wordt niet gepubliceerd.
40
Q

Wat is de vennnootschap in oprichting?

A
  • De rechtspersoon bestaat pas vanaf de neerlegging van het uittreksel uit de oprichtingsakte.
  • Toch al mogelijkheid om verbintenissen aan te gaan in naam van een vennootschap in oprichting. Deze bestaan niet in hoofde van de vennootschap: de oprichters zullen zelf persoonlijk en hoofdelijk aansprakelijk zijn.
  • Voorwaarden hiervoor dat de vennootschap deze verbintenissen overneemt met terugwerkende kracht:
    1. Binnen 2 jaar wordt het uittreksel van de oprichtingsakte neergelegd.
    2. Binnen 2 maanden na neerlegging neemt de rechtspersoon de verbintenis over.
  • Verbintenissen worden dus aangegaan met een ontbindende voorwaarde: de promotoren worden bevrijd en de vennootschap zal zelf verbonden zijn.
  • Ook mogelijk via het gemeen recht over de schuldoverdracht, maar toestemming 3de voor nodig. Ook bekrachtiging mogelijk van de vennootschap, maar dan zijn de oprichters nog steeds aansprakelijk.
  • Art. 60 W. Venn: in de slotbepalingen van de oprichingsakte beslissen dat de verbintenissen worden overgenomen door de vennootschap, onder opschortende voorwaarde dat de vennootschap ook effectief gaat bestaan.