VO week 2 Flashcards
(52 cards)
Hoeveel procent van de incidentmeldingen betreft medicatie-incidenten?
ongeveer 30%
Welke vorm van onderzoek wordt gebruikt bij de Monitor Zorggerelateerde Schade?
Retrospectief statusonderzoek
Op basis van welke drie criteria bepaalt de medisch specialist of er sprake is van zorggerelateerde schade?
- Of er een onbedoelde uitkomst is geweest
- Of de uitkomst te maken had met de zorgverlening
- Of de uitkomst leidde tot schade bij de patiënt
(uit het rapport:
1. onbedoelde (lichamelijke en/of geestelijke) schade
2. tijdelijke of permanente gezondheidsbeperking en/of verlengd verblijf of overlijden
3. veroorzaakt door gezondheidszorgprofessional en/of organisatie
Leg in je eigen woorden uit wat potentieel vermijdbare schade is, zoals bedoeld in relatie tot patiëntveiligheid in de zorg.
Potentieel vermijdbare schade betekent dat de patiëntschade mogelijk voorkómen had kunnen worden omdat er sprake was van het niet volgen van de professionele standaard en tekortkomingen in het zorgsysteem.
kern: mogelijk, voorkomen, onvoldoende zorg
Wat was de omvang van zorggerelateerde schade van patiënten die in 2019 in het ziekenhuis overleden?
14,6%
Bij hoeveel procent van de patiënten met zorggerelateerde schade was de schade potentieel vermijdbaar?
4,2%
Bij hoeveel procent van de patiënt met zorggerelateerde schade droeg de potentieel vermijdbare schade mogelijk bij aan het overlijden?
74,8%
Hoe is de totale omvang van zorggerelateerde schade tussen 2015/2016 en 2019 veranderd? En de potentieel vermijdbare schade?
De totale omvang van de zorggerelateerde schade is tussen 2015/2016 en 2019 significant gestegen. De potentieel vermijdbare schade is tussen 2015/2016 en 2019 gelijk gebleven.
Wat waren de twee meest voorkomende hoofdoorzaken van zorggerelateerde schade?
Menselijk en patiëntgerelateerd
een patiëntgerelateerde (63,0%) of menselijke (26,0%) hoofdoorzaak hadden
overig:
zelden een technische hoofdoorzaak bij zorggerelateerde schade in het algemeen, terwijl daar wel relatief vaak sprake van was bij potentieel vermijdbare schade en sterfte. Organisatorische aspecten en overtredingen kwamen bij potentieel vermijdbare schade het vaakst voor (resp. 67,6% en 84,2%)
Wat is de volgorde van klinische deelprocessen voor wat betreft het aantal gebeurtenissen met zorggerelateerde schade?
1: medicatie (ongeveer 32%; waarvan iets meer dan 1/6e potentieel vermijdbaar)
2: andere klinische activiteiten (incl. verpleging en paramedische zorg)
3: chirurgie
4: niet-chirurgische ingrepen
5: diagnostiek
6: anders
7: ontslag
Welke 3 groepen geneesmiddelen vormen de top 3 van meest voorkomende geneesmiddelen bij medicatiegerelateerde schade?
1: antistolling (38,9%)
2: middelen bij maligniteit (26,6%)
3: anti-infectiva (8,9%)
Wat waren de twee belangrijkste hoofdoorzaken bij potentieel vermijdbare schade en sterfte gerelateerd aan medicatie?
Menselijk en overtreding
de menselijke en overtreding het meeste bijgedragen hebben aan de potentieel vermijdbare schade en sterfte (respectievelijk 81,6% en 92,6% in de kolom voor potentieel vermijdbare schade en respectievelijk 44,3% en 49,4% in de kolom voor potentieel vermijdbare sterfte)
Noem de drie pijlers van het programma Tijd voor Verbinding.
- Verder bouwen op basis van de huidige verbetermethodes voor met name antistollingszorg en kwetsbare ouderen;
- Verbeteren van het multidisciplinaire gesprek tussen professionals en tussen professionals en patiënt;
- De ontwikkeling van Safety II en veiligheidsergonomie.
Wat moet volgens het programma Tijd voor Verbinding verbeterd worden in de patiëntveiligheid voor antistolling?
- Teveel praktijkvariatie in de behandeling
- Te weinig (georganiseerde) kennis bij professionals en patiënten/mantelzorgers door toenemende complexiteit
- Samenwerking in de keten nog suboptimaal waardoor inefficiëntie en onduidelijkheden
- Complicatieregistratie vindt plaats op lokaal niveau, maar onvoldoende regionaal en landelijk gedeeld
Wat moet volgens het programma Tijd voor Verbinding verbeterd worden in de patiëntveiligheid voor kwetsbare ouderen?
- Geen overzicht over de totale problematiek
- Gebrek aan adequate kennis voor herkenning, bejegening en behandeling
- Onvermogen om wensen en hulpvraag te achterhalen
- Onvoldoende onderling benutten van kennis en voorbeelden
Wat zijn volgens het programma Tijd voor Verbinding mogelijke oplossingsrichtingen voor antistolling?
- oplossingen voor betere samenwerkingen in het zorgproces;
0 realtime beschikbaarheid van (medicatie) gegevens tussen ziekenhuizen en transmuraal
0 meer regie bij de patiënt/mantelzorger in het zorgproces
0 ondersteuning bij de uitvoering van de antistollingsbehandeling - vergroten van kennis en expertise op gebied van antistolling
- professionaliseren van het gesprek over incidenten en complicaties
Wat zijn volgens het programma Tijd voor Verbinding mogelijke oplossingsrichtingen voor kwetsbare ouderen?
- een regiefunctie voor kwetsbare ouderen in elk ziekenhuis
- het verhogen van het kennisniveau over kwetsbare ouderen
- werken in co-creatie met patiënt en omgeving
- samen leren en verbeteren door het benutten van praktijkvariatie
Waarop ligt de focus bij de Safety I benadering?
Bij Safety I ligt de focus nadrukkelijk op het verbeteren vanuit dat wat fout gaat
Bij Safety I wordt gedacht vanuit fouten die de patiëntveiligheid in gevaar hebben gebracht. Een onderzoek met de Safety I-methodiek begint typisch met incident: een ongewenste uitkomst als gevolg van een werkproces dat niet goed verloopt. Hierna wordt gekeken hoe het werkproces kan worden verbeterd zodat de ongewenste uitkomst niet meer voor zal komen, vaak met protocollen of extra controles. De situaties waarin het werkproces goed verloopt en gewenste uitkomsten optreden, worden buiten beschouwing gelaten.
Wat is de focus van de Safety II benadering?
De focus ligt op de dagelijkse gang van zaken
Bij de Safety II benadering is een ongewenste uitkomst niet de basis voor het onderzoeken van verbetermogelijkheden, maar de dagelijkse gang van zaken. De werkprocessen worden onderzocht, zonder dat dat afhangt van in hoeverre ze leiden tot gewenste of ongewenste uitkomsten.
Wat zijn de kenmerken van een Safety I benadering?
- reactief
- onderzoek n.a.v. een incident
- protocollering of extra controles
- retrospectief
Wat zijn de kenmerken van een Safety II benadering?
- werkvloer als uitgangspunt
- prospectief
- aanpassingsvermogen
- op elk moment uit te voeren
- geen slachtoffers nodig
Tot welke problemen leidt de Safety I benadering?
- verbeterplannen zijn niet op de realiteit/praktijk afgestemd, dus te vaak niet uitvoerbaar of effectief
- checklist, richtlijnen, standaarden moeheid bij alle professionals
- stijging van de werkdruk en stress door de ‘angst’ om fouten te maken, het niet volgens de regels te doen en daar individueel op afgerekend te worden.
- processen en systemen die onveiligheid veroorzaken zijn onvoldoende in beeld
- successen worden veel te weinig besproken en er is teveel aandacht op de persoonlijke fouten
Waarom is de volgende stap in patiëntveiligheid Safety II?
- simpele oplossingen voor de verbetering van patiëntveiligheid zijn er niet meer
- de 1D-focus op dat wat fout gaat
- overregulatie en indicatoren die los staan van de praktijk
- te weinig tijd voor het echte gesprek
- de mens is de oplossing maar wordt gezien als bron van fouten
Wat zijn mogelijke oplossingen voor de problemen van de huidige Safety I aanpak?
- de mens als oplossing in plaats van als bron van fouten
- tijd voor het interdisciplinaire gesprek
- ontwikkelteams in veerkracht en in aanpassingsvermogen
- breng ‘work-as-done’ en ‘work-as-imagined’ dichterbij elkaar
- de FRAM methode, video-reflectie en andere praktische oplossingen
- safety II onderzoek en innovatie
- investeer in de verbetering van werkprocessen en het verminderen van ongewenste variatie