Week 1 - HC Flashcards
(133 cards)
Wanneer vullen kransslagaders, wat is insufficiëntie en wat is stenose?
Kransslagaders vullen in diastole
Insufficientie = lekkage
Stenose = vernauwing
Waar gaat het bloed heen in rust en tijdens inspanning?
In rust = verteringsorganen en de nieren veel bloed
Inspanning = skeletspieren.
Wat is de functie van het circulatiesysteem?
- Stofwisselingen (zuurstof en voedingstoffen)
- Communicatie tussen delen van het lichaam (hormonen)
- Bestrijding van ontstekingen (o.a. door witte bloedcellen, antilichamen)
Hoe is de vaatwand opgebouwd?
- Tunica intima; endotheelcellen (deze zit in alle vaten), subendotheliale laag (bestaat uit gladde spiercellen + vezels) en lamina elastica interna (deze laag is niet goed zichtbaar bij venen).
- Tunica media; gladde spiercellen (circulair gerangschikt), elastische lamellae/vezels (wisselende hoeveelheden), geen fibroblasten (extracellulaire vezels afkomstig van gladde spiercellen) en lamina elastica externa.
- Tunica adventitia (externa); bindweefsel (longitudinaal gerangschikt, vooral collageen vezels), vasa vasorum (bloedvoorziening, grotere vaten) en nervi vascularis (betrokken bij vasoconstrictie en -dilatatie)
Welke soorten arteriën zijn er?
- Elastische arterien = aorta (tijdens de geboorte is deze meer musculeus en wordt later elastischer) Ze bevatten ook grotere tunica media. Op histologische afbeeldingen zien we meer zwarte draadjes, dit is elastine.
- Musculeuze arterien = middelgrote arterien, meeste benoemde arterien in het lichaam. Bij musculeuze arterien zie je de lamina elastica interna en externa beter, omdat de musculeuze arterie minder elastine bevat.
- Arteriolen = media 1- 3 spierlagen dik, arteriolen zijn belangrijk voor regulatie van bloeddruk.
Waar dient de elasticiteit van de arterien voor?
Opslag van energie tijdens de systole, waardoor het bloeddruk verval tussen systole en diastole wordt verkleind. Op hogere leeftijd verdwijnt veel elasticiteit, waardoor ook dit windketeleffect wordt verstoord en de drukverschillen toenemen.
Welke vaattypen komen voor, begin bij het hart.
Elastische arterien - musculeuze arterien - kleine arterien - atriolen - capillairen - postcapillaire venulen - musculeuze venulen - middelgrote en grote venulen.
Hoe is de bloedflow in de vaten?
Hoog in de arterien - laag in capillairen - hoog in venulen.
Hoe is de diameter in de vaten?
Groot in arterien - klein in capillairen - groter in venulen dan in arterien.
In welke vaten zien we het grootste drukverschil?
Arteriolen
In welke vaten is de oppervlakte het grootst en in welke is het volume het grootst?
- oppervlakte; capillairen
- volume; venen
Waaruit bestaan capillairen?
- Capillairen bestaan alleen uit een endotheellaag.
- Pericyt zit er omheen; is een gladde spiercel. (functie = steuncel)
- Ze zijn 90% van onze vasculatuur.
4-10 micrometer in diameter, gemiddelde lengte 50 micrometer.
Welke soorten capillairen zijn er?
- Continue capillaire = endotheelcel laag zonder gaten, dit soort capillairen zitten in de hersenen.
- Gefenestreerde capillairen = hebben gaatjes, in endocriene klieren waar eiwitten door de gaten heen moeten bijvoorbeeld in de damren, de nieren en de galblaas.
- Sinusoiden = hebben fenestrae zonder diafragma en met vergrote diameter; 30-40mum. Komen voor in lever, milt, beenmerg, waar nog grotere structuren moeten intreden/uittreden.
Gefenestreerd = in nier en lever voor filtratie
Impermeable = in hersenen, heet bloed-hersenbarriere
Welke soorten venen zijn er?
- Postcapillairen venule; lijken op capillairen, relatief weinig tunica media.
- Medium-sized venen; hebben alweer meer tunica media
- Grote venen; hoe groter ze worden, hoe meer lumen, maar ze worden nooit sterk.
Alle venulen hebben een relatief groot lumen/oppervlak ten opzichte van de vaatwanddikte.
Hoe zien lymfevaten eruit?
- Zijn dunwandig
- Voeren overtollig vocht af uit weefsel.
- Histologisch niet te onderscheiden van een venen.
- Eindigen in ductus thoracic en rechter ductus lymphatic vooral ze in het bloed uitmonden.
Hoe zijn lymfevaten en venulen te onderscheiden?
Er zitten wel rode bloedcellen in venulen, maar niet in lymfevaten.
Wat is arteriosclerose en welke soorten zijn er?
Arterioclereose = verharding van de vaatwand.
- Concentrisch; rond de gehele vaatwand.
– Monckebergse media sclerose; vindt plaats bij de musculeuze arterien en het probleem ligt dan in de tunica media.
– Arteriolosclerose; verharding van/in de arteriolen. Hylaine en hyperplastic arteriosclerose. - Excentrisch; in een stukje van de vaatwand. (met name in grotere vaatwanden)
– Atherosclerose; (verkalking in een vat, met een kap erover) er komen littekens in de vaatwand en als het te groot wordt kan het lumen als gevolg te klein worden (is een groot probleem bij coronaire vaten, leidt tot een myocardinfarct)
Hoe ontstaat atherosclerose?
Vet hoopt op in endotheel laag van bloedvat -> anti-trombogene werking van endotheelcellen gaat verloren en bloedpropjes ontstaan aan de plaque -> om de vetophoping (=athenoom) ontwikkeld een spierlaag ‘fibrous cap’ -> kap scheurt, trombus ontstaat en vat wordt afgesloten -> verstijving van vaatwand -> dissectie, ruptuur, aneurysma en hartinfarct kunnen volgen.
Wat zijn de risicofactoren van atherosclerose?
- Genetisch
- Leeftijd
- Geslacht (M>F, tot menopauze)
- Hyperlipidaemie
- Hypertensie
- Roken
- Diabetes Mellitus
- Ontsteking
Wat is een aneurysma en hoe ontstaat het?
= Verwijding/verdikking van de vaatwand, vooral in tunica media laag, ontstaat als gevolg van een verslapping van de vaatwand.
Bloed hoopt op in de holten en stolt als gevolg van kapotte endotheellaag. als verwijding te dik wordt, knapt het bloedvat en ontstaat een bloeding.
Groot risico op dissectie of ruptuur.
Thoracaal of abdominaal.
Ziekte van tunica media.
Wat zijn de risicofactoren van aneurysma?
- Atherosclerose
- Hypertensie
- Bindweefselziekten (Marfan, Ehlers-Danlos) => met name thoracaal
Wat is een dissectie van de aorta?
= Kleine scheur in tunica intima en scheurt uit in tunica media waardoor ze loslaten van elkaar en bloed tussen de lagen komt.
Wat zijn de risicofactoren van een dissectie van de aorta?
- Hypertensie
- Bindweefselziekten; gladde spiercellen worden dan ziek (Marfan, Ehlers-Danlos)
- Tijdens zwangerschap (zeldzaam)
Wat zijn de concentratie waardes van ionen?
Intracellulair - extracellulair
Na 5-15 mM - 145 mM
K 140-155 mM - 4-5 mM
Ca 0.1 muM - 1-2 mM
Cl 5-15 mM - 110 mM
pH 7,2 - 7,4