week 4 hc Flashcards

(16 cards)

1
Q

wat is een psychotische stoornis

A

> 24 uur waarbij je:
- Hallucineerd
- Waant
- Gedesorgiseerd gedrag heeft
- Gedesorganiseerd denkt

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

hallucinaties

A
  • Waarnemingen van een zintuig zonder dat er een stimulus is
  • Voldoende werkelijkheidsgehalte om als waarneming opgemerkt te worden
  • Niet onderhevig aan de wil
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

wanen

A
  • een persoonlijke, fundamentele, persisterende overtuiging die in strijd met de werkelijkheid en oncorrigeerbaar is ondanks afdoende bewijs van het tegendeel
  • De overtuiging wordt door anderen in de (sub) cultuur van de pt beschouwd als onjuist, ongeloofwaardig of onmogelijk
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

formele denkstoornis

A

stoornis in beloop en samenhang van de gesproken taal als gevolg van stoornissen in het beloop en de samenhang van het denken

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

gedesorganiseerd gedrag

A

Het tonen van sociaal inadequaat, onvoorspelbaar, onlogisch, niet doelmatig of ongepast gedrag. Soms met agitatie en gepaard gaande met slechte zelfverzorging

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

symptoomclusters van schizofrenie

A
  • negatieve symptomen: affectieve vervalkking en initatiaverlies
  • cognitieve problemen: aandacht, (werk)geheugen, verwerkingssnleheid en leren
  • positieve symptomen: wanen, hallucinaties, gedesorienteerd spreken en denken en gedesorienteerd gedrag
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

mogelijke cognitieve problemen

A
  • Informatieverwerkingssnelheid
  • Executieve functies
  • Aandacht
  • Werkgeheugen
  • Geheugen en leren
  • Sociaal
  • cogniteive functies
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

waar werkt antipsychotica op

A
  • hallucinaites
  • wanen
  • gedesorienteerd gedrag
  • gedesorienteerd denken
  • negatieve symtomen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

bijwerkingen van antipsychotica

A
  • bewegingssymptomen
  • subjectieve symptomen
  • metabole symptomen
  • seksuele symptomen
  • neuroleptische malligne symptomen: gestoor bewustzijn, koort, spierrigiditeit
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

schizoaffectieve stoornis

A

meer dan 6 maanden schizofrenie klachten + manische klachten en somberheid

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

verschil dysartrie en afasie

A

Dysartrie = spraakstoornis : motoriek
Afasie = taalstoornis : begrijpen taal

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

dysartrie

A
  • Probleem in motorische systemen: mond/ keelspieren aansturen
  • Spraak is moeilijk verstaanbaar
  • Vaak ook slikproblemen
  • Taal is inhoudelijk goed
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

afasie

A
  • Inhoud is gestoord
  • Ipc geen slikporoblemen (tenzij bij deel van neurologsiche stoornis)
  • Vaak ook problemen met lezen en schrijven
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

verschillende typen dysartrie

A
  • cerebellair
  • bulbair
  • psuedobulbair
  • extrapiramidaal
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q
A
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly