Week 6 Flashcards
Wat zijn specifieke aspecten van palliatieve zorg?
Stadium ziekte, kwaliteit van leven, multidimensionale benadering, patiënt en naasten, acceptatie van de dood als normaal proces, wens vd pt, rouw voor naasten
Wat zijn belangrijke onderdelen van palliatieve zorg?
Symptoombestrijding, inzicht in ziekte, besluitvorming, advance care planning
Welke fases heeft palliatieve zorg?
Ziektegericht = uitstel slecht worden
Symptoomgericht
Stervensfase = laatste jaar
Nazorg en rouw
In welke 2 manieren kan combinatie gegeven worden?
Concomitant = tegelijk
Sequentieel = na elkaar
Welke 3 vormen van therapie bij kanker zijn er?
Adjuvant = postoperatief, na curatief
Neaoadjuvant = preoperatief, geen responsevaluatie
inductiebehandeling = korte behandeling met doel operatie mogelijk te maken, wel responsevaluatie
Wat zijn vroege en late bijwerkingen van cytotoxische chemotherapie?
Vroeg: snel delende weefsels (beenmerg, slijmvlies), reversibel
Laat: traag delende weefsel (hart, long, nier, zenuwen, lever), irreversibel
Welke 2 factoren spelen een rol bij oncologische chirurgie?
Operabiliteit = conditie pt
Resectabiliteit = technische mogelijkheden verwijderen tumor
Wat is het doel van curatieve chirurgie? + naam als het niet lukt
Gehele tumor verwijderen, curatie, mortaliteit, morbiditeit en cosmetiek spelen een rol
R1 = microsopisch irradicaal
R2 = macroscopisch irradicaal
Wat is het doel van palliatieve chirurgie?
Klacht verminderen, geen morbiditeit of mortaliteit, behoud functie en cosmetiek
Wat is het is het doel van radiotherapie bij kanker en welke balans moet gevonden worden?
Curatief, balans tussen tumorcontrole en schade aan gezond weefsel
Biologische maatregelen: fractionering en combinatie therapie
Fysische maatregelen: soort en nauwkeurige straling
Welke typen straling zijn er? + eigenschappen
alfa: He-kern (2 protonen, 2 neutronen), laag DV, hoog IV
beta: elektron, hoger DV, lager IV
gamma: fotonen, hoog DV, laag IV
Wat is ionisering?
Een elektron wordt losgeslagen uit molecuul -> reactieve cellen -> DNA-schade
Wat voor breuken zijn er in DNA?
Enkelstrens = suplethaal
Dubbelstrengs = lethaal
Hoe wordt external beam radiotherapie toegepast? + fiducial tracking
Er is stereotactische radiotherapie met fotonen door inverse planning voor een bestralingsplan, voor longen kunnen er metalen veertjes geplaatst worden om de tumor te tracken
Wat is brachytherapie? + voor- en nadelen
Fotonenbestraling mbv katheters:
intraluminaal, -cavitair, interstitieel
+ meer sparing omliggend gebied, hogere dosis in korte rijd
- alleen bij beperkt tumorvolume
Wat is protonentherapie?
Bestraling met protonen, nog specifieker, maar ook heel duur
Wat zijn directe en indirecte effecten van straling?
Direct: straling op DNA -> schade -> celdood
Indirect: straling op atomen -> radicalen -> schade -> celdood
Wat is LET?
Lineaire energie transfer, energieafgifte langs het spoor van een stralingsdeeltje, gamma = diffuus, alpha = dikker
Hoe kan de therapeutische breedte vergroot worden?
Fractioneren: hypo (> 2Gy) of hyper (< 2Gy), perioden van herstel niet te lang houden
Combinatietherapie
Wat zijn acute en late effecten van straling?
Huid: roodheid, pijn, schilfering, haaruitval / hypopigmentatie
Hersenen: moeheid / geheugen
Rectum: diarree, pijn / teleangiëctasieën
Oesophagus: passageklachten / strictuur
Slijmvlies: pijn / droge mond, cariës