Week 9 Flashcards
(94 cards)
Welke functies heeft de blaas?
- vulfase/opslagfase
- leidingsfase/ mictie fase
Welke spier contraheert bij het plassen?
m. detrusor, parasympatisch
Wat gebeurt er somatisch tijdens het plassen?
sfinkter relaxeert
Welke centra doen innervatie van de blaas?
- cortex
- pons
- centrale mictie centrum
Wat brengt parasympatische zenuwen en wat sympatisch?
para: plexus pelvicus
sympatisch: n. pudendus
Wanneer worden de mechoreceptoren activer?
als de druk in de blaas stijgt
Hoe verloopt het signaal vanaf de mechanoreceptoren?
Eerst naar PMC in pons
dan naar cortex en weer terug
in SMC worden de signalen dan opgesplitst
Wat gebeurt er als je cortex uitvalt?
spastische blaas
Wat gebeurt er bij dwarslesie?
timing en coordinatie weg
Wat gebeurt er bij een meer perifere lesie, distaal van ruggenmerg?
complete CZ uitgeschakeld
Wat gebeurt er bij een overactieve detrusor en sfinkter?
hoge druk, nierfunctie vermindering op korte termijn
Wat gebeurt er bij een onderactieve detrusor en overactieve sfinkter?
De mictie komt moeilijk op gang en dan persen met buikspieren wat resulteert in een te hoge druk in de blaas
Wat gebeurt er bij een onderactieve sfinkter en detrusor?
zorgt niet voor zo veel druk
Wat kan je meten bij urodynamica/blaasfunctie onderzoek?
- druk
- emobekkenbodem
- flow bij plassen
- hoeveel in de blaas
- is de blaas leeg
Wat zijn de gevolgen van een supranucleare leasie?
- stugge blaas –> druk stijgt –> lage nierfunctie
- overactieve blaas –> spier hypertrofie –> intramurale druk stijgt –> minder urine dus lage nierfunctie
- overactieve sluitspier –> druk wordt zo hoog dat er reflux kan ontstaan
- UWI’s –> reflux nefropathie
Waar zorgt urineretentie door een slappe blaas voor?
- overloop incontinentie
- UWI’s
- stuwing nier
Wat zijn bijwerkingen van anticholinergica?
- troebel zien
- droge mond
- obstipatie
Waar wordt de concentratie van urine door bepaald?
Hoeveel water er in de urine zit
Waar vind water resorptie vooral plaats?
in de verzamelbuis
Welk deel van de lis van henle is voor water en welk voor natrium?
dalend: water
opstijgend: natrium
Wat heb je nodig voor de reabsorbtie van water?
een gat en drijvende kracht
drijvende kracht: hoge osmolalitiet in niermerg
gat: aqua poride, kanalen die latijd opstaan
Wanneer komt AQP2 op celmembraan?
als ADH op de receptor bindt een cascade die hierin resulteert
Wat gebeurt er door het absorberen van ureum?
hoge osmolaliteit en kleiner volume van de urine
Wat is de countercurrent?
efficiente uitwisseling en opbouw van het gradient en wordt voor een groot deel gedreven door de natrium current in de lis van Henle