12. 2 de trechter van online marketing vertaald in prestatie-indictoren Flashcards

(25 cards)

1
Q

kpi’s/ kernprestatie indicatoren

A

Om online marketingactiviteiten goed te kunnen controleren en bij te sturen, moeten organisaties van te voren vaststellen wat de

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

bezoeker

A

is iemand die in een periode van dertig dagen voor het eerst op de website komt

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

bezoek

A

betekent dat iemand op een website komt en binnen 1800 seconde activiteiten verricht op de website

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

belangrijke kpi’s bezoeken

A

bereik, klikratio, percentage van nieuwe bezoekers en acquisitiekosten

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

bereik

A

is het percentage van de doelgroep dat gebruikmaakt van de website. formule:
Bereik = aantal unieke gebruikers van de website in periode T/Totaal aantal
unieke gebruikers in de doelgroep

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

klikratio

A

het aantal kliks op een e-mail, advertentie of andere uiting in relatie tot het aantal vertoningen van deze uiting. formule:
Klikratio = aantal kliks/aantal vertoningen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

acquisitiekosten

A

zijn kosten per klik of vertoning. Formule
CPM= kosten van de uiting/(0,001 x het aantal vertoningen)
CPC= kosten van de uiting/aantal kliks

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

kosten per contact

A

Kosten per contact = marketinguitgaven in periode T/bezoekers in periode T

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

connectratio

A

het werkelijke aantal mensen dat een pagina bezocht, in

tegenstelling tot het aantal mensen dat wel klikte, maar de pagina niet bezocht.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

retentie

A

de mate waarin de site de bezoekers vasthoudt

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

twee eenvoudige indicatoren (boeien)

A
  • de diepte van het bezoek

- de gemiddelde duur van het bezoek

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

weigeringspercentage/ bounce rate

A

het percentage bezoekers dat de website vrijwel direct weer verlaat.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

stoppzettingsratio

A

is het percentage bezoekers dat een bepaalde stap op weg naar de bestelling niet afrondt

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

cart abandonment

A

het percentage bezoekers dat het winkelwagentje vult, maar vervolgens de
bestelling niet afrondt.
Cart abandonment rate = aantal bezoekers dat het winkelwagentje vult maar niet
bestelt/het totaal aantal bezoekers dat het winkelwagentje vult in periode T

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

conversieratio

A

Conversieratio = aantal bezoekers dat een doel realiseert in periode T/totaal
aantal bezoekers in periode T

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

CPS

A

CPS = kosten van de uiting/aantal verkochte producten

17
Q

Check out abandonment

A

Check out abandonment rate = aantal bezoekers dat een bestelling niet volledig
afrondt/het totaal aantal bezoekers dat een product bestelt in periode T

18
Q

frequentie

A

Frequentie = aantal bezoeken in periode T/aantal unieke bezoekers in T

19
Q

recentheid

A

Recentheid = de tijd die is verlopen sinds het laatste bezoek

20
Q

gebruiksduur

A

Gebruiksduur = totale hoeveelheid tijd besteed op de website/aantal bezoeken in
periode T

21
Q

monetaire waarde

A

Monetaire waarde = (aantal bestellingen x gemiddelde prijs van de
bestellingen)/per periode

22
Q

plakkracht

A

is een indicator voor de mate waarin bezoekers aan een website zijn gebonden (stickyness

23
Q

universal analytics

A

het systeem voor webanalytics dat google in 2013 introduceerde, is het mogelijk om vanuit deze basisgegevens de klantwaarde van de bezoekers vast te stellen

24
Q

Uitputting

A

komt voor als na een vastgestelde tijdsperiode een klant niet actief
meer is, terwijl dat voor die tijd wel het geval was (attrition

25
Churn
is een indicator voor het aantal vertrokken websitegebruikers in een bepaalde periode. formule totaal aantal vertrokken websitegebruikers in periode T/totaal aantal gebruikers in periode T