1. B. 13 - HC. 6 ritme en geleidingsstoornissen II Flashcards

1
Q

wat is accelerated automaticity?

A

snellere depolarisaties): ontstaat doordat de depolarisatie drempel eerder wordt bereikt en komt vaak voor in de vorm van een sinustachycardie. De hoogte van de drempelwaarde kan worden aangepast, maar ook de snelheid waarmee fase vier oploopt is te reguleren.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

wat is triggered activity?

A

(trigger voor depolarisatie): komt normaal gesproken niet voor. Er worden nadepolarisaties opgewekt na de absolute refractaire periode: in fase twee, vroeg begin fase 3 en aan het einde van fase 3. Dit is meestal de oorzaak van overslagen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

wat is de Re-entry?

A

(circulatie van prikkels): er ontstaat een circulatie aan prikkels, doordat er meerdere routes zijn en ze niet tegelijkertijd in dezelfde richting depolariseren.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

wat is sinustachycardie?

A

komt vaak secundair voor aan een andere afwijking, zoals angst. het kenmerkt zich door een normaal ECG, behalve dat het ritme versneld is.
ritme boven de 100 bpm en kortere PR-interval.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

wat is atriale tachycardie?

A

ontstaat doordat een focus in de boezem harder gaat slaan (acceleratie automaticity) dan de sinusknoop zelf. op het ECG is een versneld ritme te zien (100-180 bpm) dat plots ontstaat. de P-top morfologie is iets veranderd. QRS complex kan verwijd zijn en de PR-intervallen kunnen van elkaar verschillen, maar hoeft niet.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

wat is multifocale atriale tachycardie?

A

in plaats van een focus zijn er meerdere plekken met acceleratie automaticity. dit leidt ertoe dat op het ECG allemaal onderling verschillende p-toppen (minimaal 3) zichtbaar zijn. de pp- en rr-intervallen zijn iregulair (een afwijking die onvoorspelbaar voorkomt)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

wat is atriumflutter?

A

Er is een macro re-entry circuit ontstaan tussen het atriale septum, via het dak van het rechteratrium, naar de laterale wand, tussen de tricuspidaalklep en de v. cava inferior terug naar het septum (met AV-knoop). Atriumflutter kenmerkt zich door een basislijn die de vorm van een zaagtand heeft. De P/QRS-ratio kan variëren (1:1; 1:2; 1:3, etc.). Bij atriumflutter hoeven er geen klachten te ontstaan als de QRS-ratio heel klein is (1:5). Met adenosine of vagale manoeuvres kan de zaagtand zichtbaar worden gemaakt bij hogere ratio’s, wanneer de zaagtand verborgen is.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

wat is atrium fibrilleren?

A

bij atriumfibrilleren wordt de AV-knoop continu gebombardeerd door prikkels vanuit het gehele atriale weefsel (acceleratie automaticity). de basislijn is kriebelig (p-toppen afwezig) geworden en er zijn nauwelijks iso-electrische momenten zichtbaar. het RR-interval is irregulier.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

wat is AVNRT?

A

AV-knoop Re-entry.
Re-entry in de AV-knoop is de meest voorkomende ritmestoornis bij jonge mensen (meestal vrouwen). Deze ontstaat doordat er meerdere geleidingswegen (prevalentie 30%) zijn in de AV-knoop. Eén snelle weg en één langzame weg. In de normale situatie gaat de prikkel over de snelle verbinding naar beneden en de prikkel over het langzame weggetje loopt stuk op refractair weefsel dat al geactiveerd is door het snelle weggetje. Wanneer er een overslag is en er ineens een depolarisatie komt die te vroeg is voor het snelle weggetje die een langere refractaire periode heeft, kan de prikkel soms wel het langzamere weggetje nemen (met kortere refractaire periode). Wanneer de snelle weg ondertussen weer klaar is voor geleiding, kan de prikkel dan niet alleen naar de kamers gaan, maar ook weer terug naar de boezems. Zo ontstaat er een circuit in de AV-knoop

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

wat is AVRT?

A

Deze macro re-entry tachycardie komt niet primair voor in de AV-knoop (zoals bij AVNRT), maar circuleert in een gehele harthelft. Dit is alleen mogelijk als tijdens de embryonale ontwikkeling de scheiding tussen boezem en kamer niet goed verloopt en er een stukje spierweefsel op die overgang blijft zitten. De AV-knoop is dan niet meer de enige weg van atria naar de ventrikels. Wanneer er bv een overslag plaatsvindt en de AV-knoop nog refractair is, kan het extra weggetje de prikkel naar de kamers geleiden en de AV-knoop geleid de prikkel vervolgens weer terug naar de atria. Zo kan er een circuit ontstaan.
–> Delta golven.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

welke type AVRT zijn er?

A
  1. orthodome AVRT: heen over de AV-knoop, terug via de extra verbinding. de boezems worden eerst geactiveerd en vervolgens de kamers
  2. antidrom AVRT: geen via extra verbinding en terug via de AV-knoop. de P-toppen liggen dan vaak ver achter het QRS-complex
    –> bij allebei na de P-top direct een delta golf
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

wat is VT?

A

ventriculair tachycardie.
bij een ventriculaire tachycardie zijn de P-toppen volledig losgekoppeld van de QRS-complexen. prikkels ontstaan in het ventriculair myocard en moet via de eis bundel de rest van de kamer activeren. het kan zo zijn dat de bundels retrograde via de AV-bundel geactiveerd worden. dan zijn de P-toppen niet losgekoppeld aan het QRS-complex. meestal is retrograde geleiding via de AV-knoop niet mogelijk en worden de boezems los van de kamers geactiveerd.

meer QRS-complexen dan P-toppen dan moet het een kamer ritmestoornis zijn.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

wat is een FAST ventriculair flutter?

A

Voorheen werd fast VT ventriculaire flutter genoemd, vanwege het soortgelijke uiterlijk op de ECG. Flutter suggereert dat er sprake is van een macro re-entry circuit, maar dat is niet het geval. P-toppen zijn geheel afwezig door zeer snelle activatie van de kamers.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

wat is polymorphic VT (torsades)?

A

Polymorfe VT lijkt op fast VT, maar de amplitudes van de R-toppen vormen een spoelvormig patroon. De Vorm van de complexen variëren van slag op slag. Het is nog geen ventrikelfibrilleren en kan ook nog spontaan stoppen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

wat is ventrikelfibrilleren?

A

Er is geen gecontroleerde ventriculaire contractie en er is geen efficiënte cardiac output. De behandeling is defibrilleren.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly