Week 4 HC 4 Flashcards

1
Q

Wat zijn de behandeldoelen bij IBD?

A
  • inductie remissie
  • onderhouden remissie
  • voorkomen en behandelen van complicaties; afwegen risico’s behandeling en bijwerkingen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Welke medicamenteuze opties zijn er bij IBD?

A
  • 5-ASA (colitis ulcerosa)
  • Thiopurine
  • Corticosteroiden
  • Coclosporin/tacrolimus
  • Methotrexaat
  • Infliximab
  • Vedolizumab
  • Tofacitinib
  • Ustekinumab
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Hoe werkt de step-up behandeling?

A
  1. 5-ASA of sulfasalazine
  2. Prednosine of budesonide
  3. Immunomodulators (AZA of 6-MP of MTX)
  4. Biologic agents
  5. surgery
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Waar bestaan corticosteroïden uit en welke bijwerkingen hebben ze?

A
  • Prednison
    > oraan, intraveneus, zetpillen, klysma
    > voor inductiebehandeling; M. Crohn en colitis
  • Budesonide
    > Topicaal; rectum, linkszijdig colon
    > per os: rechtzijdige colon, ileocecaal regio
    > minder toxisch
  • bijwerkingen;
    > hypertensie, acne, infecties, diabetes, gewichtstoename, osteoporose
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Waar bestaat 5-ASA uit en welke bijwerkingen heeft het?

A
  • Mesalazine
    > milde tot matige colitis ulcerosa
    > zowel inductie als onderhoudstherapie
    > zowel oraal als lokaal (zetpil, klysma), dus combinatietherapie
  • Bijwerkingen
    > hoofdpijn, misselijk, uitslag
    > pancreatitis
    > interstitiele nefritis
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Waar bestaan imunosuppressiva uit en welke bijwerkingen heeft het?

A
  • Thiopurines; aziothioprine, mercaptopurine, tioguanine
    > enzym TPMT belangrijkste rol in omzetting azathioprine naar actieve metaboliet
  • Methotrexaat (Crohn)
  • 3 maanden inwerktijd dus alleen onderhoudstherapie
  • Bijwerkingen;
    > thiopurines; beenmergtoxiciteit, pancreatitis, griepachtige verschijnselen, hepatitis, lymfeoom, non-melanoma skin cancer
    > methotrexaat; hepatitis, kaalheid, griepachtige verschijnselen, teratogeen (foliumzuur bijgeven)
  • Bij opstarten frequent de bloedwaardes checken
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Waar bestaan biologicals uit en welke bijwerkingen heeft het?

A
  • Anti-TNF
    > infliximab (infuus)
    > adalimumab (zelf spuiten)
    > golimumab (colitis ulcerosa)
  • α4β7-antagonist
    > vedolizumab
  • Anti-IL 12/IL-23
    > ustekinumab
  • Bijwerkingen;
    infusie-gerelateerde bijwerkingen, infecties, allergieën, TBC reactivatie, huidmaligniteiten
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Waar bestaan JAK remmers uit en welke bijwerkingen heeft het?

A
  • JAK eiwitten;
    > JAK1, JAK2, JAK3
    > signaaltransfuctie van cytokine receptoren en groeifactoren
    > cel proliferatie en differentiatie
  • JAK remmers;
    > effectief bij chronische inflammatie aandoeningen (reumatoïde artritis, psoriasis)
    > tofacitinib (JAK 1 en 3 remmer)(colitis ulcerosa) (effect na 3 dagen)
  • bijwerkingen;
    > beoordeling cardiovasculair risico voor start therapie
    > herpes zoster; Vaccinatie?
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Hoe kies je tussen de medicijnen?

A

Bij milde tot matige colitis ulcerosa, linkszijdig of proctitis, geef je zowel lokaal als per os medicatie.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Hoe ziet de operatie bij IBD eruit?

A
  • Colitis ulcerosa;
    > chirurgie curatief
    > (sub)totale colectomie
    > stoma
  • M. Crohn;
    > chirurgie niet curatief
    > (ileo)coliche segmentele resectie
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly