(15) The Cognitive Theory of Multimedia Learning (Sorden, 2012) Flashcards

1
Q

Wat is de hypothese volgens Sorden (2012)?

A

Sorden stelt dat mensen dieper leren van een combinatie van woorden en afbeeldingen, als er goede integratie tussen de twee is. Dit valt onder de Cognitive Theory of Multimedia Learning (CTML).

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Hoe omschrijft Sorden (2012) de drie niveaus van leren?

A

Sorden beschrijft:

  • “no learning” (niets leren),
  • “rote learning” (oppervlakte niveau), en
  • “meaningful learning” (toepassen in nieuwe situaties).
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Wat zijn volgens Sorden (2012) de vijf cognitieve processen bij multimedia leren?

A

1) Relevante woorden selecteren
2) Relevante afbeeldingen selecteren
3) Geselecteerde woorden organiseren
4) Geselecteerde afbeeldingen organiseren
5) Verbale en visuele modellen integreren.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Wat zijn de basisaannames van CTML volgens Sorden (2012)?

3

A

De aannames zijn de
1. Dual-channel assumption,
2. Limited Capacity assumption
3. Active processing assumption.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Wat betekent de Dual-channel assumption volgens Sorden (2012)?

A

Er wordt uitgegaan van twee informatiekanalen (verbaal en visueel) die samenwerken om informatie te verwerken en te leren.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Wat betekent de Limited Capacity assumption volgens Sorden (2012)?

A

Mensen hebben een beperkte cognitieve capaciteit, wat invloed heeft op hoeveel informatie ze kunnen verwerken en onthouden.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Wat betekent de Active processing assumption volgens Sorden (2012)?

A

Mensen moeten actief de informatie verwerken; zonder actieve verwerking werkt het leerproces niet.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Wat is het belang van “slim design” volgens Sorden (2012)?

A

Slim design kan helpen bij het leerproces door de informatie op een manier te presenteren die aansluit bij de voorkennis van de ontvanger en cognitieve belasting vermindert.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Welke rol speelt de sensorische geheugen volgens Sorden (2012)?

A

Het sensorische geheugen vormt een nauwkeurige kopie van fysieke stimuluskenmerken, maar heeft een korte duur (250 ms).

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Hoe definieert Sorden (2012) het werkgeheugen?

A

Werkgeheugen houdt informatie voor een korte termijn vast, variërend van enkele seconden tot enkele minuten. Het heeft verbale en visuele componenten.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Hoe definieert Sorden (2012) het langetermijngeheugen?

A

Langetermijngeheugen slaat informatie voor onbeperkte tijd op in de hersenen. Het bevat declaratieve (feiten) en niet-declaratieve (aangeleerd gedrag) informatie.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Wat zijn de drie vormen van cognitieve belasting volgens Sorden (2012)?

A

Deze zijn intrinsieke cognitieve belasting, externe cognitieve belasting en germane cognitieve belasting.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Wat zijn de principes voor multimediale instructie volgens Sorden (2012)?

A

Wat zijn de principes voor multimediale instructie volgens Sorden (2012)?

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q
A
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q
A
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Denk aan cognitieve processen

A

Vijf cognitieve processen:

  1. Relevante woorden selecteren om te verwerken in het verbale
    werkgeheugen.
  2. Relevante afbeeldingen selecteren om te verwerken in het visuele
    werkgeheugen.
  3. *Geselecteerde woorden ‘organiseren’ in een verbaal model.
  4. Geselecteerde afbeeldingen ‘organiseren’ in een visueel model.
  5. Verbale en visuele model integreren met elkaar, en met voorkennis.
17
Q

Wat is het resultaat vcan de vijf cognitieve processen van Sorden (2012)?

A
18
Q
A
19
Q
A
20
Q
A
21
Q
A
22
Q
A

Hoe ziet het model er ongeveer uit?

23
Q

3 soorten geheugen volgens Sorden (2012)

A

1.Sensorisch geheugen
2. Werkgeheugen
3. Langetermijn geheugen

24
Q

Sorden (2012)

A

Ons geheugen voor recente zintuiglijke indrukken.
- Het heeft een grote capaciteit, maar ook een zeer korte duur (250 ms).
- Het bevat een nauwkeurige kopie van alle specifieke fysische stimuluskenmerken.
- Het wordt automatisch gevormd zonder tussenkomst van processen als aandacht of bewustzijn.

25
Q

Volgens Sorden (2012)

A
26
Q

+ 2 soorten langetermijn geheugen

A

-

27
Q
A

Complexiteit van het onderwerp, in combinatie met expertise en vermogens van
de ontvanger

28
Q
A

Manier waarop het materiaal is gepresenteerd, en ook split attention.

29
Q
A

Inspanningen van de lezer om de informatie te verwerken => een plek te geven in
het ‘schema’

30
Q
A
31
Q
A
  1. Theoretisch onderzoek naar cognitieve belasting:
    * Self-report
    * Fysiologisch onderzoek (hartslag, bloeddruk, pupilreactie, etc.)
  2. Dual-task-benadering
    * Veeleisende tweede taak leidt tot slechte prestatie in primaire taak.
  3. Kwantitatieve experimentele vergelijkingen