Week 1 Flashcards

1
Q

Drukpersrevolutie

A

Opgebouwd uit al bestaande uitvindingen. Johannes Gutenberg. Debat invloed; Elizabeth Eisenstein; standaardisatie, verspreiding, behoud. Counterargumenten; infrastructuur, manuscript & orale cultuur, disinfo/propaganda/censuur.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Erasmus

A

-> Humanist. ‘’In Praise of Folly’’ 1511 ( corruptie kerk). Nieuwe versie nieuwe testament. (Humanisme). Niet antikerk maar wilde verbetering in het kerksysteem. Luther door hem beïnvloed.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Francesco Petrarca

A

1304-1374 onderscheid tijden oudheid/middeleeuwen (donkere tijd)/ (vroeg) moderne tijd. Donkere tijd: culturele gedeelte. Tussen oudheid en renaissance. Periode voor hem.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Humanisme

A

-> Francesco Petrarca. Vertalen klassieke teksten. Terugkeer oudheid/klassieke teksten/cultuur. Studia Humanitas (grammatica, rhetorica, poëzie, geschiedenis, filosofie). Belang educatie; morele samenleving. (Maar; Latijnse teksten al lang gebruikt). Individualisme.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Johannes Gutenberg

A

-> c.1400-1468. Drukpers: wijnpers, metaal, papier maken. Eerst bijbel.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Patronage

A

de sociaal ongelijke betrekking waarbij de hogergeplaatste of patroon (beschermheer, begunstiger) gunsten verleent aan een lager geplaatste (cliënt, beschermeling) in ruil voor eerbetoon, trouw of diensten. ; prominente families (Medici in Florence en Sforza in Milaan) bevechten elkaar; worden ambassadeurs voor info over ander.; willen macht en rijkdom laten zien dus investeren erin. Patronage systeem: gunsten en beloningen uitgedeeld tegen diensten.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Signori

A

-> in de middeleeuwse en renaissance Italiaanse stadstaten, een regering geleid door een signore (heer, of despoot) die de republikeinse instellingen verving door middel van geweld of een overeenkomst. (politieke ontwikkelingen; opkomst oligarchie; de macht in handen van een kleine groep van mensen die behoren tot een bevoorrechte klasse of stand)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Stadstaat

A

opkomst stadstaten; commune. Tussen de 12e en 13e in Italië een politiek patroon, dat aanzienlijk verschilde van het feodale Europa ten noorden van de Alpen. Omdat er geen dominante machten ontstonden zoals in andere delen van Europa, werd de oligarchische stadstaat de heersende regeringsvorm. Stad en eromheen onafhankelijk bestuurd, soevereiniteit.
Door zowel directe kerkelijke controle als keizerlijke macht op afstand te houden, bloeiden de vele onafhankelijke stadstaten door handel, gebaseerd op vroege kapitalistische principes (die uiteindelijk de voorwaarden creëerden voor de artistieke en intellectuele veranderingen die door de Renaissance werden veroorzaakt)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Thomas More

A

-> Bijbelshumanist. Utopia; ideale samenleving. Vrienden met Erasmus.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Jakob Burckhardt

A

zijn chronologie is niet goed. Is al eerder sprake van opkomst stadstaten ontwikkeling handelskapitalisme. En Individualisme is te betwisten want signori. En secularisme vs humanisme; gericht op de bijbel en toepassen op maatschappij. Dus niet tegen de kerk.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly