3 & 4 Flashcards
(113 cards)
il fusibile
de zekering
non basta per invertire il calo
niet genoeg om de daling te keren
credo che non stimulino
Ik denk dat ze niet stimuleren (conjunctivo)
metselaars
muratori
le straci
de vodden
le tessile
textiel
mescolare
mengen, mixen
marocchini, indiani
marrokaans, indiaas
risente
is beïnvloed door
essere risentito
geergerd
ossia
oftewel
il fatto che (continui)
het feit dat. Onpersoonlijk dus volgt: conjunctivo
inorridire
afschuwelijk maken
spaventoso
beangstigend
spudorato
schaamteloos
come reagisce
hoe reageert
la bandiera
de vlag
dalla padella alla brace
van de pan tot de houtskool
di male in peggio
van kwaad tot erger
farcela
het redden
ce l’ho fatta
ik heb het gedaan
wanneer perché conjunctivo nodig?
wanneer perché “zodat” of “opdat” betekent, en niet: omdat (perché als uitleg)
Ieri sera non ho mangiato, perche… vervoeging conjunctivo of niet?
Nee. Perche sono arrivato a casa troppo tardi
Lavoro notte e giorno, perche … vervoeging conjunctivo of niet?
Ja. Perche tu non abbia problemi economici e possa avere…