3.2 Flashcards
(36 cards)
Romeinen

Inwoners van Rome (en van het Romeinse rijk)

Rijk

Gebied waarover een vorst regeert

Keizer

Vorst van het Romeinse rijk

Onderdanen

Mensen waarover een vorst (zoals een keizer) de baas is.

Limes

Grens van het Romeinse rijk.
Wie waren de onderdanen van de Romeinse keizer?

De mensen in het rijk.

Hoe werd het dorp van de romeinen een groot rijk?

De dorpen werden steeds groter en machtiger.

Natuurlijke grens

Een grens die niet door mensen is gemaakt.

Germanen

Naam die de Romeinen gaven aan de volkeren in Midden-Europa
Die niet door de Romeinen overwonnen waren.

Galliërs

Naam van volkeren in West-Europa in de tijd van
Grieken en Romeinen.

Waarom is het moeilijk een groot rijk te verdedigen?

- Je moet veel mensen redden.
- Er zijn veel grenzen.
- Het kost veel geld.

Romanisering

Andere volkeren namen de cultuur van de Romeinen over.

Latijns

De taal die de Romeinen spraken.

Noem drie voorbeelden van Romanisering
- Ze leerden de Romeinse taal (Latijn)
- Ze gingen zich Romeins kleden.
- Ze begonnen de Romeinse goden te aanbidden.
- Ze gingen gebouwen maken op de Romeinse manier.
Waarom was het voordeel om je aan te passen aan de Romeinen
Je krijgt dan meer rechten
Goden

Bovenmenselijk wezen dat door mensen wordt aanbeden

Tempel

Gebedshuis

Altaar

Plek waar je kunt offeren

Tolerant

Verdraagzaam

Waarom offerden mensen aan de goden

Omdat ze hopen dat ze iets terug krijgen

De tijd van Grieken en Romeinen

Periode van 3000 v.c. tot 500 n.c. (=oudheid)

Inwoners van Rome (en van het Romeinse rijk)

Romeinen

Gebied waarover een vorst regeert

Rijk

Vorst van het Romeinse rijk

Keizer























