6.3 Flashcards

(6 cards)

1
Q

Wat is een aflopende reactie

A

Een reactie die stopt als 1 van de beginstoffen op is

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Wat is een omkeerbare reactie

A

Een reactie waarbij de reactieproducten terug reageren tot de beginstoffen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Wat is een evenwichtsreactie

A

Een omkeerbare reactie waarbij de heengaande en teruggaande reactie tegelijk verlopen (dubbele pijl)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Wat is een dynamisch evenwicht

A

Er is evenwicht, maar er veranderen toch dingen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

welke 3 dingen gelden er voor een dynamisch evenwicht

A
  • De snelheid waarmee B gevormd wordt is even groot als de snelheid waarmee B wegreageert
  • Er is altijd zowel A als B aanwezig
  • De concentraties van A en B veranderen niet
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

wat is de insteltijd

A

de tijd die nodig is om een evenwicht te bereiken

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly