Aardrijkskunde H1 Flashcards
Wat is globalisering?
Het proces waarbij de verwevenheid tussen gebieden en samenlevingen toeneemt.
Waar heeft het globalisering invloed op?
De inrichting en functie van gebieden en het ruimtelijk gedrag van mensen.
Wat is tijd-ruimtecompressie?
Tijd en ruimte worden in elkaar gedrukt.
Hoe ontstaat tijd-ruimtecompressie?
De relatieve afstand tussen gebieden neemt af als gevolg van de snelle daling van de reis- en vervoerstijden en de kosten.
Wat is de absolute ligging?
De unieke ligging in het graadnet.
Wat is de relatieve ligging?
De ligging van een plaats ten opzichte van andere gebieden.
Hoe verandert de ligging?
Door verandering in bereikbaarheid
Wat is belangrijk voor een goede ligging?
De positie van een gebied ten opzichte van belangrijke economische centra en de ligging ten opzichte van belangrijke vervoersas.
Wat is de klassieke geografische regel van afstandsverval?
Interactie tussen gebieden neemt af naarmate de afstand toeneemt.
Hoe krimpen de grenzen?
Multinationals trekken zich minder aan van grenzen, net zoals het uitwisselen van informatie.
Welke ontwikkelingen heeft de transporttechnologie doorgemaakt?
Reis- en vervoertijden zijn gedaald, transport is goedkoper en de infrastructuur is verbeterd
Wat is de interactietheorie?
Voor uitwisseling van goederen tussen gebieden moeten er aan drie voorwaarden worden voldaan.
Wat zijn de basisvoorwaarden van de interactietheorie?
Complementariteit, transporteerbaarheid en geen tussenliggende mogelijkheden.
Waardoor kan het vervoeren van een gebied naar een andere veranderen?
Het verbeteren van infrastructuur, verdwijnen van politieke barrières en innovaties op transportgebied.
Wat beïnvloedt de richting en intensiteit van de internationale communicatie?
Economische factoren, geografische factoren en culturele factoren.
Contact is tussen centrumlanden, korte afstand en zelfde soort cultuur.