Anatomie Flashcards

(119 cards)

1
Q

Palatoglossus vs. palatopharyngeus

A
Glossus = tongspier
Pharynx = keelholte
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Tonsilla

A

amandelen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Lingua vs. labia

A
Lingua = tong
Labia = lippen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Buccae

A

wangen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Palatum molle vs. durum

A
Durum = hard en ligt voorin de mondholte
Molle = zacht en ligt achterin de mondholte
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Vestibulum oris

A

mondholte dat buiten de elementenboog ligt

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Cavitas oris proprium

A

mondholte dat binnen de elementenboog ligt

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

In welk verhemelte liggen de keelbogen?

A

palatum molle

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Wat vormt de grens van catvitas oris naar de oropharynx?

A
  • keelbogen
  • tongwortel
  • tonsilla palatina
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Benoem de pharynx van boven naar beneden:

A
  • nasopharynx (bij de neus)
  • oropharynx (bij de keel)
  • laryngopharynx (waar de opening van de larynx (luchtpijp) zit)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Waar eindigt de pharynx?

A

Waar de esophagus begint.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Waaruit bestaat en waar ligt de ring van Waldeyer (beginnend op 12.00, met de klok mee)?

A
  • tonsilla pharyngealis
  • tonsilla tubariae
  • tonsilla palatini
  • tonsilla lingualis
  • tonsilla palatini
  • tonsilla tubariae
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Welke amandelen liggen tussen de keelbogen?

A

tonsilla palatini

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Vanaf dorsaal ligt de m. levator veli palatini … de m. tensor veli palatini.

A

voor

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

In het frontale vlak:

A

ventraal (van voor)

dorsaal (van achter)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

In het horizontale vlak:

A

superior (van boven)

inferior (van onder)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
17
Q

In het saggitale vlak:

A

lateraal (vanaf de zijkant)

mediaal (vanaf het midden)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
18
Q

Bij ledenmaten:

A

distaal (vanaf het uiteinde)

proximaal (vanaf het aanhechtingspunt)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
19
Q

De m. uvulae ligt midden in de m. …

A

palatoglossus

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
20
Q

Wat is de functie van de m. tensor veli palatine?

A

Ondersteuning van de m. levator veli palatine bij het optillen van het palatum

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
21
Q

Welke 3 spieren liggen rondom de pharynx en hoe worden deze genoemd?

A
  • m. constrictor pharyngeus superior/ medius/ inferior

- keelsluiters

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
22
Q

Wat is de functie van de keelsluiters?

A

vernauwd de keelholte –> voedselbolus wordt voortbewogen –> peristaltische beweging in de esophagus

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
23
Q

Welke 3 spieren liggen longitudinaal in de keel en worden samen keelheffers genoemd?

A
  • m. stylopharyngeus
  • m. palatopharyngeus
  • m. salpingopharyngeus
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
24
Q

Wat is de functie van de keelheffers?

A

optillen van de pharynx tijdens het slikken

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
25
Hoe heet de adamsappel en waaruit bestaat het?
- cartilago thyroidea | - schildkraakbeen van de luchtpijp
26
Noem de 3 regios van de oppervlakkige anatomie van de hals
- regio cervicalis anterior - regio sternocleidomastoidea - regio cervicalis lateralis
27
Welke oppervlakkige halsspieren zijn er?
- platysma - m. sternocleidomastoideus - m. trapezius
28
Wat is de epiglottis?
sluit de larynx bij het slikken
29
Waar ligt het os hyoideus?
als dak van de larynx
30
Waaruit bestaat de orale fase?
- vorming voedselbolus | - voedselbolus richting oropharynx
31
Waaruit bestaat de oropharyngeale fase?
- afsluiten nasopharynx - heffen pharynx - heffen en afsluiten larynx
32
Waaruit bestaat de oesophagale fase?
- bolus van oropharynx --> laryngopharynx --> oesophagus | - slokdarmperistaltiek
33
Welke zenuwen zijn betrokken bij de orale fase en hoe werkt de aansturing?
- vrijwillige aansturing - n. facialis sluit de lippen - n. hypoglossus beweegt de tong - n. trigeminus innerveert de kauwspieren
34
Welke zenuwen zijn betrokken bij de oropharyngeale fase en hoe werkt de aansturing?
- hersenstamreflex | - n. glossopharyngeus en n. vagus
35
Welke zenuwen zijn betrokken bij de oesophageale fase en hoe werkt de aansturing?
- autonome aansturing | - n. vagus en n. glossopharyngeus
36
Spieren onder de tong vanaf superior:
- m. geniohyoideus - m. mylohyoideus - m. digastricus
37
Welke suprahyoidale spieren zijn er en wat doen deze?
- genio/mylo/stylo en digastricus | - mondopeners
38
Welke infrahyoidale spieren zijn er?
sterno/ thyro/ omo en sternothyroideus
39
Waar ligt het supramescolisch compartiment?
tussen het diafragma en het mescolon transversum
40
Waar ligt het inframesocolisch compartiment?
tussen het mesocolon transversum en de bekkenholte
41
Waaruit bestaat de cavitas abdominalis?
- inframesocolosich compartiment | - supramesocolisch compartiment
42
Wat bekleedt de cavitas abdominalis? En welke 2 soorten zijn hiervan?
peritoneum: - parietale; tegen de lichaamswand - viscerale; tegen het orgaan (viscus)
43
Wat zit er in de peritoneale holte (tussen de 2 lagen peritoneum)?
niks (beetje vloeistof)
44
Welke organen bevinden zich in het supramesocolisch compartiment?
- lever - maag - milt - pancreas - duodenum - galblaas
45
4 onderdelen van de maag:
- cardia - fundus - corpus - par pylorica (pyloris)
46
5 onderdelen van het duodenum:
- superior - descendens - inferior - ascendens - flexura duodenojejunalis
47
Wat gebeurd er in het duodenum?
bolus wordt gemengd met sappen van de pancreas
48
Welke onderdelen heeft de lever?
- lobus dexter (grote) - lobus sinister - vesica billiaris (galblaas) - lobus quadratus - lobus caudatus
49
Hoe heet de gang van lever naar galblaas naar duodenum?
d. hepaticus communis --> d. choledochus
50
Hoe heet de vene en arterie horend bij de lever?
- v. portae | - a. hepatica propria
51
Welk ligament bevindt zich op de overgang van duodenum naar jejunum?
ligament van Treitz
52
Welk ligament scheidt de lobus sinister van de lobus dexter?
ligament falciforma
53
Waar eindigt de dunne darm?
ileocecale overgang
54
Waar bevindt zich de dunne darm qua peritoneum?
intraperiotoneaal
55
Welke arterie regelt de bloedvoorziening voor de dunne darm?
a. mesenterica superior - a. jejunalis - a. ilealis
56
Waar bevinden zich de nieren qua peritoneum?
retroperitoneaal
57
Beschrijf de bloedvoorziening van de abdominale organen
- vanuit de aorta loopt de thoracale aorta naar beneden. - onder het diafragma heet deze arterie de aorta abdominalis - > tranctus coeliacus (lever, galblaas, milt, maag, esophagus en duodenum) - > a. mesenterica superior - > a. renalis (sinistra & dextra) - > a. mesenterica inferior - > a. iliaca communis (sinistra & dextra) (voor organen in de bekkenholte)
58
Hoe worden organen in het abdomen geïnnerveerd?
- parasympathisch: n. vagus | - sympathisch: tr. sympathicus
59
Hoe heet de regio onder de tong?
regio sublingualis
60
Hoe heet het cupidoboogje van neus tot lip?
philtrum
61
Hoe heet de bovenlip?
labium superius
62
Hoe heet de onderlip?
labium inferius
63
Hoe heten de lipbandjes?
frenulum
64
Hoe heten de lachlijnen van zijkant neus naar mondhoek?
sulcus nasolabialis
65
Hoe heet het jukbeen?
os zygomaticum
66
Lagen van de wang van lateraal naar mediaal:
- huid - deel platysma - buccal-fat-pads - ductus parotidea - deel masseter - m. buccinator - wangslijmvlies (tunica mucosa oris) - speekselklier (glandula parotis)
67
Waar doorboort de ductus parotideus de m. buccinator?
ter hoogte van de tweede molaar in de bovenkaak
68
Door welke lijn zijn het palatum durum en palatum molle van elkaar gescheiden?
Door de A-lijn (sutura palatina transversa)
69
Hoe heet de lijn in het saggitale vlak lopend over het verhemelte?
raphe palati (sutura palainia mediana)
70
Waar bevinden zich de glandula palatini?
over het hele verhemelte
71
Welke fossa bevinden zich in het palatum durum?
fossa incisivum en foramen nasopalatina
72
Hoe heet het palatum durum als onderdeel van de maxilla?
processus palatinus maxilae
73
Welke fossa bevinden zich in het palatum durum?
foramen palatinum minus en majus
74
Welke foramen zijn er in het gehele verhemelte en welke zenuw loopt hier?
- foramen nasoincisivum (n. nasoincisiva -> palatum durum) - foramen palatinum major (n. palatinus major -> palatum durum) - foramen palatinum minor (n. palatinus minor -> palatum molle)
75
Spieren van lateraal naar mediaal rond de neus:
- m. masseter - os mandibularis - m. digastricus - m. stylohyodeus - m. tensor veli palatini - m. contrictor pharyngis superior - m. levator veli palatini - m. salpingopharyngeus
76
Beschrijf het posterior en anterior gebied van het palatum molle:
- anterior: aponeurose (peesplaat) | - posterior musculair
77
2 delen van de tong:
- tongwortel (radix linguae; ligt in de oropharynx) | - tonglichaam (corpus linguae)
78
Hoe zijn de 2 delen van de tond gescheiden?
via de sulcus medianus
79
Waar liggen speekselklieren?
- glandula parotidea (lateraal van de masseter) - glandula submandibularis (mesiaal van de mandibulahoek) - glandula sublingualis (mesiaal van de kin) - kleinere glandula door de hele caviatas oris
80
Waar monden de ductus van de gl. submandibularis en g. sublingualis uit in de cavitas oris proprium?
caruncula sublingualis
81
Hoe wordt de glandula parotis geïnnerveert?
- pre-synaptische (parasympatische) vezels van de n. glossopharyngeus - het ganglion oticum - post-synaptische (parasympatische) vezels mee met de n. auriculotemporalis naar de parotis
82
Hoe worden de gl. sublingualis en submandibularis geïnnerveert?
- pre-synaptische (parasympatische) vezels van de chorda tympani in de n. lingualis - het ganglion submandibulare - post-synaptische (parasympatische) vezels direct naar de glandulae, deel mee met n. lingualis naar gl. sublingualis
83
Welke zenuw innerveert mimische spieren?
n. facialis - temporaal - zygomaticus - buccaal - marginal mandibulair - cervicaal
84
Spieren van het schedeldak:
- galea aponeurotica - m. occipitofrontalis - m. corrugator supercilie
85
Neusspieren:
- m. procerus - m. levator labii superioris alaeque nasi - m. transversus nasalis + m. dilator nasalis = m. nasalis - m. depressor septi nasalis
86
Wat is de functie van de m. levator labii superioris alaeque nasi?
Het omhoogtrekken van neusvleugels en bovenlip
87
Spieren om de oogkas:
- orbicularis occuli (kringspier om het oog)
88
Wat is de functie van mondspieren?
bewegen lippen, neusvleugels, wangen en huid van de kin
89
Spieren van de bovenlip:
- m. levator labii superioris - m. zygomaticus major/minor - m. levator anguli oris - m. levator labii superioris alaeque nasi
90
Spieren om de mond:
- orbicularis oris (kringspier om de mond; voor duckface)
91
Spieren van de onderlip:
- m. depressor labii inferioris - m. depressor anguli oris - m. mentalis
92
Oppervlakkige spieren van de wang:
- m. risorius (voor lachen met mond dicht)
93
Diepe spieren van de wang:
- m. buccinator (verkleinen van de mondholte
94
Waar verlaat de n. facialis de schedel?
foramen stylomastoideum
95
Welke tongbewegingen worden door welke spier veroorzaakt:
- genioglossus; rekt de tong - hypoglossus; brengt de tong omlaag en naar binnen - styloglossus; omhoog
96
Hoe heet het kaakgewricht?
art. temporomandibularis / temporomandibulair joint / TMJ
97
Wat vormt de komt voor het TMJ?
de fossa mandibularis (glenoidalis) van het os petrosum
98
Hoe heet het kaakkopje?
caput mandibulae
99
Wat voor gewricht is het TMJ?
ginglymo-arthrodiaal gewricht / scharnier-glij gewricht
100
Door welk bobbeltje aan het eind van de fossa mandibularis wordt de caput mandibulae gestopt?
tuberculum articulare
101
Hoe kun je het kaakgewricht makkelijk vinden?
zit vlak voor je gehoorgang
102
Welk botdeel bevindt zich naast de externe gehoorgang?
processus mastoideus
103
Welke gaten zitten in de mandibula?
- foramen metale | - foramen mandibulae
104
Hoe heet het caput als botstructuur?
processus condylaris
105
Waar zit het processus coronoideus?
lateraal van het processus condylaris
106
Uit welke bewegingen bestaat het openen van de kaak?
depressie en protrusie
107
Waardoor wordt het TMJ gestabiliseert?
- gewrichtskapsel - lig. laterale - lig. stylomandibulare - lig. sphenomandibulare
108
Wat scheidt de discus articularis?
cavitas articularis superior en inferior
109
Welke oppervlakkige kauwspieren zijn er?
- m. masseter | - m. temporalis
110
Welke diepe kauwspieren zijn er?
- m. pterygoideus lateralis | - m. pterygoideus medialis
111
Welke bewegingen maakt de m. temporalis?
elevatie (anterior deel) retrusie (posterior deel) laterotrusie (bij contractie aan 1 zijde)
112
Welke bewegingen maakt de m. masseter?
elevatie (pars profundus) | protrusie (pars superficialis
113
Hoe heet het wespenbot?
os sphenoidale
114
Wat is het processus pterygoideus en waar bestaat het uit?
- de pootjes van het wespenbot (os sphenoidale) | - lamina lateralis en medialis met daartussen het fossa pterygoidea
115
Waar heeft de m. pterygoideus medialis zijn craniale aanhechting en welke beweging kan hij maken?
- fossa pterygoidea | - elevatie
116
Waar heeft de m. pterygoideus lateralis zijn craniale aanhechting en welke beweging kan hij maken?
- laterale zijde van de lamina lateralis | - protrusie en malen
117
Hoe heet het bovenste deel van de m. pterygoideus en wat doet dit?
- caput superior | - trekt aan discus articularis tijdens retractie
118
Hoe worden kauwspieren geïnnerveerd?
n. trigeminus - n. opthalmicus - n. maxilaris - n. mandibularis (geeft als enige motorische takken af, die de motorische innervatie van de kauwspieren doet)
119
Hoe is het kaakgewricht sensibel geïnnerveerd?
een vertakking van de n. mandibularis; n. auriculotemporalis