bewegingsstelsel Flashcards
(134 cards)
wat is nutritionele myopathie?
- Focaal monofasisch
- Multifocaal monofasisch
- Focaal polyfasisch
- Multifocaal polyfasiSch
multifocaal polyfasisch
wat is belangrijkste oorzaak van retentie groeikraakbeen?
- hypovitaminose D
- Bloedvat invasie
- apoptose chondrocyten
- Gebrek calcium
apoptose chondrocyten
Welk van deze rassen heeft geen erfelijke vorm van chondrodysplasie?
a. Fries
b. Alaskan malamute
c. Dexter
d. Pers
pers => wel: alaskan malamute, fries, dexter, holstein = bulldog type
Welke vorming is verstoord bij osteogenesis imperfecta?
a. Collageen I
b. Collageen II
c. Elastine
d. Proteoglycanen
collageen I -> afwijking in bot = kleine plooibare dieren
In welke volgorde gebeurt heling van bot?
1. Remodellering
2. Ossificatie
3. Vorming fibrocartilagineuze callus
4. Hematoomvorming + inflammatie
4 - 3 - 2 - 1
Wat is niet juist over metabole botstoornissen?
a. Osteoporose ontstaat door tekort aan vit D en Ca
b. Osteomalacie ontstaat door tekort aan vit D en P
c. Fibreuze osteodystrofie ontstaat door tekort aan vit D en pTH
d. Fibreuze osteodystrofie komt vooral voor bij schaap, osteoporose bij varken
d. tekort aan Ca veroorzaakt osteoporose bij schaap, fibreuze osteodystrofie bij varken
In welke volgorde gebeurt remodellering van bot?
1. Reversie: stop resorptie
2. Formatie: osteoblast vormt bot
3. Minerlisatie
4. Resorptie: osteoclasten en macrofagen verwijderen bot
5. Activatie: signalen activeren osteoblasten
5 - 4 - 1 - 2 - 3
Wat is geen gevolg van PTH?
a. Meer calcium resorberen in darm
b. Ca influx door contractie osteoblasten
c. Enzymen vrijstellen om osteoid te degraderen
d. Aantrekken osteoclasten voor botresorptie
a. Meer calcium resorberen in darm
Wat veroorzaakt geen osteoporose?
a. Daling oestrogenen
b. Langdurige toediening cortico’s
c. Malnutritie
d. Overmatige activiteit
d. disuse van bot
wat is verschil tussen osteoporose en osteopenie?
osteoporose = densiteit afgenomen -> spontane fracturen
osteopenie = densiteit afgenomen zonder fracturen
Wat is niet juist of rachitis – osteomalacie?
a. Rachitis komt voor bij opgroeiende dieren als abnormale endochondrale ossificatie van groeiplaten
b. Schapen zijn gevoeliger aan vit D tekort
c. Hoog fosforgehalte kan leiden tot deficienties bij grazende dieren
d. Osteoamalacie komt voor bij volwassen dieren en leidt enkel tot afwijking in mineralisatie bot
c. Hoog fosforgehalte kan leiden tot deficienties bij grazende dieren => weinig fosfor leidt tot deficienties
welke dieren zijn extra gevoelig aan vit D tekort?
schapen -> vacht houdt vit D tegen
Welke gevolgen heeft een vit A deficientie?
a. Meer differentiatie osteoblasten
b. Abnormale schedelgroei
c. Abnormale dentine en email vorming
d. Centraal zenuwsymptomen
e. Deformerende cervicale spondylose
a. meer differentiatie osteoblasten -> MINDER osteoblasten, meer osteoclasten
door welk dieet kan vit A deficientie ontstaan?
graanrijk
Wat is niet juist over craniomandibulaire osteopathie?
a. Meer proliferatie osteoclasten, minder osteoblasten
b. West highland white terriers zijn gepredisponeerd
c. Op leeftijd van 4-7 jaar treden kauwproblemen op en is mond moeilijk open te sperren
d. Ossificatie van weke weefsels in hoek van onderkaak kan leiden tot ankylose
a. Meer proliferatie osteoclasten, minder osteoblasten -> juist meer osteoblasten = meer botproductie
wat is hypertrofische osteopathie?
door ruimte innemend proces in borstkas -> uitlokken vasomotorische reflexen -> meer doorbloeding periost -> proliferatie bindweefsel en periost. Dit ziet eruit als bloemkoolvormige gewassen.
Wat is geen oorzaak voor osteonecrose?
a. Snel groeien
b. Genetisch (legg-calve-perthes)
c. Cushing
d. Niertumor
d. niertumor
Wat is niet juist over infectieuze osteomyelitis?
a. Voorafgaand trauma aan groeiplaat geeft meer kans op osteomyelitis (hematogeen)
b. Orale wonden zullen vooral veroorzaakt worden door Actinomyces bovis
c. Gisten zullen zich via wonden verspreiden
d. Hematogene infecties bij KHD komen zelden voor
c. Gisten zullen zich via wonden verspreiden = via BLOED
Wat is geen kernmerk van traumatische fysitis?
a. Dit leidt tot minder vascularisatie en dus minder snelle aanvoer ontstekingscellen
b. Beperkt zich vooral tot epifysaire groeiplaat
c. Er treedt typisch geen inflammatie op
d. Dit is predisponerend voor osteomyelitis
b. Beperkt zich vooral tot epifysaire groeiplaat => METAFYSAIRE groeiplaat
Wat is niet juist over panosteitis?
a. Vooral jonge honden van reuzenrassen zijn aangetast
b. Mankheid zal van de ene poot naar andere poot verspringen
c. Komt vooral voor ter hoogte van diafyse lange beenderen
d. Er is altijd sprake van een ontsteking
d.
Wat is een onvolledig aangelegd lidmaat?
a. Amelie
b. Hemimelie
c. Micromelie
d. Polydactylie
hemimelie
Wat is niet juist over panosteitis?
a. Vooral jonge honden van reuzenrassen zijn aangetast
b. Mankheid zal van de ene poot naar andere poot verspringen
c. Komt vooral voor ter hoogte van diafyse lange beenderen
d. Er is altijd sprake van een ontsteking
d. Er is altijd sprake van een ontsteking => GEEN ontsteking, geen eosinofielen en niet-inflammatoir
Er zijn verschillende reacties op kraakbeenschade in het gewricht. Chondromalacie leidt tot zacht kraakbeen door minder … waardoor water niet goed wordt gebonden
proteoglycanen
Erosies leiden tot een minder glanzend oppervlak. Fibrillatie is macroscopisch niet zichtbaar, maar microscopisch zal … uitsteken met vorming fissuren
collageen II