Cellen, organen en orgaanstelsels Flashcards
(98 cards)
Cel
Zelfstandig functionerende organisatie-eenheid waaruit een organisme bestaat
kern
Bestanddeel van een eukaryote cel, bevat DNA met erfelijke informatie. Bestaat uit kernplasma omgeven door een dubbelmembraan, de kernmembraan met kernporiën. regelt de processen van de cel o.a. transcriptie en eiwitsynthese
prokaryoten
cellen zonder celkern
celplasma
bestanddeel van een cel, heet ook wel cytoplasma.
Bevat organellen en grondplasma
grondplasma
Stroomt en verplaatst stoffen en organellen in het celplasma. Bestaat uit +70% uit water, en uit opgeloste stoffen o.a. zouten, eiwit- en vetachtige stoffen.
Chromosomen
Zitten in de celkern. Bevat erfelijke informatie.
Centriolen
Celvormig, twee per cel die loodrecht op elkaar liggen en bij celdeling naar de celpolen gaan (centriolen komen niet bij de cellen van de hogere planten voor)
Functie: Verdeling van de chromosomen bij de celdeling; motoreiwitten zorgen voor de verplaatsing van de chromosomen naar de polen
Celmembraan
deel van het membranenstelsel van de cel dat de cel aan de buitenzijde begrenst.
Functie: vormt een barrière tussen binnen en buiten de cel; regelt de opname en afgifte van stoffen door een cel, vangt signalen op via receptormoleculen.
opgebouwd uit:
- Vetachtige stoffen (twee lagen)
- eiwitten
functies:
- bescherming
- regeling (via receptoren voor onder andere hormonen)
- selectiefpermeabel
- transport (actief en passief)
mitochondriën
boonvormige organellen met eigen mitochondriaal DNA, omgeven door een dubbel membraan waarvan het binnenste sterk is geplooid.
Functie: ATP-productie door middel van aërobe dissimilatie
(glad) endoplasmatisch reticulum (e.r.)
holten- en kanelensysteem gevormd door bijna tegen elkaar liggende membranen; als er ribosomen op liggen, heet het ruw endoplasmatisch reticulum (bacteriën hebben geen (e.r.)
Functie: transport van stoffen binnen de cel
Ribosomen
bolvormige complexen van eiwitten en RNA-ketens op het ruw endoplasmatisch reticulum en vrij in het cytoplasma.
Functie: eiwitsynthese door translatie, DNA in de celkern bevat hiervoor de code.
Golgisysteem
Stapels schijfvormige compartimenten die blaasjes afsnoeren en opnemen.
Functie: opslag en vorming van stoffen, onder andere voor transport naar buiten de cel
Lysosomen
kleine blaasjes met enzymen, gevormd door het golgisysteem
Functie: Vertering bij fagocytose, en van afgestoven celonderdelen
Homeostase
het constant houden van de omstandigheden in een cel, wordt door terugkoppeling gerealiseerd, bijvoorbeeld door actief transport wordt de ionensamenstelling binnen een cel constant gehouden
Dynamisch evenwicht
samenhang met homeostase.
Wordt in stand gehouden in een complex netwerk van celprocessen met uiteenlopende lichaamsfuncties, bijvoorbeeld: handhaven van constante lichaamstemperatuur, constante suikerspiegel van bloed, bloedstolling en het voorkomen ervan
Cytoskelet
Cytoskelet van eiwitfilamenten geeft vorm aan de cel; deze filamenten worden ook als geleiding gebruikt waarlangs stoffen door motoreiwitten worden getransporteerd
Osmose
Verplaatsing van water door een selectief permeabel membraan van een plaats met een lagere concentratie opgeloste stof naar een plaats met een hogere concentratie opgeloste stof.
osmotische waarde van een oplossing
Ook wel het osmotisch potentiaal, wordt bepaald door de concentratie opgeloste stof
Osmotische druk
Met bijvoorbeeld turgor als gevolg, ontstaat door watertransport door osmose; deze is evenredig met het verschil in osmotische waarde van de oplossingen aan beide zijden van een selectief permeabel membraan.
Hypertonische celinhoud
dus met een hogere concentratie opgeloste stoffen; die wordt gehandhaafd door actief transport door enzymen in de celmembraan en vacuolemembraan
Hypotonische oplossing
(in de poriën van de celwand) die de cel omgeeft, dus met een lagere concentratie opgeloste stof
Actief transport
met verbruikt van energie, door transportenzymen (permeasen) die moleculen en ionen door celmembranen verplaatsen
Passief transport
vorm van transport wat geen energie wordt verbruikt
Diffusie
verplaatsing van een stof door eigen beweging van de deeltjes, van een plaats met hogere concentratie naar een plaats met lagere concentratie