College 9, visie Flashcards
(56 cards)
Sensatie
Registratie van fysieke stimuli uit de omgeving door onze zintuigen
Receptie en transductie
Conversie naar neurale activiteit, elektromagnetisch
Codering
Differentiatie tussen sensaties
Perceptie
Subjectieve ervaring van sensatie, idiosyncratische representatie van de realiteit
Pupil
Lensopening
Iris
Bepaalt grootte pupil, hoeveel licht
Lens
Focust licht op retina, flexibel, kan van vorm veranderen
Retina
Lichtgevoelige laag zenuwcellen waar de transductie van licht in neurale activiteit plaatsvindt door fotoreceptorcellen
Myopia
Bijziendheid, divergerende/concave lens (-)
Hyperopia
Verziendheid, convergerende/convexe lens (+)
Visuele veld
Deel van de visuele veld dat door de ogen gezien wordt, wat een persoon ziet
Receptieve veld
Deel van de visuele ruimte dat een bepaalde cel activeert, wat een cel ‘ziet’
Wat zijn de 3 soorten fotoreceptorcellen?
Staafjes, kegeltjes en lichtgevoelige retinale ganglioncellen
Staafjes
Schemerlicht/nacht, geen kleur
Kegeltjes
Kleur (blauw, groen, rood), helder licht, details
Lichtgevoelige retinale ganglioncellen
Dag/nacht ritme, reguleren pupilgrootte, reguleren afgifte melatonine (pijnappelklier)
Fovea
Midden van het centrale dele van de retina, veel kegeltjes, geen staafjes (dus, fijne details, scherpte en kleurenvisie)
Perifere visuele veld
Zit rondom fovea, minder fotoreceptorcellen, meer staafjes (minder scherp)
Blinde vlek
De oogzenuw gaat hier het oog uit richting de hersenen
Laag 1 retinale zenuwcellen
Horizontale, bipolaire, amacrine cellen
Laag 2 retinale zenuwcellen
Retinale ganglioncellen, parvocellulair (klein, fovea, kegeltjes) en magnocellulair (groot, hele retina, staafjes)
Optisch chiasma
Hier kruisen de oogzenuwen (nervus opticus)
Welke retinahelft kruist in het optisch chiasma?
Nasale retinahelften (linker oog –> linker gezichtsveld, rechter oog –> rechter gezichtsveld)
Welke retinahelften kruisen niet?
Temporale retinahelften (linker oog –> rechter gezichtsveld, rechter oog –> linker gezichtsveld)