deel 7 Flashcards

(15 cards)

1
Q

Hoe zien alveoli er uit?

A

Bolletjes

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Waardoor vindt de gasuitwisseling plaats in de alveoli?

A

Omdat de bolletjes zijn gebouwd uit 1 lagig epitheelweefsel, hierdoor kan O2 er makkelijk door.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Wat zijn de functies van het gasuitwisselingsdeel?

A
  • Bloed voorzien van O2
  • Afvoer CO2
  • PH regulering
  • Extracellulaire vloeistof
  • Temperatuur regulatie
  • Eliminatie van water
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Hoe werkt de gasuitwisseling in de longen?

A
  • Door inademing lucht door de alveolis
  • Zuurstof gaat naar de bloedbaan
  • Koolzuurgas uit bloedbaan verwijderd
  • Uitwisseling mogelijk door verschillende O2 en CO2 % concentraties diep in de longen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Hoe heten de verschillende delen van de longcapaciteit?

A

Longcapaciteit:
1. Inspiratoir reserve volume (IRV) = maximale hoeveelheid lucht die ingeademd kan worden na een normale ademhaling

  1. Ademvolume (TV oftewel teugvolume) = wat je normaal in en uitademt ademhaling in rust
  2. Expiratoir reserve volume (ERV): maximum hoeveelheid lucht die je kunt uitademen na een normale uitademing (denk bijv bij alcohol test of bij beoordeling/testen van je longcapaciteit)
  3. Residu volume (RV) = hoeveelheid lucht die altijd achterblijft na een maximale uitademing/ hoeveelheid lucht die altijd in je longen blijft zitten nadat je voor het eerst hebt ademgehaald, (bij klaplong is dit bijna niet meer nog heel klein beetje)
  4. Totale longcapaciteit (TLC): het volume lucht dat zich in de longen bevind bij een maximale inademing
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Beschrijf de anatomie van de neusholte.

A
  • Neustussenschot met kraakbeen
  • Neusschelpen (conchae) – 3 gangen
  • Neusslijmvlies
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Hoe heten de 3 neusschelpen en waar dienen ze voor?

A
  • Meatus nasi ventralis – ademgang
  • Meatus nasi medius – sinusgang
  • Meatus nasi dorsalis – reukgang
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Wat bevat het neusslijmvlies in de neusgang?

A
  • Trilhaarepitheel
  • Slijmcellen
  • Reukcellen met zenuwuitlopers
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Wat is de functie van neusademhaling?

A
  • Lucht zuivering
  • Door slijm bevochtigd
  • Waarnemen verschillende gassen – veiligheid en kwaliteit inademing gassen
  • Lucht verwarmen
  • Afkoelen is dmv hijgen (mond)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Waar ligt het strottenhoofd?

A

Op de overgang keelholte naar de luchtpijp.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Hoe is de larynx opgebouwd (strottenhoofd)?

A
  • 5 kraakbeentjes met stevig vlies waaronder de epiglottis en de adamsappel
  • Stembanden met stemspleet
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Hoe is de werking van de stembanden?

A
  • Doorgang door kraakbeenverplaatsing
  • Klein = toon hoger
  • Groot = toon lager
  • Spanning stembanden veranderd door draaien
  • Bij uitademen gaan banden in trilling (geluid)
  • Geluid wordt gevormd door tanden, kiezen, tong, lippen, neus
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Welke uitgangen heeft de pharynx/larynx?

A
  • Keel
  • Neus
  • Strottenhoofd/klepje
  • Luchtpijp
  • Slokdarm
  • Buis van Eustachius (omhoog naar middenoor)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Wat is een larynxparalyse?

A

Stembandverlamming.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Wat gebeurt er bij een larynxparalyse?

A
  • Dier kan kraakbeentjes niet meer terugschuiven door een spierverlamming
  • Vb bouvier – erfelijke aandoening in de hersenen
  • Cornage paard – de linker stemband
  • Door een verlamde zenuw, de N. laryngus recurrens
  • Dit is een zenuwaandoening met erfelijke achtergrond
  • Maakt bijgeluid want luchtdoorgang is vernauwd, geluid intensiveert bij inbuiging van de hals.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly