H3: Fysiologische Veranderingen Tijdens De Zwangerschap Flashcards

(16 cards)

1
Q

Wat is de ring van BANDL

A

Vroegere grens tussen corpus en cervix wordt vervangen door contractiering wat het contractuele en minder contractuele deel scheidt ( ous)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Waar uit bestaat de cervix tijdens de ZS

A

Bindweefsel vooral collageen vezels ingebed in extracellulaire matrix wat de rekbaarheid van de cervix bepaalt en bindt ook met water wat zorgt voor zwelling op einde zs

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Wat zijn de zwangerschapstekenen ter hoogte van de uterus

A

Teken van Chadwick: blauwachtige verkleuring van de portio vagina en vulva

Teken van Hegar : weekheid van de overgang cervix en uterus

Teken van piscacek: asymmetrische vergroting van uterus ten gevolge van de innesteling

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Wat gebeurt er ter hoogte van de adnexen van het genitaal stelsel

A

Tuba: verandert weinig + slijmvlies kan zwellen

Ovaria : 1 van de ovaria bevat corpus luteum tot na 8 wk op einde van de ZS ovaria 2 x zo groot door bloeddoorstroming en hypertrofie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Wat gebeurt er ter hoogte van de vulva?

A

Doorbloeding verhoogt
Vanaf 6-8 wk chadwick
Optreden van varices

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Wat gebeurt er ter hoogte van de vagina?

A

Toename vocht en slijmafscheiding door afschilfering vaginaal epitheel

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Welke fysiologische veranderingen treden op bij de mammae?

A

BEGIN = gevoelig

NA 2 maand =
- borstomvang vergroot ( door hyperemie en vocht)
- klierweefsel groeit door prolactine, HPL, OES en PRO ( =alveoli en ductuli)
- striae kunnen ontstaan
- tepelhof donkerder
- kliertjes van Montgomery duidelijker
- venen doorbloeding zichtbaar op de huid
- druk op tepelhof kan vochtverlies mogelijk maken ( geen melk want wordt afgeremd door OES)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Welke fysiologische veranderingen kunnen vast te stellen bij cardiovasculair stelsel?

A
  • ANATOMISCH :
    diafragma hoger + hartpunt naar recht en iets meer horizontaal
  • HMV of debiet :
    verhoogt 30-40% ( normaal slagvolume 4,5l nu 6l/min ( vooral naar nieren en huid in begin later naar uterus) + hartfrequentie + 15 slagen/min vanaf 6 wk)
  • AUSCULTATIE EN ECG :
    ECG geen verandering + AUS : overmatige splitsing en harder eerste hartgeluid / systolische soufflé of hartruis (bij 90%) / zachte voorbijgaande diastolische soufflé (20%)
  • PERIFERE CIRCULATIE :
    Zichtbaar op de huid en door groter debiet en verlaagt perifere weerstand
  • BLOEDDRUK :
    systolische = stabiel
    Diastolische = vermindert ( +- 10-15mmHg + dieptepunt in 2 de Sem terug normaal in tri 3)
  • VENEUS STELSEL :
    Tijdens ZS = vasodilatatie door verlaagd perifere weerstand
    Veneuze druk neemt toe in onderste ledematen door belemmering terugvloei door pro en compressie van uterus ( gevolg is varices en hemorroïden)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Wat is het vena cava syndroom

A

Lage BD door compressie van vena cava door uterus die naar rechts gekanteld ligt ( oplossing = liggen in linkerzijlig)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Wat gebeurt er fysiologische met de bloedwaarden tijdens ZS:

BLOEDPLASMA
RBC
HEMOGLOBINE Conc
HEMATOCRIET
VISCOSITEIT
WEEFSELVOCHT
TROMBOCYTEN
LEUKOCYTEN
BLOEDSTOLLING
FYSIOLOGISCHE TROMBOFILIE
SEDIMENTATIE
PROTEÏNES
CRP
VETTEN

A

BLOEDPLASMA : stijgt 40% ( max @ 36wk) ( gevolg verdunning)
RBC : stijgt 18-20% ( door nood aan 02)
HEMOGLOBINE Conc : daalt 1gr% ( door verdunning)
HEMATOCRIET: daalt ( door verdunning)
VISCOSITEIT : daalt ( goed voor doorbloeding)
WEEFSELVOCHT : stijgt 15% ( door colloid osmotische druk -> daling reabsorptie vochte -> vochtophoping voet/been
TROMBOCYTEN: daalt 10-15%
LEUKOCYTEN : stijgt ( resultaat verlaagde weerstand)
BLOEDSTOLLING : stijgt en fibrinogeen verdubbelt ( voor bevalling)
FYSIOLOGISCHE TROMBOFILIE ( = 2 - 6 x risico op tromboembolische aandoeningen + extra bij leeftijd, pariteit en obesitas)

SEDIMENTATIE neemt toe
PROTEÏNES: daalt tot 6g% ( fibrinogeen verdubbelt)
CRP ( C-reactie proteïne = eiwit geproduceerd door lever als reactie op ontsteking) :
tijdens ZS = stabiel belangrijk bij opsporen infecties ( bvb bin PPROM of intrauteriene infecties)
VETTEN : verhoogt van plasma tot A term ( cholesterol, fosfolipiden en triglycerides stijgen) ( aanleiding tot galblaasstenen)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Wat gebeurt er fysiologische ter hoogte van respiratoir stelsel

A
  • Daifragma ligt hoger
  • longcapactiteit ong gelijk
  • ademhaling meer diafragmatisch
  • zwelling slijmvliezen ( door OES) ( gevoel verstopte neus, epistaxis ( brozere slijmvliezen, daling van stem ( zwelling larynx en stembanden)
  • 02 verbruik stijgt 20-30%
  • minuutventilatie stijgt 40-50% ( gevolg is fysiologische hyperventilatie)
  • gevoel van ademnood ( door verhouding van 02 en C02 uit balans ( te veel 02 wordt ingeademd))
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Wat gebeurt er fysiologische ter hoogte van spijsverteringsstelsel en stofwisseling?

A

ENERGIEBEHOEFTE: stijgt 10-15% ( gem gewichtstoename = 9-12kg)
TANDVLEES : ontstekingen en bloeding door weker steun en bindweefsel
SPEEKSELVLOED : verhoogd ( ptyalisme)
PYROSIS : door minder goede sluiting OF sfincters -> gastro oesofagale reflux met zuurgraden ( soms ontsteking onderste deel slokdarm = oesofagitis)
MAAGLEDIGING : vertraagd door PRO ( voedsel langer in de maag ( samen met reflux = misselijk) ( +risico bij narcose)
DARMPERISTALTIEK : trager ( door PRO) -> verhoogde reabsorptie vocht -> constipatie ( + samen met veneuze druk = hemorroïden)
HERNIA DIAFRAGMATICA ( = middenrif of maagstreek door emesis)
GALBLAAS : vertraagde afvoer galzouten ( door PRO) + verhoging cholesterol -> galblaassteen
LEVER: leverenzymen veranderen ( lipofiele meds afbraak daalt en hydrofiele stijgt) + geleidelijke insuline resistancy en verhoogd lipolyse

APPENDICITIS : diagnose moeilijker ( pijn niet gevold, spierverzet en bloedonderzoek verdoezeld en braken ook ZS teken)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Wat zijn de fysiologische veranderingen ter hoogte van het urinair stelsel?

A

ANATOMISCHE :
- nierbekken en ureters verwijden ( door PRO)
- urineafvoer vertraagd
- blaastonus verlaagt
-> kans op reflux van de nier
-> bacterurie ( 5%) / Pyelitis (nierbekkenontsteking) / pyelonefritis ( nier en nierbekkenontsteking)
- incontintentie ( door ontwikkeling OUS verandert hoek tussen blaas en urethra)

FUNCTIE:
- nieren groter en zwaardere door hoge doorbloeding
- glomulaire filtratie verhoogd 50%
- hierdoor verhoogde aanbod glucose (in verhouding met reabsorptie) -> lichte glucoserie ( urineonderzoek best o nuchtere maag)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Wat zijn de fysiologische veranderingen ter hoogte van het motorisch stelsel?

A

CALCIUMOPNAME: stijgt ( voor foetale noden en zonder boterbergen mama te gebruiken)
LUMBALE LORDOSE ( holle rug) door gewichtstoename -> rugpijn als gevolg
GEWRICHTSBANDEN: meer bewegingsvrijheid door relaxatie ( thv bekken goed voor partus) -> lage rugpijn en uitstralingen naar benen als gevolg
SPIERKRAMPEN ( vooral nachtelijke kuitkrampen)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Wat zijn de fysiologische veranderingen van het endocrien systeem

A
  • SCHILDKLIER = groter -> parameters verstoord -> afwijkende schildklierfunctie
  • ALDOSTERON = stijgt door bijnier -> veranderingen elektrolyten en vochthuishouding
  • INSULINE = stijgt door pancreas -> door verhoogde weerstand
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Welke psychoemotionele veranderingen tijdens de ZS?

A
  • intense psychische veranderingen
  • verhoogde emotionaliteit