H5: NON INVASIEVE HERSENSTIMULATIE + VERSLAVING Flashcards
(44 cards)
INVASIEVE HERSENSTIMULATIE
- DEEP BRAIN STIMULATION: elektroden plaatsen op specifieke hersengebieden waar je dan elektrische impulsen gaat vrijgeven
- VAGUS NERVUS STIMULATION: parasympatische ZS activeren en het sympathische ZS gaat inhiberen waarbij je dan neurotransmitters wilt beïnvloeden
- gestimuleerd door onderhuids geïmplanteerde elektrode - ELEKTROCONVUSILVE THERAPIE = ECT
- meer humane manier: spierontspanners, verdoving
- effectieve therapie –> bij ziektes die resistent zijn aan meer conventionele behandelingen
NON-INVASIEVE HERSENSTIMULATIE = NIBS
- TMS = TRANSCRANIAL MAGNETIC STIMULATION = magnetisch
- tCDS = TRANSCRANIAL DIRECT CURRENT STIMULATION = elektrisch
- tACS = TRANSCRANIAL ALERNATING CURRENT STIMULATION = elektrisch
TMS
STROOM INDUCEREN IN HERSENWEEFSEL mbv MAGNETISCH VELD
1. spoel op schedel plaatsen
2. magnetisch veld opwekken
3. elektrische stroom induceren
4. wanneer intensiteit hoog genoeg kunnen we actiepotentialen gaan geven
=> NIET MOGELIJK bij tDCS en tACS
=> bij actiepotentiaal –> krijg je een boven drempelige activatie vh corticaal gebied
EFFECTEN = AFHANKELIJK VAN
1. FREQUENTIE
2. LOCATIE
3. INTENSITEIT
TMS: FREQUENTIE (verdieping)
HOE VAAK magnetische impulsen worden toegediend
- SINGLE PULSE = 1 HOOG INTENSIEVE PULS
- LOW FREQUENCY rTMS
- HIGH FREQUENCY rTMS
- THETA- BURST rTMS
- SINGLE PULSE
- SINGLE PULSE = 1 HOOG INTENSIEVE PULS : waarmee je een tijdelijk actiepotentiaal mee kunt opwekken
- hotspot = motorische cortex
- vingers of hand kortstodig activatie vertonen
- herhaaldelijk doen? ontstaat een effect waardoor je een AANHOUDENDE CONTRACTIE kan teweeg brengen
- LOW FREQUENCY rTMS
1-5 Hz
effect: hersengebied MINDER ACTIEF MAKEN : INHIBEREN
=> moeilijke wordt om signalen door te geven door hersencellen
- HIGH FREQUENCY rTMS
5-20 Hz
toename corticale excitabiliteit
hersencellen kunnen makkelijker actiepotentialen sturen –> door DEPOARISATIE
=> excitatie vh corticale gebied
- THETA BURST rTMS
3 pulsen aan 50 Hz
- intermittent –> excitatie
- na 2sec burst –> 8sec pauze
- continu –> inhibitie
TMS: voorbeelden klinische toepassingen
DEPRESSIE
- HIGH FREQUENCY rTMS: van DLPFC = dorsolaterale prefrontale cortex –> reductie in depressieve symp
NEUROPATHISCHE PIJN
- HIGH FREQUENCY rTMS: van primaire motorische cortex = M1 –> contralateraal aan pijnlijke kant –> zorgt voor pijnreductie
HERSTEL HANDMOTORIEK EN BEROERTE
- LOW FREQUENCY rTMS
- contralaterale M
- abnormale hyperactiviteit vd contralaterale M1 inhiberen
tDCS
stromen induceren in hersenweefsels –> mbt zwakkere gelijkstroom
werkingsmechanisme: niet helemaal duidelijk/ gekend
rustmembraan wordt beïnvloed
2soorten:
1. ANODALE
-depolarisatie = gemakkelijk om actiepotentialen te versturen, maar GEEN ACTIEPOTENTIALEN INDUCEREN
- toename excitabiliteit
- excitatie
- KATHODALE
- hyperpolarisatie
- reductie excitabiliteit
- inhibitie
!!! STROOM DOOR SCHEDEL IN HET BREIN GESTUURD WORDT –> gaat NIET VERDER DAN DE CORTEX, dus is het NIET SUBCORTICAAL !! –> kan enkel corticale gebieden beïnvloeden, maar mogelijks wel op indirecte manier beïnvloeden
VERSCHIL tussen CONVENTIONELE tDCS versus HIGH DEFINITION tDCS?
CONVENTIONELE tDCS:
=> gebruikt 2 elektroden:
1. ANODE (positief) –> boven motorische cortex
2. KATHODE (negatief) –> andere kant vh hoofd boven het oog
=> minder specifiek –> STIMULEER NIET ALLEEN HET DOELGEBIED, maar OOK OMLIGGENDE DELEN vh BREIN
HIGH DEFINITION tDCS:
=> MEER + KLEINERE ELEKTRODEN –> elektrische stroom is MEER GERICHTER
!! PRECIEZER IS NIET ALTIJD BETER –> conventionele is hetgeen dat nog steeds het meest gebruikt wordt
tDCS versus tACS
tDCS –> GELIJKSTROOM: continu gedurende bepaalde tijd toepassen
tACS –> WISSELSTROOM
tACS
= transcranial alternating current stimulation
= WISSELSTROOMSTIMULATIE
=> er wordt een lichte elektrische stroom door de hersenen gestuurd, maar in golven die op en neer gaan
DOEL? –> NATUURLIJKE RITMES (oscillerend) van je hersenen AAN TE PASSEN/ BIJ TE STUREN
= ritmische elektrische activiteit = oscillerende hersenactiviteit
- AFHANKELIJK VAN DE FREQUENTIE
alpha 8-12Hz
beta 13-30 Hz
gamma > 30 Hz - INDICATIES: abnormale oscillerende patronen
ziekete v Parkinson –> 20 Hz (beta) kan helpen om tremor te verminderen
epilepsie
chronische pijn
depressie
POSITIEVE EFFECTEN tACS
GAMMA tACS –> van DLPFC –> geheugen verbeteren bij dementie
ALPHA tACS –> inhibitoire controle verbeteren bij alcoholmisbruik
INDIVIDUALIZED tACS –> motorische en cognitieve uitkomsten bij PD verbeteren
GAMMA tACS –> van DLPFC –> cognitieve uitkomsten van MCI verbeteren (beter dan wanneer tDCS)
TOEKOMSTIGE TECHNIEKEN
- GEÏNDIVIDUALISEERDE PROTOCOLLEN
- CLOSED-LOOP STIMULATIE
- ROBOT-GELEIDEN STIMULATIE
- TECHNIEKEN ZONDER PERIFERE ZENUWSTIMULATIE
- TEMPORELE INTERFERENTIE STIMULATIE
GEÏNDIVIDUALISEERDE PROTOCOLLEN
elk individu is anders en heeft een ander brein –> wat bij de ene werkt, werkt niet per se bij de ander
CLOSED -LOOP STIMULATIE
je MEET met een EEG (= LIVE) –> WAT ER IN HET BREIN GEBEURD
=> obv die info PAST HET SYSTEEM AUTOMATISCH DE STIMULATIE AAN
= PRECIEZER + EFFECTIEVER STIMULEREN
probleem:
EEG MEET + STROOM TOEDIENEN TEGELIJK –> ONTSTAAT ER VEEL RUIS IN METING
- onderzoek probeert dit ruis te filteren + te onderscheiden vd meting
ROBOT-GELEIDE STIMULATIE
robot houdt TMS SPOEL VAST BOVEN HOOFD: volgt automatisch hoofdbewegingen op + houdt spoel op de juiste plek
=> resultaat = BETERE NAUWKEURIGHEID + MINDER FOUTMARGES
TECHNIEKEN ZONDER PERIFERE ZENUWSTIMUALTIE
sterke/ zeer intense stimulatie –> voel je vaak jeuk/ brandend gevoel op de huid
tot nu toe: dachtenwe dat de effecten van tDCS in de hersenen zat MAAR NIEUWE STUDIES TONEN AAN:
- effect niet door directe hersenstimulatie, maar DOOR DE ZENUWEN IN DE HUID DIE GEACTIVEERD WORDEN –> die dan signalen naar de hersenen sturen
TEMPORELE INTERFERENTIE STIMULATIE
2 heel SNELLE ELEKTRISCHE STROMEN TE GELIJK GEBRUIKEN
- stromen = TE SNEL VOOR HERSENEN OM OP TE REAGEREN
- WAAR ZE OVERLAPPEN in de hersenen –> ontstaat een LANGZAME BEAT, die WEL HERSENCELLEN kan BEÏNVLOEDEN
voordeel: diepere hersengebieden zoals basale ganglia bereiken zonder operatie –> veelbelovend voor PD
NIBS in onderzoek
FUNDAMENTELE ROL –> wetenschappelijk onderzoek
- CAUSALE ROL v hersengebieden onderzoeken –> door verschillende HERSENGEBIEDEN TE GAAN STIMULEREN/ ONDERDRUKKEN, kunnen we zien WELKE ROL elk gebied heeft
=> kunnen we ontdekken welke verantwoordelijkheid elk gebied heeft en wat die functies zijn
- SAMENWERKING TUSSEN GEBIEDEN nagaan
KLINISCHE ROL –> toepassing in de zorg
- als THERAPEUTISCHE INTERVENTIE –> hersengebieden gaan stimuleren/ onderdrukken om symptomen te verlichten
- NEUROREVALIDATIE –> na beroerte bijvoorbeeld: terug de hersenen HERTRAINEN adhv HERSENSTIMULATIE
IMPLICIET MOTORISCH SEQUENTIE-LEREN
= automatische leren van bewegingen (die bestaan uit reek deelbewegingen) uit te voeren in een bepaalde vaste volgorde zonder daar eigenlijk bewust te bij moeten stilstaan of na te denken
bv; uit bed komen, aankleden, stappen, auto rijden …
doel: om die bewegingen zo vlot + automatisch mogelijk aan te leren of uit te voeren
mensen met PD hebben hier moeilijkheden mee en bij hen is dit verstoord
ZIEKTE VAN PARKINSON- in notendop
- DOPAMINE-cellen gaan KAPOT = DEGENERATIE in BASALE GANGLIA (spelen rol bij vlotte bewegingen)
- NEURALE NETWERK GAAT VERANDEREN: door minder DA, gaan !e netwerken in de hersenen veranderen of anders gaan werken
- MOTORISCHE + COGNITIEVE PROBLEMEN
- VERSTOORD IMPLICIET MOTORISCH SEQUENTIEEL LEREN
- IMPACT OP DAGELIJKSE LEVEN + REVALIDATIE
IMSL + SRT
IMSL = impliciet motorisch sequentie leren
SRT = sequentiële reactietijd taak
ALGEMEEN LEEREFFECT = omdat je blijft oefenen en je sequentie begint door te hebben, zonder daar bewust bij stilstaan, ga je steeds SNELLER REAGEREN (bij blok 1 tem 6) -> RT = DAALT
SEQUENTIEEL SPECIFIEK LEEREFFECT
= blok 7 (= ander, random sequentie) –> RT gaat PLOTS OMHOOG + MEER FOUTEN MAKEN
=> wanneer je dan blok 8 krijgt, met terug de oorspronkelijke sequentie gaat je RT WEER DALEN