H6: aandacht Flashcards

1
Q

Inattentional blindness

A

We richten onze aandacht ergens anders naar, dus we zijn blind voor de andere zaken waar we geen aandacht aan richten

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Selectieve aandacht

A

Vermogen om zich te richten op bepaalde kenmerken van de omgeving met uitsluiting van de andere

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Filter

A

Soort “voorzetstuk” dat je kan inschakelen waardoor enkel bepaalde info je systeem binnenkomt

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Filtertheorie

A

Aandacht selectie is beperkt tot de fysieke eigenschappen van de informatie (broadbent, dichotische luistertaak)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Cocktail party fenomeen

A

Op een feest is vee lawaai, je richt je aandacht op je gesprekpartner en al het andere wordt weg gefilterd maar één van de andere mensen op het feestje laten je naam vallen, je naam hoor je wel dus de filter lekt

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Priming

A

Blootstelling aan een woord zorgt ervoor dat gerelateerde woorden makkelijker opgeroepen kunnen worden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Attenuatietheorie

A

Omv beperkte hoeveelheid aandachtsbronnen, wordt enkel het geselecteerde kanaal met volledige capaciteit verwerkt. De verwerking van info in het niet-geattendeerde kanaal is verzwakt (Treisman)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Pertinentie

A

Elk signaal krijgt een pertinentie index. Alleen signalen met een hoge index zullen tot diepere verwerking doordringen. (Norman)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Afleiders

A

Signalen met een hoge pertinentie index, die eig geen belang hebben op dat bepaald moment worden toch door de filter doorgelaten

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Schemata

A

Aangeboren of aangeleerde routines die een verwachtingspatroon volgen gebaseerd op voorgaande ervaringen (Neiser)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Overte manier

A

Je beweegt je aandacht op een zichtbare manier met oogbewegingen (directe meting via eye tracking)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Coverte manier

A

Je beweegt je aandacht op een onzichtbare manier (indirecte meting via spatial cueing experiment)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

exogene aandacht

A

Opvallende dingen die automatisch onze aandacht trekken

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Endogene aandacht

A

zelf aandacht verplaatsen op basis van wat je wilt doen, wat je interesseert, doelen, voorgaande ervaringen,…

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Pop up effect

A

Een bepaald visueel kenmerk trekt automatisch onze aandacht (grootte, intensiteit, contrast, beweging)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Geïntrigeerd model

A
  • kenmerkanalyse (filter)
  • Salientiekaart (stimuluskarakteristieken)
  • Aandachtskaart (stimlus + doelstellingen)
17
Q

Strooptaak

A

Kleurbenoemingstaak

18
Q

Geautonomiseerde processen

A
  • verlopen snel
  • moeilijk vrijwillig starten of stoppen
  • vergen weinig aandacht
19
Q

Gecontroleerde processen

A
  • verlopen traag
  • makkelijk vrijwillig starten of stoppen
  • vergen veel aandacht