HC3 Cluster C persoonlijkheidsstoornissen en assessment Flashcards
(92 cards)
Cluster C persoonlijkheidsstoornissen
- vermijdende persoonlijkheidsstoornis
- afhankelijke persoonlijkheidsstoornis
- obsessieve-compulsieve persoonlijkheidsstoornis
Cluster C in de literatuur
Cluster C wordt verwaarloosd in de onderzoeksliteratuur, ondanks het feit dat het de grootste groep is in steekproeven in de algemene populatie.
- Vermijdende PS komt veel voor bij patiënten in de geestelijke gezondheidszorg
Vermijdende persoonlijkheidsstoornis
Wordt voornamelijk gekenmerkt door sociale inhibitie, gevoeles van ontoereikendheid, overgevoeligheid voor negatieve evaluatie en afkeuring van anderen
Vermijdende PS en sociale angsstoornis
Sociale angst is sterk comorbide met vermijdende PS, 50% van de mensen met sociale angst heeft ook een vermijdende PS
–> beide: angst voor negatieve evaluatie; vermijden van sociale situaties en ongemak
- severity continuum hypothese
- attenuatiehypothese
Severity continuum hypothese
- sociale angst en vermijdende PS
Sociale angststoornis en vermijdende PS zijn geen afzonderlijke entiteiten, maar verschillen alleen in ernst, en kunnen op een continuüm van ernst geplaatst worden
Attenuatiehypothese
- sociale angst en vermijdende PS
Beide stoornissen zijn alternatieve uitingen van dezelfde genetische of constitutionele aansprakelijkheid in termen van onderliggende persoonlijkjheidskenmerken: hoge introversie en hoog neuroticisme
Afhankelijke persoonlijkheidsstoornis
Wordt voornamelijk gekenmerkt door onderdanig en aanhankelijk gedrag, overmatige behoefte om verzorgd te worden door anderen die dicht bij hen staan
Obsessieve-compulsieve persoonlijkheidsstoornis
Wordt voornamelijk gekenmerkt door preoccupatie met ordelijkheid, controle en perfectionisme
Kernkarakteristieken cluster C
Overmatig bezorgd en angstig zijn over hoe ze bestaan en overleven in de wereld en wat de wereld over hen denkt
Prevalentie cluster C stoornissen
Vermijdend: 1.5%
Afhankelijk 0.8% (vaker bij vrouwen)
OCD: 3.2% (vaker bij mannen)
Gemeenschappelijke factoren cluster C
Afhankelijke en vermidjende PS delen een gemeenschappelijke latente factor, dwangmatige PS lijkt een ander domein te vertegenwoordigen
- afhankelijke PS vertoont overlap met paniekstoornis/agorafobie
- vermijdende PS vertoont overlap met sociale fobie
- angsstoornissen delen significante genetische variantie met het persoonlijkheidskenmerk neuroticisme wat sterk gerelateerd is aan cluster C persoonlijksheidsstoornissen
DSM-5 voor vermijdende persoonlijkheidsstoornis
Een pervasief patroon van sociale inhibitie, gevoelens van ontoereikendheid en overgevoeligheid voor negatieve evaluaties beginnend op de vroege volwassenheid en aanwezig in verschillende contexten, zoals aangegeven door 4 (of meer) van de volgende criteria: zie volgende slide
4+ criteria vermijdende persoonlijkheidsstoornis
- Vermijdt beroepsactiviteiten die significant interpersoonlijk contact met zich meebrengen, uit angst voor kritiek, afkeuring of afwijzing
- Is niet bereid om met mensen om te gaan tenzij hij/zij zeker weet dat hij/zij aardig gevonden wordt
- Is terughoudend in intieme relaties uit angst om beschaamd of belachelijk gemaakt te worden
- Houdt zich bezig met kritiek of afwijzing in sociale situaties
- Is geremd/inhiberend in nieuwe interpersoonlijke situaties vanwege gevoelens van ontoereikendheid
- Ziet zichzelf als sociaal onbekwaam, persoonlijk onaantrekkelijk, of inferieur aan anderen
- Is ongeweoon terughoudend om persoonlijke risico’s te nemen of nieuwe activiteit te ondernemen, omdat ze gênant kunnen zijn
DSM-5 voor afhankelijke persoonlijkheidsstoornis
Een pervasieve en buitensporige behoefte om verzorgd te worden die leidt tot
onderdanig en klevend gedrag en angsten van scheiding, beginnend in de vroege
volwassenheid en aanwezig in verschillende contexten, zoals aangegeven door vijf
(of meer) van de volgende criteria: zie volgende slide
5+ criteria afhankelijke persoonlijkheidsstoornis
- Heeft moeite met dagelijkse beslissingen te nemen zonder een buitensporige hoeveelheid van advies en geruststelling van anderen
- Heeft anderen nodig om verantwoordelijkheid te nemen voor de meest belangrijke aspecten van zijn/haar leven
- heeft moeite het oneens te zijn met anderen uit angst voor verlies van steun of goedkeuring. Let op: realistische angsten voor vergelding vallen hier niet onder
- Heeft moeite om projecten op te zetten of dingen zelf te doen (eerder door een gebrek aan zelfvertrouwen in oordeel of vaardigheden dan door een gebrek aan motivatie of energie)
- Doet buitensporig veel moeite om zorg en steun van anderen te krijgen, tot op het punt van vrijwillig dingen te doen die onaangenaam zijn
- Voelt zich ongemakkelijk of hulpeloos als hij/zij alleen is vanwege overdreven angsten om niet in staat te zijn voor zichzelf te kunnen zorgen
- Zoekt dringend een andere relatie als bron van zorg en steun wanneer een hechte relatie eindigt
- Is onrealistisch bezig met angsten om voor zichzelf te moeten zorgen
DSM-5 voor obsessieve-compulsieve persoonlijkheidsstoornis
Een pervasief patroon van preoccupatie met ordelijkheid, perfectionisme, en mentale en interpersoonlijke controle, ten koste van flecibiliteit, openheid en eficiëntie, beginnend in de vroege volwassenheid en aanwezigheid is verschillende contexten, zoals aangegeven door vier (of meer) van de volgende criteria
4+ criteria obsessieve-compulsieve persoonlijkheidsstoornis
- is zodanig gepreoccupeerd met details, regels, lijsten, orde, organisatie of schema’s dat het belangrijkste deel van de activiteit verloren gaat
- Vertoont perfectionisme dat de voltooiing van taken in de weg staat (bijv. is niet in staat een project te voltooien, omdat niet aan zijn/haar eigen te strenge normen wordt voldaan)
- is overmatig toegewijd aan werk en productiviteit met uitsluiting van vrijetijdsbesteding en vriendschappen (niet te verklaren door een duidelijke economische noodzaak)
- overgevoelig, nauwgezet en onflexibel is in zaken van moraal, ethiek of waarden (niet verklaard door culturele of religieuze identificatie)
- is niet in staat om versleten of waardeloze zelfs wanneer ze geen sentimentele waarde meer hebben
- aarzelt om taken te delegeren of met anderen samen te werken tenzij zij zich precies aan zijn/haar manier van doen onderwerpen
- hanteert een gierige bestedingsstijl tegenover zichzelf en anderen; geld wordt gezien als iets dat moet worden bewaard voor toekomstige rampen
- toont starheid en koppigheid
Belangrijkste verschillen OCD en OCPD
OCD=
- mental illness marked by recurrent, intrusive, unwanted thoughts and repetitive behavior.
- often feel anxiety or distress
OCPD=
- personality disorder in which someone always wants to be in control
- strict orderliness, perfectionism
Geweld in OCPD
- Dwangmatige PS kan worden geassocieerd met pedofilie in justitiee populatie (14%)
- Dwangmatige PS kan worden geassocieerd met huiselijk geweld (58% van veroordeelde mannen)
–> aggressief door het dwarsbomen van perfectionisme
Etiologie: gen-omgevingsinteractiemodel
Hedendags, geïntegreerd biopsychosocial model
- kern psychologische/cognitief component
- genetische aanleg
Kern psychologische/cognitief component
- cluster C
Zelfconcept hebben van:
- afhankelijke PS: ineffectief en zwak zijn en anderen nodig hebben om gelukkig te zijn
- vermijdende PS: minderwaardig zijn en anderen vermijden die kritisch zijn
- Obsessieve-compulsieve PS: verantwoordelijk, aansprakelijk, kieskeurig zijn
Genetische aanleg
- cluster C
Voor angst- en schadevermijding, en afhankelijkheidsgerelateerde factoren + vroeg (traumatisch) leren (verwaarlozing, negatieve opvoeding en hechtingservaringen en (geslachtsgebonden) socialisatie.
- Socialisatie bevordert passiviteit, inschikkelijkhied en aanpassing bij meisjes meer dan bij jongens
Cognitieve model
- cluster C
Persoonlijkheidsstoornissen worden geconceptualiseerd als openlijke uitdrukkingen van onderliggende disfunctionele overtuigingen en schema’s, die dergelijke individuen kwetsbaar maken voor negatieve levenservaringen. iemands interpretatie van de gebeurtenis veroorzaak emotionele distress en leidt tot difunctie bij personen met PS niet de gebeurtenis zelf
- schema’s
Schema’s
Representaties van de betekenis van het gedrag en de bedoelingen van anderen, de wereld en het zelf
- verstoringen in aandacht (bias)
- verstoringen in interpretatie (bias)
- verstoringen in geheugen (bias)