HC.4 - Behandeling van uitgebreide en gemetastaseerde ziekte (ontwikkelingen in chirurgische behandeling) Flashcards

(39 cards)

1
Q

Wanneer spreken we van gemetastaseerde ziekte?

A

Bij N+ en M+

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Wat is het doel van elke oncologische behandeling?

A
  1. Langere overleving
  2. minder klachten (kwaliteit van leven)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Wat zijn voorkeursplaatsen voor meta’s van CRC?

A
  • lever
  • long
  • peritoneum
  • Afstands LK (bvb klier van Virchow)
  • Botten (niet zo vaak)

Rectum: meer long, en ALK
Colon: meer lever en peritoneum

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Hoe noemen we de tijdsmoment waarop metastasen ontdekt worden en hoe vaak komt welke voor?

A

Synchroon: bij diagnose 15-20%
Metachroon: tijdens FU 15-20%

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Wat is de behandeldoelstelling bij levermeta’s?

A

80% is niet resectabel –> palliatief behandeld met slechte prognose

20% resectie/lokale behandeling mogeljik

Neemt toe:
- uitbreiding indicaties
- betere lokale therapie
- betere chemo: respons rate omhoog en overleving ook

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Wat zijn de klassieke indicaties voor resecties van levermeta’s en wat zijn de huidige?

A

Klassiek
- < 4
- Beperkt 1 helft
- geen synchrone meta’s
- geen extra-hepatische meta’s
- < 70 jaar

Huidig:
- Radicale resectie mogelijk van alle meta’s - voldoende resterend functioneel leverweefsel overblijft = 20-30% moet overbljven

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Waarom moet er 20-30% functionerend leverweefsel overblijven?

A

Als te veel weg –> leverfalen (lever kan niet oppakken) –> overlijden
Lever kan regenereren en dus weer aangroeien

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Welke mensen hebben een vergroot risico op leverfalen?

A

Als lever meer nodig heeft dan normaal door bijvoorbeeld een infectie door naadlekkage

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Wat is de gouden standaard voor CR levermeta’s?

A

Resectie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Welke resecties zijn mogelijk bij levermeta’s?

A
  1. Wigresectie
  2. hemihepatectomie links (drie segmenten) of rechts (4 segmenten)
  3. extended hemihepatectomie rechts of links + een klein beetje –> 2 segmenten over
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Wat is een wigresectie?

A

Enkel verwijderen van meta en de rest van segment intact laten

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Wat zijn de opties van hemihepatectomie?

A

Rechts: segmenten 5, 6, 7 en 8
Links: segmenten 2, 3 en 4
Extended rechts: segmenten 4, 5, 6, 7 en 8
Extended links: segmenten 3, 4, 5 en 8
Bekijken via CT waar bloedvaten en hoe te benaderen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Wat is het idee achter de resecties van de lever?

A

Anatomische resectie (couinaud): dus houden aan segmenten van de lever waardoor enkel hele segmenten verwijderd worden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Welke segmenten heeft de lever?

A

Segment 1 = lobus caudatus
Klein, onderkant, veneuze bloedvoorziening

Vanaf segment I met de klok meetellen naar segment 8
Segmenten ingedeeld aan de hand van de bloedtoevoer met:
- Rechter hepatische vene (V, VIII, VII, VI)
- Middelste hepatische vena (I, IV, V, VIII)
- linker hepatische vene (II en III)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Welke venen horen bij de segmenten van de lever?

A

I: MHV
II: LHV
III: LVH
IV: MHV
V: MHV/RHV
VI: RHV
VII: RHV
VIII: MHV/RHV

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Wat is het effect van leverresecties?

A

5jrO is 42% waar vroeger allemaal dood

17
Q

Wat is wel of niet bepalend voor de overleving bij levermeta’s?

A

Niet:
- of primaire tumor colon of rectum is
- of meta’s synchroon of metachroon zijn

Wel:
- of unilateraal of bilobulair
- Grootte
- aantal meta’s
bvb bi 1-3 meta’s is de 5jrO 47%, terwijl dit bij > 3 nog maar 28% is

18
Q

Wanneer is een radicale resectie van levermeta’s niet mogelijk? Wat kunnen we dan doen?

A
  • Te weinig resterend leverweefsel tgv tumorload
    Inductie chemo geven: reduceren tumorload zodat tumor weer respectabel wordt
    NADEEL: lever wordt slechter door toxiciteit
  • Te weinig resterend functioneel leverweefsel
    Restvolume vergroten door v porta embolisatie (aan kant van tumor) = dichtmaken (wel nog O2 via arterie) maar andere deel van lever gaat groeien als reactie (hypertrofie) –> tot volume groot genoeg is
19
Q

Wat kan buiten resectie nog gebruikt worden tegen levermeta’s? Noem een voordeel en een nadeel?

A

Lokale ablatieve technieken
= via naald(en) waar omheen heet (>55 graden) wordt waardoor weefsel beschadigen (denaturatie eiwitten en sterven cellen) in tumor
Tumorgrootte: max 4-5 cm

Voordeel:
Kan met echo waardoor ook op lastigere gelegen gebieden komen

Nadeel:
Blijft beperkt tot relatief klein gebied rondom de naald (limitatie)

20
Q

Welke drie ablatieve technieken zijn er tegen levermeta’s?

A
  1. RFA = radio frequency ablation
    via thermal heat injury tissue coagulation
    Peruaan (tijdens laparoscopie) of tijdens laparotomie

MWA = micro wave ablation
hitte maken met magnetisch veld waardoor schade

IRE = irreversibele elektroportie (nanoknife)
Meerdere naalden in tumor waartussen elektrische stroom loopt wat cellen kapot maakt

21
Q

Welke vorm van RT kan gebruikt worden tegen levermeta’s? wat zijn de indicaties hiervoor?

A

Stereotactische RT
indicaties:
- resectie en/of lokale therapie niet mogelijk (door)
a) locatie meta’s
b) co-morbiditeit
- max 8 cm
- max 3 laesies

22
Q

Wat kan ook nog gegeven worden bij verdere meta’s dan alleen de lever?

A

Systemische (chemo)

23
Q

Wat is de recidief kans bij levermeta’s?
En hoeveel geneest?

A

Totaal; 70%
50% in eerste jaar na behandeling

Overleving: +/- 30% (onhaalbaar met enkel systemische therapie)

24
Q

Met welke klachten presenteert een patient met gemetastaseerd CRC in de lever?

A

vaak asymptomatisch

25
Kunnen we nu alle mensen met gemetastaseerd CRC genezen?
Nee maar een klein deel presenteert zich met lokaal behandelbare gemetastaseerde ziekte Indien lokaal behandelbaar: redelijke overleving mogelijk Relatief weinig bewijs hiervoor, maar wel veel circumstantional evidence
26
Wat is het verschil tussen long en lever meta's?
Bij de long is er geen regeneratie mogelijk (wel veel overcapaciteit)
27
Wat zijn de mogelijkheden bij longmeta's?
1. resectie a) anatomisch b) extra-anatomisch: wig resectie 2. ablatie (CAVE pneumothorax) 3. stereotatische RT
28
Wat is het voordeel van lokale therapie tov systemische therapie bij long meta's?
Geen voordeel omdat mensen vaak buiten longen ook op andere plekken hebben En operatie aan longen is grotere ingreep
29
Wat zijn de twee mogelijkheden van peritoneale meta's?
- ColonC met doorgroei door de darmwand waarna afbrokkeling cellen in de peritoneaalholte en daarna verspreiding via peritoneaal vocht - Hematogeene verspreiding
30
Wat zijn de twee locaties van peritoneale meta's?
Parietaal Visceraal
31
Wat is een behandeling die wordt toegepast bij peritoneale meta's?
HIPEC = hypertherme interperitoneale chemo Chemo is verhit
32
Hoe werkt een HIPEC?
- Via een laparotomie (bijna altijd) - Alle zichtbare afwijkingen eerst weghalen (is dus ook een criterium) - Badkuip maken van huid - Vol lopen met aanvoer en afvoer buis (hart-long machine) - perfusionist chemo oplossing in spoelen die wordt verhit (niet te heet ivm denaturatie) dus rond 40 graden - Losse tumorcellen kapot door chemo icm hitte
33
Wat zijn complicaties van HIPEC?
- langdurige opname 15-20 dagen - langdurige gastroparese - naadlekkage - respiratoire insufficiëntie ( pneumonie) - enterocutane fisteling (ook zonder anastomose) - wondproblemen
34
Waarop selecteren we patienten voor HIPEC?
Met relatieve contra-indicaties Als ≥ 2 van: - tegen grote ingreep - ischemische hartziekte - hartfalen - cerebraal vaatlijden - IDDM = insuline dependent DM - Chronische nierfalen - Leeftijd > 75 jaar Karnofsky < 80 FEV1 < 1 liter
35
Wat gebruiken we om de mate van peritoneale meta's te bepalen?
PCI = peritoneal cancer index Hoeveelheid peritoneale meta's inschatten Indelen buik in 13 segmenten en hier punten voor geven Lage score: goede prognose (zeker bij weinig deposits) Hoge score: > 19 dan geen HIPEC
36
Wat is een voorwaarde voor HIPEC?
Alles verwijderen moet radicaal mogelijk zijn Als iets achterblijft is survival erg laag en heeft het geen zin
37
Hoe kunnen we de PCI inschatten?
CT: - kan wel, zeker als heel veel - sensitiviteit: 35-63% - vaak wel onderschatting (33%), relevante onderschatting 12% - hoe kleiner laesies hoe minder sensitief PET-CT: - betere sensitiviteit: 57-97% - zelden beleidsverandering Diagnostische laporoscopie (DLS) best - Weinig complicaties (mild en maar 3%) - geen entmetastasen - PCI conform latere operatie 98% overeen
38
Kan HIPEC ook gecombineerd worden met andere meta's?
Soms met 1 of 2 lever meta's gecombineerd
39
Wat is het voordeel van HIPEC?
Wel echt beter dan alleen systemische chemo