Hfst 15 Flashcards

(14 cards)

1
Q

Anticyclisch overheidsbeleid

A

Overheidsmaatregelen gericht op het afremmen van conjunctuurschommelingen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Arbeidsextensiever

A

De verhouding kapitaal/arbeid wordt groter

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Arbeidsintensiever

A

De verhouding kapitaal/arbeid wordt kleiner

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Arbeidsproductiviteit

A

De gemiddelde productie per werkende per periode

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Bestedingsevenwicht

A

Situatie waarbij de effectieve vraag (Ev) precies gelijk is aan de productiecapaciteit (bbpmax): bbpmax=ev

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Bestedingsinflatie

A

Stijging van het prijspeil als gevolg van overbesteding

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Bezettingsgraad

A

Getal dat aangeeft hoeveel procent van de productiecapaciteit wordt gebruikt

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Breedte-investeringen

A

Het kopen van niet-productiviteitsverhogende kapitaalgoederen van dezelfde kwaliteit als voorheen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Conjuncturele teruggang

A

Situatie waarbij de bestedingen in een periode met overbesteding afnemen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Conjuncturele werkloosheid

A

Werkloosheid bij onderbesteding, als de effectieve vraag (Ev) en werkelijke productie (bbp) kleiner zijn dan de productiecapaciteit (bbpmax)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Conjunctuurbeleid

A

Overheidsmaatregelen gericht op beinvloeding van de bestedingen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Conjunctuurklok

A

Maandelijkse door het CBS opgestelde beschrijving van de conjunctuur met behulp van een aantal conjunctuurindicatoren

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Convergentie inkomens

A

De inkomenskloof tussen landen wordt kleiner doordat de economische groei in de armere landen groter is dan in de rijkere landen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Demping conjunctuur

A

Afremming van conjunctuurschommeling onder invloed van progressieve belastingheffing

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly