Hoofdstuk 1: Geschiedenis Flashcards

(17 cards)

1
Q

Cognitieve psychologie

A

De wetenschappelijke studie van mentale processen
Het begrijpen van denkprocessen die ten grondslag liggen aan ons gedrag

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Cognitieve wetenschappen

A

Doet ook onderzoek naar verschillende cognitieve processen, maar vertrekt ook vanuit andere takken van de wetenschap → interdisciplinair onderzoek

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Experimentele methode

A

Experimentele en controlegroep waar de invloed van de onafhankelijke variabele op de afhankelijke variabele wordt gemeten
Oorzakelijke verbanden zijn hier belangrijk

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Fransiscus Donders (1868)

A

Vader van mentale chronometrie: nemen mentale processen tijd in beslag en hoelang? → reactietijdtaken

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Enkelvoudige reactietijd taak

A

= A-reactie
Zo snel mogelijk reageren van zodra lichtje brandt
S1 → R1

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Keuze reactietijd taak

A

= B-reactie: A-reactie + stimulusdiscriminatie + responsselectie
Linker knop als het lichtje rood is, rechter knop als het lichtje groen is
S1 → R1 ; S2 → R2

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Go-no-go reactietijd taak

A

= C-reactie: A-reactie + stimulusdiscriminatie
Enkel reageren als het lichtje rood is
S1 → R1 ; S2 → geen R

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Hermann Ebbinghaus (1885)

A

Eerste geheugenexperimenten uitgevoerd: hoeveel vergeten we, hoe snel gaat dit en is verloren informatie voorgoed weg?
Besparingsmethode, vergeetcurve

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Besparingsmethode

A

Lijsten zinloze lettergrepen vanbuiten leren en herleren
Had minder beurten nodig om zich iets te herinneren → besparing, want hij was niet alles vergeten
Formule: (beurten initieel leren-beurten herleren)/beurten initieel leren x100 = besparingspercentage

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Vergeetcurve

A

Hoe meer tijd erover gaat, hoe minder besparing
Het vergeten vindt vooral in het begin plaats en zwakt daarna af

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Watson (behaviorisme)

A

Geen interesse in vage concepten als mentale processen en bewustzijn
Objectieve gegevensverzameling
Enkel prikkels/stimuli en respons meten, niets daartussen
Dierlijk en menselijk gedrag zijn hetzelfde
Onderzoek naar conditioneren!

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Verschil cognitieve psychologie en behaviorisme

A

Cognitieve psychologie: interesse in wat er gebeurt tussen stimulus en respons, mentale processen zijn vereist en niet te negeren
Behaviorisme: hoe leidt stimulus (prikkel) tot respons en al de rest is black box (niet meetbaar), mentale processen zijn overbodig om gedrag te verklaren

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Kritieken op het behaviorisme volgens Chomsky

A

Geloofde niet dat alles is aangeleerd (via bekrachtiging)
Behaviorisme kan eenvoudigste aspecten van taal niet verklaren: incorrecte grammaticale zinnen, zinnen die ze nooit eerder hebben gehoord
Taal is een voorgeprogrammeerd biologisch programme gedeeld over alle culturen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Latent leren

A

Leren dat niet onmiddellijk waarneembaar is in het gedrag, maar het zit er wel
Tolman en Honzik: ratten in doolhof die zo snel mogelijk uitgang moesten vinden
Groep 1: geen voedsel (bekrachtiging) bij einde → meeste fouten
Groep 2: altijd voedsel bij einde → minder fouten dan groep 1
Groep 3: geen voedsel van dag 1-10, daarna wel → minste fouten (presteren beter bij motivatie)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Cognitieve revolutie

A

Meer onderzoek naar cognitie na stil te hebben gelegen
Gestimuleerd door WOII: studie naar aandachtsprocessen en vermoeidheid

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Informatieverwerkingsbenadering

A

Computermodel als metafoor voor menselijke informatieverwerking
Zowel in hersenen als computer is er een inputmodus, opslag en outputmodus

17
Q

Cognitieve modellering

A

Computermodel als simulatie van menselijke cognitie
Doel: cognitie verklaren en voorspellingen doen
≠ AI: intelligent denkende programma’s, niet noodzakelijk op dezelfde manier als de mens