hoofdstuk 6/9 interne analyses en beetje goofdstuk 5 Flashcards

(29 cards)

1
Q

wat is een visie

A

waar de organisatie naartoe wil = toekomst gerichte doelen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

wat is een missie

A

wat de org nu doet en waar ze voor staan

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

golden circle
Why?
How?
What?

A

why= waarom de organisatie doet wat ze doet = wat drijft hen
How = hoe de organisatie zich onderscheidt van anderen
What = wat de organisatie daadwerkelijk doet of verkoopt

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

wat zijn kernwaarden

A

de fundamentele waarden die de organisatie nooit zal loslaten

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

noem drie voorbeelden van kerwaarden

A

flexibel, creatief en ondernemend

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

wat is organisatiecultuur

A

hoe mensen binnen een organisatie met elkaar omgaan

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

wat zijn waarden en normen in een organisatiecultuur

A

Waarden = wat de org belangrijk vindt
Normen= regels die voortvloeien uit die waarden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

wat zijn helden in een org cultuur?

A

personen die als voorbeeld dienen binnen de org

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

wat zijn rituelen binnen en org

A

terugkerende gewoontes of traditites, zoals teammeetings

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

wat zijn symbolen binnen een organisatiecultuur

A

herkenbare uitingen, zoals een bedrijfslogo of bedrijfskleding

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

wat is leiderschap

A

het inspireren en motiveren van mensen om een gemeenschappelijk doel te bereiken

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

wat is een management

A

het plannen, organiseren en controleren van werkprocessen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

wat is een autiritaire leiderschapsstijl

A

de leider neemt alle beslissingen zonder input van anderne

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

wat is een consultatieve leiderschapsstijl

A

de ledier vraagt om meningen, maar neemt zelf de uiteindelijke beslissingen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

wat is management by objectives (mbo)

A

samen doelen stellen en medewerkers beoordelen op prestaties

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

wat is situationeel leiderschap

A

de leiderschapsstijl aanpassen aan situatie en medewerkers

16
Q

PDCA model de vier stappen

A

Plan
Do
Check
Act

17
Q

Wat is het doel van het PDCA model

A

helpen om doelen op lange termijn te behalen door continu te verbeteren

18
Q

wat is de eerste bouwsteen van een communicatiestrategie

A

Doel = Wat wil je bereiken = SMART geformuleerd

18
Q

Waarom is de doelgroep belangrijk in een communicatiestrategie

A

het bepaalt wie je wilt bereiken met je communicatie

19
Q

wat houdt de boodschap in

A

het ontwikkelen van wat je gaat communiceren

20
Q

welke communicatiemiddelen kunnen worden ingezet

A

paid, owned en earned media

21
Q

wat houdt de bouwsteen tijdsplanning in

A

wanneer en hoe vaak je je boodschap communiceert

22
Q

De 5 bouwstenen van communicatiestrategei

A

1 Doel
2 Doelgroep
3 Boodschap
4 Middelen
5 Tijdsplanning

23
Toutchpoints in de customer journey
see think do care = google model
24
wat gebeurt er in de see fase
de doelgroep komt in aanraking met advertenties en bewustwording
25
wat gebeurt er in de think fase
doelen en strategieen om opnieuw je doelgroep te bereiken zoals (re)targeting
26
wat gebeurt er in de do fase
de doelgroep onderneemt acties, zoals een productaankoop op de website
27
wat gebeurt er in de care fase
zorg voor klanten en hun ervaringn, bijvoorbeeld door het verzamelen van revieuws