Hoofdstuk 6 (distributie)

Question 1

Welke distributiestrategieën zijn er voor producten?

Answer 1

EIS:

1. Exclusieve distributie: Slechts op één plaats in een bepaald gebied; vooral voor hoge prijs/kleine doelgroep
2. Intensieve distributie: Op zoveel mogelijk plaatsen waar gebruikers ze verwachten; voor producten waar de klant niet teveel moeite voor wil doen.
3. Selectieve distributie: Select aantal verkooppunten; meestal omdat de rest niet ‘past’ bij het product bijvoorbeeld qua locatie, deskundigheid of imago.

Question 2

Welke distributiestrategieën zijn er voor diensten?

Answer 2

1. Multi-site-strategie (dezelfde dienst op meerdere locaties)
2. Multi-service-strategie (verschillende diensten vanuit één verkooppunt)
3. Multi-segment-strategie (dezelfde dienst aanbieden aan verschillende doelgroepen/segmenten, bijvoorbeeld een deel voor particulieren en eentje voor bedrijven)

Question 3

Noem alle mogelijke stappen die een indirect distributiekanaal kan hebben.

Answer 3

Fabrikant > importeur > grossier> detailhandel > consument

Question 4

Wat zijn de belangrijkste twee toegevoegde waarden die tussenhandel kan leveren?

Answer 4

Commercieel - initieren/onderhouden van klantrelaties (in bijvoorbeeld het buitenland)
Logistiek - op voorraad houden en vervoeren van producten dichter naar de eindklant

Question 5

Wat is multi- cross en omnichannel distributie?

Answer 5

Vormen van distributie over meerdere kanalen. Bij multichannel open je bijvoorbeeld een webshop naast je fysieke winkel. Bij crosschannel sluiten deze twee wat beter op elkaar aan, door bijvoorbeeld online een afhaaloptie te hebben. Bij omnichannel is dit maximaal: er is dan interactiviteit tussen de twee kanalen.

Question 6

Wat houdt voor- en achterwaartse integratie in?

Answer 6

Voorwaartse integratie: Groothandel neemt supermarkt over.

Achterwaartse integratie: supermarkt neemt groothandel over.

Question 7

Hoe bereken je de numerieke distributie?

Answer 7

(Aantal wederverkopers van jouw product / aantal wederverkopers van jouw productsoort (vb: kaas)) x 100%

Question 8

Hoe bereken je de gewogen distributie?

Answer 8

(Omzet van jouw productgroep bij wederverkopers van jouw kaas / omzet van productgroep bij alle wederverkopers) x 100%

Question 9

Hoe bereken je de selectie-indicator?

Answer 9

(Gemiddelde omzet van jouw productgroep bij wederverkopers van jouw kaas / gemiddelde omzet van productgroep bij alle wederverkopers) x 100%

Question 10

Hoe bereken je het omzetaandeel?

Answer 10

Omzet van jouw product / totale omzet van productgroep bij winkels die jouw product verkopen