Hormoonverstoring Flashcards

1
Q

Wat zijn releasing hormones?

A

Dit zijn hormonen die door de hypothalamus worden geproduceerd en die de hypofyse stimuleren tot afgifte van een ander hormoon.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Wat zijn stimulerende of tropische hormonen?

A

De hormonen worden door de hypofyse geproduceerd en deze binden vervolgens aan endocrien weefsel, waar ze verandering induceren.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Welke soort hormonen kunnen binden aan membraan receptoren en wat voor effect hebben deze hormonen na binding?

A

Wanneer niet-steroïden hormonen extracellulair binden aan een receptor, zorgt de binding intracellulair voor de activatie van second messengers.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Welke soort hormonen kunnen binden aan nucleaire receptoren en wat voor effect hebben deze hormonen na binding?

A

Wanneer steroïde en thyroïde hormonen aan een receptor binden in de nucleus, veroorzaakt dit activatie van de cel zelf (transcriptie van genen).

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Hormonen zijn epigenetische regelaars, onder o.a. invloed van hormonen verandert het epigenoom. Wat voor stoffen induceren epigenetische verandering en hoe?

A

DES, oestradiol, ethinylestradiol, BPA. Via een oestrogene pathway zorgen ze via second messengers voor activatie van DNMT (DNA methyltransferases).

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

DES werd als geneesmiddel voorgeschreven aan zwangeren die eerder een miskraam hadden gehad. Echter, bleek dat het gevolgen had voor de gezondheid en vruchtbaarheid. Noem de effecten voor de verschillende generaties:

A

Moeder: risico op borstkanker
Dochter: risico op kanker, morfologische afwijkingen vrouwelijke delen waardoor ook effect op vruchtbaarheid.
Zoon: Epididymale cysten, risico op testis en prostaatkanker.
Kleinkinderen: risico op vroeggeboorte, neonatale sterfte, hersenverlamming, ADHD, aangeboren afwijkingen
Kleinzoon: hypospadie en cryptorchidisme.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Waarvoor zorgen de hormonen catecholamines en (nor)epinephrine?

A

Voor een snelle stress-respons.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Waarom is de cortex van de bijnier het meest gevoelig voor toxiciteit?

A

Omdat hier veel lipiden worden opgeslagen voor steroidogenese en veel toxines zijn vaak lipofiel. Ook zijn er in de cortex veel CYP enzymen met metabole activiteit.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Welke stoffen remmen CYP17 en zorgen voor remming van masculinizatie?

A

Ftalaten, Vinclozolin en prochloraz.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Wat zijn non-tropische hormonen?

A

Hormonen die geproduceerd worden door een endocrien weefsel en die vervolgens aan een target cel binden.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Wat is een hormoonverstorende stof?

A

Een exogene stof die de functie van een endocrien systeem veranderd. Dit veroorzaakt nadelige gezondheidseffecten in individu of zelfs nakomelingen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Welke drie klassen hormonen bestaan er?

A

Aminozuur afgeleid, peptide en steroïde hormonen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Wat zijn voorbeelden van aminozuur afgeleide hormonen?

A

Catecholamines en thyroid hormones (bijv. thyroxine).

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Wat zijn voorbeelden van peptide hormonen?

A

Hypofyse tropische hormonen of insuline.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Wat zijn voorbeelden van steroïde hormonen?

A

Testosteron en estradiol.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Wat zijn non-tropische hormonen?

A

Hormonen die door endocrien weefsel worden geproduceerd en effect hebben op een specifieke (target) cel.

17
Q

De cortex van de bijnier bestaat uit drie zones. Welke hormonen worden geproduceerd door de zona glomerulosa, fasciculata en reticularis?

A
Zona glomerulosa: aldosterone.
Zona fasciculata:
cortisolol en corticosterone
Zona reticularis:
cortisolol, corticosterone en androgenen.
18
Q

Wat wordt er in de medulla van de bijnier geproduceerd?

A

Catecholamines en (nor)epinephrine

19
Q

Welk enzym is belangrijk bij steroidgenese?

A

CYP19

20
Q

Puberteit begint door activatie van HPG en HPA as. Wat houdt dit in?

A

HPG: pulserende GnRH afgifte induceert LH en FSH afgifte.
HPA: bijnier rijping, toename steroidgenese

21
Q

Welke hormonen/stoffen activeren DNA methyltransferases (DNMT) en zijn hiermee epigenetische regelaars?

A

Estradiol, DES, ethinylestradiol, Bisfenol A

22
Q

Welke stof zorgt voor een verkleining van de ano-genitale afstand?

A

Ftalaten

23
Q

Door wat kan precocious puberty (vroegtijdige pubertijd) veroorzaakt worden? (Komt voornamelijk bij meisjes voor).

A

PCB, DDT/DDE, PBDE