Leertheorien En Gedragsverandering Flashcards

(24 cards)

1
Q

Leren

A

Proces waarmee je nieuwe kennis, inzichten of vaardigheden opdoet

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Intelligentie

A

Vermogen om te leren, te redeneren, analytisch denken, problemen op te lossen en doelgericht te handelen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Sociale intelligentie

A

Vermogen om mee te leven met anderen, adequaat te reageren op gedrag en emoties van anderen en zichzelf
- kan je aanleren

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Leertheorieen

A

Conditioneren
Klassiek conditioneren
Operant conditioneren
Sociaal leren
Cognitieve psychologie
Schema

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Conditioneren

A

Aan of af leren van gedrag onder invloed van meerdere keren toegediende externe prikkels

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Klassiek conditioneren

A

Aanleren door conditioneren van bestaand gedrag in nieuwe situatie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Operant conditioneren

A

Aanleren van nieuw gedrag door conditionering

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Sociaal leren

A

Observationen leren

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Cognitieve psychologie

A

Stelt dat mentale processen onderzocht kunnen worden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Geheugen
Sonsorisch geheugen

A

Voor zien en horen
Informatie wordt kort vastgehouden
Relevante dingen doorgestuurd naar het KTG

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

KTG

A

Houdt informatie kort vast
Gevoelig voor storing
Altijd iets betrokken uit LGT
Beperkte capaciteit
Nieuwe informatie kan oude info verdringen
WERKGEHEUGEN

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

LTG

A

Proces van opslaan geen invloed
Interfrequentie= terugzoeken van oude info wordt moeilijker omdat er nieuwe info is

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Expliciet geheugen

A

Kennis bewust oproepbaar

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Impliciet geheugen

A

Kennis is niet bewust oproepbaar, automatisch opgeslagen
— vaardigheden, angsten

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Leerstijlen volgens kolb

A

1 concreet ervaren - iets doen en gevolgen ervaren

2 waarnemen en overdenken - bekijkt en denkt erover na wat er gebeurt is

3 theorie vormen - iets bedenken bij jou ervaring

4 actief experimenteren - toetsen of theorie werkt door herhalen en toepassen op andere situatie s

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Vermunt

A

1 reproductiegerichte leerstijl
- je leert voor diploma
2 betekenisgerichte leerstijl
- leren vanuit persoonlijke interesses
3 toepassingsgerichte leerstijl
- leren om te kunnen gebruiken
4 ongerichte leerstijl
- je vraagt je af of deze studie is voor je is

17
Q

Ruijters

A

Impliciet leren - leren zonder bewust erover na te denken
Expliciet leren - bewust voor kiezen iets te leren
5 leervoorkeuren
1 kunst afkijken
2 participeren
3 kennis verwerven
4 Oefenen
5 ontdekken

18
Q

1 kunst afkijken Ruijters

A

Leren in echte situatie
Onder druk
Door observeren en helder analyseren

19
Q

Participeren Ruijters

A

Leren met mensen die je vertrouwt

20
Q

Kennis verwerven Ruijters

A

Nieuwsgierig en weet wat je wil leren
Wilt rustig informatie opdoen
Doet het graag

21
Q

Oefenen Ruijters

A

Leren en daar over praten
Niet zeker van jezelf
Zo vaak herhalen tot je het zeker kan

22
Q

Ontdekken Ruijters

A

Iets interessants vinden en uitdaging voelen

23
Q

Neuro linguïstisch programmeren

A
  • manier waarop je informatie ontvangt
  • auditief of visueel
24
Q

Stages of change model

A

Precontemplatiefase / ontkenning
Contemplatiefase / erkenning
Preparatiefase / verkenning
Actiefase
Maintenancefase / gedragsbehoud
Relapse / terugval