Perceptie Flashcards

(30 cards)

1
Q

Perceptie

A

Waarnemen
Proces waarbij iemand prikkels selecteert, ordent en betekenis geeft

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Subliminale perceptie

A

Prikkels duren zo kort dat je ze niet bewust kunt opmerken

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Gewaarworden

A

Het opmerken van zintuiglijke prikkels

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Selectie van prikkels

A
  • prikkels die ons in staat stellen te overleven hebben prioriteit
  • dan prikkels voor emotie
    Hangt af van
  • kenmerken van prikkels
  • kenmerken van waarnemer
  • kenmerken van situatie en omgeving
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Kenmerken van prikkels

A
  • zintuigen begrenst
  • factoren die bij selecteren van belang zijn:
    Grootte van voorwerp
    Duur van geluid
    Intensiteit
    Contrast
    Herhaling
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Habituatie

A

Gewenning - de neemt de prikkels niet meer waar omdat ze gewoonte zijn geworden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Kenmerken van waarnemer

A

Persoonlijkheid - extraverte mensen zoeken sneller sociale prikkels op
Kennis en ervaring - mensen met ervaring herkennen iets sneller, conditionering
Motivatie en verwachting - emoties en belangen, bij honger zal reclame van eten sneller opvallen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q
A
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Kenmerken van sociale omgeving en situatie

A

Sociale omgeving heeft invloed op datgene wat opvalt bv als je de enige bent die rood haar heeft

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Het ordenen van prikkels

A

Gestaltswetten = we zien eerst het geheel dan de onderdelen
- resultaat zo eenvoudig en compact mogelijk
- gehelen ontstaan
- op elkaar lijken en eenheid vormen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Visuele illusie

A

Verwarring bij waarnemen vooral bij onbekende dingen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Het geven van betekenis aan prikkels

A
  • kader nodig - in loop van je leven gevormd
  • subjectief
    Referentiekader = geheel van ervaringen, waarden, normen, overtuigingen en attitudes die iemand gebruikt bij het ordenen en betekenis geven van waarneming
  • hierdoor mogelijk om sneller te beslissen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Attributie

A

Verbinden van oorzaak aan gebeurtenis of aan je gedrag

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Attribueren

A

Oorzaak toekennen aan gebeurtenis of gedrag

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Dimensies

A

Intern-extern
Instabiel-stabiel
Beïnvloedbaar-niet beïnvloedbaar

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Valkuilen bij perceptie van mensen

A

Fundamentele attributiefout
Zelfdienende vertekening
Projectie
Halo effect
Horn effect
Contrast effect

17
Q

Zelfdienende vertekening

A

Mensen attribueren hun succes en mislukking op verschillende manier

18
Q

Projectie

A

Toeschrijven van eigen emoties op andere

19
Q

Halo effect

A

Aan persoon of overvet ook andere positieve eigenschappen toe te schrijven nadat men iets positief beoordeeld heeft

20
Q

Horn effect

A

Een aspect bij een persoon is negatief daarom duigd de hele persoon niet

21
Q

Contrast effect

A

Je oordeel over iemand wordt beïnvloed door dat je eerder over anderen hebt geoordeeld die zwakke indruk hebben achterlaten
- vergelijken

22
Q

Stereotype

A

Algemeen beeld van een groep waarbij je aanneemt dat het voor de hele groep telt

23
Q

Vooroordelen

A

Mening die meestal negatief is met sterke emotionele lading
- kan leiden tot discriminatie

24
Q

Ingroup

A

Maakt stereotype van outgroup

25
Outgroup
Buitenstaande mensen
26
27
Fundamentele attributiefout
Externe factoren denken we niet aan Oorzaak van situatie toeschrijven aan persoonlijkheid van een ander
28
29
30