Les 2 Flashcards
(44 cards)
Wat is een variabele
- een kenmerk van een persoon, omgeving of situatie die kan variëren of andere waarden kan aannemen
Geef een vb van een variabele
- lengte, bloeddruk, angst
geef de 3 soorten variabelen
- onafhankelijke variabele (ov)
- afhankelijke variabele (av)
- Interveniërende variabele (iv)
Wat doet een onafhankelijke variabele
- veroorzaakt verandering
Wat doet een afhankelijke variabele
- verandert onder invloed van de onafhankelijke variabele
Wat doet een interveniërende variabele
- wordt door een variabele beïnvloed en beïnvloed zelf een andere variabele
Hoe bepaal je een variabele
- moet een antwoord geven op 5 vragen: wie, wat, waar, wanneer en hoe
Door de 5 vragen te stellen gaan we welke gegevens bepalen?
- de soorten gegevens
- bepaalt ook het hoe, wanneer en waar je gegevens gaat bepalen
- bepaalt de objectiviteit van je onderzoeksvraag
Wie kan de gegevens verzamelen van een variabele
- één onderzoeker: gemakkelijk maar niet altijd onafhankelijk
- een team van onderzoekers: fout wordt groter
- “interobserver” fluctuaties van metingen controleren
wat kan er misgaan als 1 onderzoeker gegevens verzamelt
intraobserver fouten: onderzoeker is niet altijd onafhankelijk
Waar worden gegevens verzameld
- in een optimale setting
- afh. van de vraag
Wanneer worden de gegevens verzameld
- Welke maand / dag / uur
- Hoeveel tijd neemt het in beslag
- Hoe vaak?
Hoe worden gegevens verzameld?
- Onderzoeksinstument
- Van een vragenlijst tot invasieve fysiologische metingen
- !! Erg belangrijk!!
• Keuze van methode voor de manier waarop gegevens worden verzamelt wordt bepaald door:
- Onderzoeksvraag
- Hoeveelheid kennis over het onderwerp
- Limitaties van onderzoek: Prijs, tijd, onderzoekers
Hoe meet je bestaande instrumenten
▪ Via literatuur onderzoek (reviews, vergelijkbaar onderzoek,…)
▪ Huidige onderzoek kan goed gekoppeld worden aan voorgaand onderzoek
▪ Auteursrechten
▪ Niet in Nederlands: officiële vertaling en nieuwe validatiestap
nieuwe instrumenten ontwikkelen
▪ Bestaande aanpassen of volledig nieuw
▪ Nieuwe validiteit en betrouwbaarheid testen
Piloot onderzoek
▪ Testen of het gekozen instrument de vraag beantwoord
▪ Testen of het protocol operationeel is
keuze van een instrument: bruikbaarheid
▪ Afweging kosten en beschikbaarheid
▪ Afweging met populatie (volwassenen, kinderen, ouderen,..)
▪ Training onderzoeker
Wat is betrouwbaarheid
waarnemingen die onder dezelfde omstandigheden herhaald dezelfde uitkomsten geven.
Hoe wordt betrouwbaarheid bepaalt?
▪ Bepaald a.h.v. correlatieprocedure (r van 0,70 = betrouwbaar)
▪ Percentage scoren tussen beoordeelaars
▪ Betrouwbaarheid van een instrument moet continu getest worden (vb. ijking)
Betrouwbaarheid kan je onderverdelen in
• Stabiliteit
▪ Stabiliteit in een tijdsperiode (testhertestbetrouwbaarheid)
• Gelijkwaardigheid
▪ Gelijke uitkomsten onafhankelijk van de observator
▪ A.h.v. kappa (0 is geen overeenkomst, 1 is perfecte overeenkomst)
Wat is validiteit
het vermogen van een instrument om gegevens te verzamelen die het bedoelt te verzamelen
- gaat over de inhoud van het instrument
hoe hoger de validiteit, hoe …
hoe meer je erop kunt vertrouwen dat het een
antwoord biedt op je onderzoeksvraag.
Graad van validiteit is afh van
de toepassing van het instrument