NWS EXAMEN Flashcards
(38 cards)
de onderzoeksvraag
is een vraag waarin je formuleert wat je gaat onderzoeken.
de hypothese
is een voorspellend antwoord op de onderzoeksvraag.
de benodigdheden
zijn voorwerpen of stoffen dat je nodig hebt om een experiment uit te voeren.
de werkwijze
is een stappenplan van hoe je te werk moet gaan tijdens een onderzoek.
de waarneming
is een objectieve vaststelling aan de hand van je zintuigen (ogen, oren, neus, mond en huid).
de interpretatie
is een eigen subjectieve betekenis geven aan een waarneming.
de grootheid
is iets wat gemeten of berekend kan worden.
de eenheid
is een maat waarin een grootheid wordt uitgedrukt.
het meetbereik
is de maximale waarde die een meettoestel kan bepalen.
de nauwkeurigheid
is de kleinste schaalverdeling die een meettoestel kan bepalen
het besluit
is een duidelijk antwoord op een onderzoeksvraag.
de reflectie
is een moment waarop je even stilstaat bij en nadenkt over het uitgevoerde experiment, toets, taak … om in de toekomst gelijkaardige problemen nog beter op te lossen.
determineren
is het benoemen van een voorwerp of levend wezen aan de hand van blijvende kenmerken die niet veranderen in de loop van de tijd.
het organisme
is een levend wezen dat alle levensverschijnselen bezit
de levensverschijnselen
zijn de eigenschappen die alle levende organismen bezitten. Er zijn zeven levensverschijnselen: ademen, voeden, uitscheiden, waarnemen, bewegen, groeien en voortplanten.
levenloos
is een toestand van een voorwerp dat nooit heeft geleefd.
dood
is een toestand voor een organisme dat niet meer leeft, maar het ooit wel deed.
de biotoop
is een plaats waar organismen samenleven onder bepaalde omgevingsfactoren.
de biotische factoren
zijn alle organismen die in een biotoop leven en die ook beïnvloeden. Dat zijn onder andere planten, dieren, zwammen en bacteriën.
de abiotische factoren
zijn alle levenloze omgevingsfactoren die een biotoop kenmerken en beïnvloeden. Dat zijn onder andere temperatuur, vochtigheid, lichtsterkte, windsterkte, geluidssterkte en bodemsoort.
de bloemplant
is een plant die tijdens een bepaalde periode van het jaar bloemen kan dragen.
het gewervelde dier
is een dier met een wervelkolom (ruggengraat).
het ongewervelde dier
is een dier zonder werverkolom.
het meettoestel
is een toestel waarmee je een welbepaalde abiotische factor kunt meten.